Wetenschap & techniek
Zijn synthetische brandstoffen een plan B voor CO2-reductie?

Het is een illusie om te denken dat alle automobilisten binnen een paar jaar elektrisch rijden. Zeker niet op wereldschaal. Zijn synthetische brandstoffen het plan B om de CO2-uitstoot toch omlaag te krijgen?

Tony Vos
Een van de fabrikanten van e-fuels is Sunfire. beeld Tony Vos
Een van de fabrikanten van e-fuels is Sunfire. beeld Tony Vos

Auto’s met een brandstofmotor stoten tijdens het rijden het broeikasgas CO2 uit. Dat heeft een negatieve invloed op het klimaat: de wereld warmt op. Wat als de CO2 uit de lucht kan worden hergebruikt? Alle ogen zijn gericht op het Europees Parlement, dat hierover op 7 juni een beslissing neemt.

Er draaien al enkele experimentele installaties die uit waterstof, CO2 uit de lucht en hernieuwbare energie een basisolie maken. Deze olie kan worden geraffineerd als aardolie. Tijdens dit proces ontstaan verschillende e-fuels: synthetische benzine, diesel, gas of zelfs kerosine.

Deze CO2-neutrale e-fuels kunnen in iedere gewenste verhouding worden gemengd met fossiele brandstoffen. Naarmate het gehalte e-fuel in de brandstof toeneemt, des te lager is de netto-uitstoot van CO2. Voor de auto’s maakt het niet uit, ze kunnen er probleemloos op rijden. Gigantische investeringen in een distributienetwerk zijn niet nodig, want dat bestaat al.

18302797.JPG
Auto’s die rijden op synthetische benzine stoten per saldo nauwelijks CO2 uit. beeld Tony Vos

Het mengen zorgt er in de opstartfase ook voor dat de relatief hoge productiekosten worden opgevangen. Hoe meer er geproduceerd wordt, hoe verder de prijs per liter kan dalen. De uitdaging is dus: hoe snel kan de productie worden opgeschaald? Het hele traject bevindt zich nu vlak voor de industriële fase. Er moet nu worden opgeschaald naar massaproductie.

Momenteel zijn er 180 bedrijven betrokken bij de ontwikkeling van e-fuels. Daaronder zijn klinkende namen zoals Porsche, Siemens Energy en Exxon Mobile.

Inefficiënt

Synthetische brandstoffen kunnen naar verwachting een aanzienlijke bijdrage leveren aan de CO2-reductie van de 1,4 miljard voertuigen in de wereld. Maar daarmee is niet iedereen het eens.

Tegenstanders claimen dat het productieproces inefficiënt is: slechts 16 procent van de hernieuwbare energie wordt uiteindelijk gebruikt voor het laten rijden van een auto. Wordt diezelfde zonne- en windenergie gebruikt in een elektrische auto, dan is sprake van 72 procent rendement. Wat de tegenstanders betreft, raakt de verbrandingsmotor in het vergeetboek en gaat iedereen elektrisch rijden.

18302800.JPG
Ook zonneparken kunnen de stroom leveren waarmee fabrieken synthetische brandstoffen maken uit CO2. beeld Tony Vos

Niet iedereen denk er zo over. Tobias Block werkt voor de eFuel Alliance. Deze organisatie omvat alle 180 bedrijven die zich met synthetische brandstoffen bezighouden. Een van zijn belangrijkste taken is om de Europese Unie te overtuigen van de noodzaak om de ontwikkeling van e-fuels ruim baan te geven.

Block: „E-fuels zijn een uitstekende aanvulling op elektrische mobiliteit. Er rijden nu zo’n 1,4 miljard auto’s en bestelwagens rond in de wereld. Een groot deel daarvan rijdt over twintig jaar nog steeds. En daarom is van groot belang om die op een milieuvriendelijk alternatief voor de fossiele brandstoffen te laten rijden. Bovendien zijn e-fuels een plan B naast elektrische mobiliteit.”

Hoe mooi het ook allemaal klinkt, nogal wat leden van het Europees Parlement denken daar anders over. In het neekamp zitten vooral de linkse partijen. Tot de voorstemmers behoren rechtse en conservatieve partijen. De liberalen nemen een middenpositie in. Maar zij gaan de uiteindelijke uitkomst bepalen. Liberalen uit met name Duitsland, Spanje en Roemenië zijn voor.

