Waarom christelijke partijen ook dit jaar weer Kamervragen stellen over de Ranglijst Christenvervolging
Jaar in, jaar uit stellen in ieder geval SGP, CU en CDA Kamervragen naar aanleiding van de Ranglijst Christenvervolging van Open Doors. Wat is daarvan volgens hen de meerwaarde en het effect?
Parlementariërs van de drie christelijke partijen en NSC vragen dit jaar aan buitenlandminister Caspar Veldkamp bijvoorbeeld welke mogelijkheden hij ziet om van de vrijheid van religie en levensovertuiging „een belangrijk agendapunt” te maken in besprekingen met landen als Saoedi-Arabië, India en China. Dat zijn landen die op de ranglijst staan én die zowel op het gebied van handel als diplomatie belangrijke partners van Nederland zijn, voeren de Kamerleden aan.
„Wat je aandacht geeft, groeit”, reageert SGP-fractievoorzitter Chris Stoffer op de vraag naar het waarom van de jaarlijkse Kamervragen. „Waarom wij dit doen, is allereerst omdat de Kerk een wereldwijd iets is, met Christus als Hoofd en wij als de leden. Je kunt je er blind op staren dat wij het in Nederland nog relatief goed hebben, maar als het goed is, ben je met elkaar verbonden.” Ook denkt hij dat de regering er misschien niet zo veel aan doet als er geen aandacht aan wordt gegeven. „Met aandacht vragen zorg je ervoor dat Nederland het overal aan de kaak stelt.”
De Kamervragen zijn volgens Stoffer een „trigger” voor minister Veldkamp, maar vooral voor zijn ambtenaren. „Zodat ze even denken: ja, er zijn een paar partijen in de Kamer die het belangrijk vinden dat hier wat aan gebeurt. Schriftelijke vragen doen ertoe, om ervoor te zorgen dat christenvervolging in het regeringsbeleid aan de orde komt.”
„Heel direct een praktisch nut van deze vragen aantonen, kan ik niet”, zegt Stoffer. „Maar ik weet zeker dat deze vragen mensen triggeren om hier komend jaar weer mee bezig te zijn. Daarom stellen we volgend jaar weer vragen, en het jaar erop weer. Het heeft effect, namelijk dat het in het regeringsbeleid wordt opgepakt.”
„Je kunt het kabinet houden aan de reactie op de Kamervragen” - Don Ceder, Kamerlid ChristenUnie
Stoffer noemt als concreet voorbeeld een aangenomen motie waarin onder andere SGP het kabinet vroeg bij bezoeken aan landen waar veel christenvervolging is –zo mogelijk– vaker een kerk te bezoeken of christenen te ontmoeten. „Hierover werd de toezegging gedaan dat dit ook gaat gebeuren.”
„We voelen een verbondenheid, maar ook een urgentie en noodzaak om christenen die worden vervolgd, bij te staan”, zegt CU-Kamerlid Don Ceder, verwijzend naar zijn mede-indieners van NSC, CDA en SGP. „Dat is ook de reden waarom we gezamenlijk deze Kamervragen hebben ingediend. Nee, die kunnen niet de hele wereld veranderen, maar we hopen zo wel de druk op te voeren op het kabinet en aan christenen wereldwijd te laten zien dat zij niet alleen staan.”
Geloofsgezant
Aandacht vragen voor geloofsvervolging heeft in de afgelopen jaren volgens Ceder geleid tot concrete stappen. De aanstelling van de gezant godsdienstvrijheid is daarvan volgens hem een voorbeeld. „We zien dat het effect heeft, en daarom blijven we dit doen”, stelt Ceder.
„Daarnaast heb ik de afgelopen jaren in het bijzonder aandacht gevraagd voor de situatie in Nigeria. Daar worden vaak christelijke dorpen aangevallen en worden heel veel mensen vermoord. In de Nederlandse politiek en pers is daar eigenlijk relatief weinig aandacht voor.” Een motie hierover heeft er volgens hem toe geleid dat dit in ieder geval „op de diplomatieke agenda” is komen te staan.
Daarmee is niet gezegd dat Ceder tevreden is. De CU’er zou „graag nog een aantal concretere stappen zien, ook als het gaat om het expliciet benoemen dat christenen in een aantal gebieden een specifiek doelwit zijn. Ik denk dat het kabinet daar nog veel te omfloerst over spreekt.”
Ceder antwoordt bevestigend op de vraag of hij het idee heeft dat de Kamervragen over de Open Doorslijst nodig zijn om het kabinet voldoende scherp te houden. „Zeker weten. Ik denk dat deze vragen het kabinet, maar ook de ambtenaren weer confronteren met het feit dat één op de zeven christenen wordt vervolgd. En dat er vanuit de Nederlandse politiek –niet alleen de christelijke partijen, maar veel breder– enorme steun is om op te staan tegen christenvervolging. In reactie op de vragen worden er concrete acties ondernomen of toezeggingen gedaan. Daar kun je het kabinet vervolgens aan houden en op afrekenen, als blijkt dat de ambitie niet meer wordt getoond of gehaald.”
Seculiere partijen
Hoewel het een gegeven is dat SGP, CU en CDA naar aanleiding van de ranglijst Kamervragen stellen, doen er vaak ook seculiere partijen mee. Vorig jaar en dit jaar NSC, in 2022 en 2023 JA21, en in 2020 VVD, D66 en 50PLUS. Zoeken de drie christelijke partijen actief naar hun steun? „Deze vraag is wel een goede trigger. Ik heb er nog niet zo over nagedacht”, zegt Stoffer. „Mochten ze de krant lezen: iedere partij is van harte uitgenodigd om mee te tekenen, zou ik zeggen. Misschien moeten we naast het open aanbod volgend jaar eens kijken of er inderdaad meer partijen zijn die willen meetekenen.”