Vakantie dwingt primair tot bezinning
De ANWB rekent er weliswaar mee dat de vakantieuittocht dit jaar minder groot zal zijn dan voorheen, maar nog altijd gaan duizenden Nederlanders op pad. Gisteren was de eerste grote groep aan de beurt. De echte hausse moet overigens nog komen.
Even leek het erop dat bijna iedereen die dat wilde wel naar de bestemming kon reizen die men wenste. De dreiging van corona was fors afgenomen en de periode dat men aan huis was gebonden leek voorbij.
Inmiddels nemen de besmettingscijfers explosief toe en wordt de vraag steeds klemmender of men nog wel overal naartoe kan. Spannende vraag voor de komende weken is: Wat te doen als Nederland weer code rood krijgt opgeplakt? Uitgesloten is dat niet. Waar kan je dan nog naartoe? Dat houdt menig Nederlander deze dagen bezig.
Om te voorkomen dat ze helemaal achter het net vissen, boeken nogal wat mensen in allerijl een huisje in eigen land. Want een ding staat vast: men wil erop uit. Daarbij wordt misschien niet uitgesproken, maar zeker gedacht: na corona zijn we er wel aan toe.
Nu is het waar dat mensen er baat bij kunnen hebben om een of enkele weken elders te verblijven. De behoefte daaraan kan groot zijn door stress van het werk of het maandenlang thuis blijven. Begrijpelijk dat mensen ernaar verlangen om er even tussenuit te kunnen.
Op zichzelf is daar ook niets mis mee. In onze moderne tijd hebben mensen, waarschijnlijk meer dan vroeger, behoefte aan ontspanning. Loskomen van het werk en de sleur doet hen goed.
Toch is daar meer dan één kanttekening bij te maken. De eerste is: Leeft voldoende het besef dat vakantie kunnen nemen en op pad gaan een voorrecht is dat velen op de wereld missen? Dat anderen dag in, dag uit een struggle for life moeten voeren?
Een tweede vraag is: Wordt het wel als een bijzondere zegen beschouwd dat men nog op vakantie kán gaan? In de achterliggende anderhalf jaar zijn duizenden mensen getroffen door corona en velen ervaren nog dagelijks de gevolgen ervan. Zo’n 20.000 mensen zijn zelfs aan deze ziekte overleden. Degenen die nu op vakantie kunnen gaan zijn gespaard gebleven. Dat is bijzonder.
Een derde punt is: Hoe wordt de vakantie doorgebracht? Gaat het eerst en vooral om veel te zien, om veel plezier te maken, om te luieren, te eten en te drinken? Of is er meer? Leeft het besef wel dat de tijd van rust er primair is om tot bezinning en tot inkeer te komen, zodat we later weer beter ons werk kunnen doen?
Anderhalf jaar corona moet iedereen iets te zeggen hebben. Zou de komende rustperiode juist niet moeten worden gebruikt om te reflecteren, tot bezinning te komen? De primaire vraag zou niet moeten zijn: waar vinden we nog een mooi plekje, maar hoe en waar kom ik tot rust om na te denken over de diepste vragen van het leven.