„Op 7 juni beslist het Europees Parlement of met ingang van 2035 nieuwe auto’s en bestelwagens met verbrandingsmotoren verboden zijn. Als ze dit voorstel omarmen, heeft de autowereld geen andere keus dan volledig inzetten op elektrische mobiliteit. Een andere optie bestaat dan niet meer. We hebben dan geen plan B.”

Meten

De manier waarop de CO2-uitstoot wordt gemeten, kan weleens doorslaggevend blijken te zijn voor de uitslag van de stemming. Een verbrandingsmotor die op e-fuel loopt, stoot CO2 uit via zijn uitlaat. Het blijft immers een brandstof. Maar omdat deze brandstof is geproduceerd door CO2 uit de atmosfeer te halen, komt de hele cyclus van produceren tot en met verbranden bijna op nul uit.

Want waarover stemt het Europees Parlement op 7 juni precies? „Er worden toekomstige nieuwe CO2- emissiestandaarden vastgelegd voor nieuwe auto’s. In feite zal die stemming bepalen of er een ban komt op verbrandingsmotoren of dat e-fuels een plaats kunnen krijgen.”

Als het Europees Parlement beslist op basis van wat uit een uitlaat van een auto komt, dat is het over en uit met de verbrandingsmotor. Want een elektrische auto stoot immers 0 gram CO2 uit terwijl deze rijdt. Het hele voortraject van de productie van accu’s en de nog maar gedeeltelijk schone manier waarmee elektriciteit wordt opgewekt, wordt dan niet meegenomen.

18302798.JPG
Tobias Block. beeld Tony Vos

Die vergelijking is oneerlijk, vindt eFuel Alliance. Block: „Het spant er zeer om wat er uit de stemming gaat komen. En het plan B waar e-fuels voor staan, is echt nodig om tot een snellere afbouw van CO2 in de atmosfeer te komen.”

In Europa worden jaarlijks 10 tot 12 miljoen auto’s vervangen. Dan duurt het theoretisch nog een kwarteeuw voordat alle bestaande exemplaren zijn vervangen. Het is dan 2047. Door e-fuels als brandstof te gaan gebruiken, worden deze met fossiele brandstof gestookte auto’s veel minder milieubelastend.

Block: „Europa moet zich ook realiseren dat het voor olie afhankelijk is van een beperkt aantal landen buiten het eigen werelddeel. Dat maken de huidige omstandigheden in de wereld pijnlijk duidelijk. Voor de productie van batterijen voor elektrische auto’s bestaat voor wat betreft schaarse materialen ook een soortgelijke afhankelijkheid omdat er maar een beperkt aantal landen is dat een voorraad van deze materialen heeft.”

Tegen

Maar wat als het Europees Parlement tegen de verbrandingsmotor stemt? Vervallen dan de vooruitzichten voor e-fuels? Block: „Nee, zeker niet. E-fuels zullen onder andere in de luchtvaart, de scheepvaart, de landbouw en bij constructiemachines ingezet worden. Maar voor grote oliemaatschappijen maakt het een enorm verschil of ze de brandstof kunnen ontwikkelen voor enkele doelgroepen of voor de hele markt inclusief auto’s en bestelwagens. Zodra er een veilig politiek raamwerk ontstaat voor investeringen, kunnen de ontwikkelingen rondom e-fuels heel snel gaan.”

De huidige productiekosten van e-fuels bedragen zo’n 1,10 tot 1,50 euro per liter. „Daar komen dan nog belastingen, marges en transportkosten bij. De Europese Unie denkt erover om de energiebelasting op e-fuels bijna 0 procent te maken”, weet Block. Dat zou de brandstof vanaf het begin enigszins betaalbaar maken. „Maar zo’n belastingvoorstel moet unaniem worden goedgekeurd. Als bijvoorbeeld alleen Malta tegenstemt, dan gaat het niet door en ontstaat er een politiek probleem.”

Ook zal het Europees Parlement stemmen over de regulering voor de Europese brandstofindustrie. Daarin staat dat brandstoffen in 2030 minstens 2,6 procent e-fuels moeten bevatten. Block: „Wij zien mogelijkheden voor 5 procent, mits we groen licht krijgen voor een doorontwikkeling op volle sterkte.”

Pas in 2027 volgt er een volgende stemming en dan hebben autofabrikant de verdere ontwikkeling van verbrandingsmotoren al tot een minimum teruggeschroefd. De ban op de verbrandingsmotor geldt na een beslissing in het Europese Parlement alleen voor Europa. In bijvoorbeeld China en de Verenigde Staten speelt dit niet.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer