Jongeren leven online; moet ook de predikant op TikTok?
De wereld van jongeren speelt zich grotendeels online af. De levens van onder andere acteur Dwayne ”The Rock” Johnson en TikTokker Khaby Lame worden op de voet gevolgd. Wat stelt de reformatorische wereld daar tegenover?
Wie generatie Z, jongeren geboren tussen 1997 en 2012, wil bereiken, moet adverteren op TikTok, zo valt er te lezen op een marketingwebsite. Een logische uitspraak voor wie bedenkt dat de Chinese socialemedia-app wereldwijd meer dan 1,3 miljard gebruikers heeft, onder wie ruim 4 miljoen Nederlanders. De gemiddelde TikTokker opent de app negentien keer per dag en brengt zo’n anderhalf uur door op het platform. Zo’n 20 procent van de TikTokkers zou dagelijks zelfs meer dan vijf uur doorbrengen met het kijken naar de korte filmpjes.
„Ik Google niet meer, ik TikTok”, liet een Britse ontwerper pas via Twitter weten. Zijn tweet kreeg massaal bijval en ging viraal. Bijna de helft van de jongeren blijkt niet meer op Google naar een leuk lunchadresje te zoeken, maar daarvoor TikTok te gebruiken, bevestigde een topman van Google recent. Doordat het TikTok-algoritme perfect weet wat een gebruiker leuk vindt, doet het ook voor de echte wereld aanbevelingen die aansluiten op haar verlangens.
En dan hebben we het nog niet eens gehad over Instagram, YouTube, Pinterest en Snapchat. Dagelijks worden gebruikers van over de hele wereld geconfronteerd met een online wereld die hen op vele manieren beïnvloedt. Het online zijn heeft effect op hun zelfbeeld, hun koopgedrag en werkt door in hun waarden, normen en gedragingen.
En daarin wijken christelijke jongeren nauwelijks af van hun seculiere leeftijdsgenoten, zo concludeerde onderzoeker Jeroen van der Laan recent in het Reformatorisch Dagblad. Ze volgen dezelfde influencers, zijn evenveel online en kijken dezelfde films op Netflix. De vraag die daarbij rijst is of de reformatorische wereld jongeren een alternatief biedt. Zijn christelijke identificatiefiguren online wel genoeg zichtbaar?
Van der Laan denkt van niet, zo licht hij toe. Hij signaleert een gebrek aan organisaties en personen die reformatorische jongeren online opzoeken en aansluiten bij hun digitale leefwereld. „Jeugdbonden maken wel video’s. Het Reformatorisch Dagblad doet het een en ander. Maar de vraag is of daar ook de minder betrokken jongere mee wordt bereikt. Binnen de reformatorische kring is er veel terughoudendheid.”
Moet een predikant, docent of opvoeder dan maar op TikTok? „Nee, dat gaat te ver”, zegt Van der Laan. Maar Instagram is volgens hem „prima geschikt”. Bijvoorbeeld om met jongeren in contact te komen of te achterhalen waar hun leefwereld uit bestaat. „Vat de preek van zondag in vijf minuten samen en zet die maandag online. Ik zou niet weten wat daar mis mee is.”
Ook een appgroep voor alle jongeren in de gemeente is volgens de onderzoeker een goed idee. „Vraag daarin of er nog opmerkingen zijn over de preek.” In de online wereld zijn jongeren volgens hem namelijk continu interactief bezig. „Ze posten, liken en reageren.” Een preek bestaat daarentegen vaak grotendeels uit zenden. „Probeer daar als kerk in de doordeweekse activiteiten rekening mee te houden.”
Marcel Vroegop, kerkelijk jeugdwerker en oprichter van het platform Geloofstoerusting, ziet binnen de reformatorische wereld wel identificatiefiguren die online zichtbaar zijn. „Maartje Kok bijvoorbeeld en Hannah Nentjes. Maar er zijn er veel meer.” Beide dames zijn met respectievelijk zo’n vijf- en achtduizend volgers gerust als christelijke influencers te bestempelen. „Ze delen dingen uit hun normale leven, maar vertellen ook openlijk welke waarde het geloof voor hen heeft. Waar ze vreugde uit putten en hoe ze twijfel een plek geven. Zij hebben zeker invloed op jongeren uit de gezindte.”
Slapjes
Vroegop ziet binnen reformatorisch Nederland echter een steeds groter wordende kloof tussen jong en oud. „Het contrast tussen kortdurende TikTok-filmpjes en een anderhalf uur durende kerkdienst is natuurlijk enorm.” Predikanten hebben dat volgens hem lang niet altijd door. „Die zeggen tegen de jeugd: „Dat leven van Gods kinderen is toch om jaloers op te worden”. Maar het is de vraag of jongeren daar wel zo over denken.”
Jongere generaties vinden het volgens de jeugdwerker soms moeilijk om de realiteit waarin ze leven te rijmen met het voorgestelde geloofsleven dat ze vanuit hun christelijke omgeving meekrijgen. „Ze vragen zich vaak af hoe ze, met beide benen op de grond, als christen moeten leven.” Het probleem is volgens Vroegop echter dat jongeren thuis of in de kerk niet altijd een helder antwoord op die vragen krijgen. Ook ontbreekt het volgens hem soms aan inspirerende voorbeelden in hun omgeving. „We hebben met het Evangelie goud in handen, maar toch schittert het vaak niet.”
Jongeren hebben volgens de jeugdwerker behoefte aan helderheid en authenticiteit. „Grijze muizen zijn er al genoeg. Christenen die slapjes meebewegen met de huidige cultuur ook. Kom er duidelijk voor uit waar je voor staat.” De jeugdwerker ziet dat juist de mensen die dwars tegen de huidige tijdsgeest en cultuur ingaan jongeren inspireren.
„Praat in begrijpelijke taal”, adviseert Vroegop verder. Predikanten vergeten volgens hem nogal eens het verschil tussen geestelijke en ouderwetse taal. „Die laatste schept onnodig afstand. Jongeren haken op die manier af.” Ook roept hij predikanten op om online present te zijn. „Weet in ieder geval wat er speelt. De leefomgeving van een predikant is vaak een heel andere dan die van een jongere. Zorg dat er sprake is van een gedeelde wereld en wees vindbaar.”
Op die manier zien jongeren dat ook orthodoxe christenen „fris en eigentijds” kunnen zijn, maar tegelijk „vasthouden aan de waarden van de Reformatie”. „Torn niet aan de sola’s, de verzoening door voldoening en de betrouwbaarheid van de Bijbel. Maar getuig wel van de hoop die in je leeft.” Op die manier ervaren jongeren volgens Vroegop „hoe fundamenteel een leven met Christus is en wat de echte meerwaarde daarvan is”.
Podcast
Ds. A.S. Middelkoop is zo’n predikant die er bewust voor kiest om online beschikbaar te zijn. TikTok is hem een brug te ver, maar hij post wel regelmatig een bericht op Instagram en Twitter. Daarnaast produceert hij dagelijks de podcast ”Vorming voor elke dag”. „De online wereld is de dorpsstraat van vroeger. Als je aanwezig wilt zijn, moet je naar buiten komen en je gezicht laten zien”, licht hij toe.
De predikant herkent zich in het beeld dat christelijke jongeren zich online hetzelfde gedragen als hun seculiere leeftijdsgenoten. „Ze ademen online een hoop seculiere lucht in.” Ds. Middelkoop signaleert daarnaast dat de online wereld en het christelijke leven twee dingen zijn die voor jongeren nauwelijks invloed op elkaar hebben. „Het zijn voor hen gescheiden leefwerelden.” Christelijke jongeren lijken volgens hem online „van alles te willen beleven”, zonder zich daarbij af te vragen „wat God daarvan vindt”.
Christenen zijn volgens hem het meest geholpen met de boodschap van het Evangelie. „Daar gaat echte kracht vanuit en het verandert mensen van binnenuit.” Het zorgt er volgens hem ook voor dat jongeren hun online gedrag opnieuw tegen het licht houden. „Dan proberen ze te breken met de dingen die in strijd zijn met de Tien Geboden.”
Kan het ook helpend zijn als christelijke identificatiefiguren zich online meer zouden laten zien? „Ik denk dat het goed is om als christen aanwezig te zijn op plekken waar mensen zich bevinden. Dus ook online”, zegt ds. Middelkoop daarover. „Maar het moet natuurlijk wel een beetje bij je passen.” Ook benadrukt hij dat de online wereld geen vervanging is voor het echte leven. „Een jongere heeft er behoefte aan dat je interesse toont en naar hem luistert. Dat kan online, maar doe het vooral ook in de echte wereld.”