Canada wil de warme banden met Nederland behouden. Dat is de boodschap die prinses Margriet en prof. mr. Pieter van Vollenhoven tijdens hun officiële visite aan het geboorteland van de prinses overal te horen krijgen.
„Verrassend dat dit zoveel jaren na de oorlog nog altijd het geval is”, zegt Pieter van Vollenhoven. „Ook de nieuwe generatie is geïnteresseerd”, stelt hij met genoegen vast. „Ja, de jeugd staat er voor open”, zegt prinses Margriet.
Aan de oever van het Ontariomeer kijkt het paar kort terug op zijn verblijf in Burlington, een gemeente niet ver van Toronto. Burlington heeft 8500 inwoners van Nederlandse afkomst en is zusterstad van Apeldoorn. In het stadje is de maand mei niet alleen de ”Dutch Heritagemonth” en het tijdstip voor een zee aan tulpen, maar ook de plek van grote zwermen muggen. De prinses en haar man hebben daarom gemengde gevoelens over de plek waar ze de meegereisde pers te woord staan. Een zuchtje wind zorgt er echter voor dat de hyperactieve beestjes een beetje op afstand blijven.
„Het was best emotioneel”, vat Pieter van Vollenhoven de ervaringen van dinsdag samen. Bij beiden is er het besef dat dit wel eens de laatste keer kan zijn geweest dat er ontmoetingen mogelijk waren met veteranen die nog daadwerkelijk hebben meegevochten bij de bevrijding van Nederland. „We sluiten een tijdperk af”, weet Van Vollenhoven. De oud-strijders zijn inmiddels royaal de negentig gepasseerd. De kans dat er in het volgende kroonjaar van de bevrijding, in 2020, nog veel van hen in leven zijn, is klein. „We hebben natuurlijk wel vaker gedacht dat het de laatste keer zou zijn. Het heeft me verrast dat we ook nu nog veteranen hebben kunnen zien, en die waren ook aanspreekbaar”, zegt prinses Margriet.
In Burlington zitten in de Koninklijke Botanische Tuin vijf krasse oudstrijders klaar voor een gesprek. Nummer zes, Joe Edmond, is er niet. Hij is dinsdagmiddag net ontslagen uit het ziekenhuis. Tot zijn verdriet moet hij daarom de bijeenkomst missen. Hij heeft weken uitgekeken naar een weerzien met de prinses. Edmond, die in Nederland vocht, krijgt een persoonlijke boodschap van de prinses thuis bezorgt.
„Als je met die mannen spreekt en beseft hoe jong ze waren toen ze naar Europa en Nederland kwamen –waarvan ze vaak maar weinig wisten– en hoeveel collega’s ze bij de strijd hebben verloren, dan is dat best emotioneel”, vertelt Pieter van Vollenhoven over de korte gesprekjes.
Burlington heeft zijn best gedaan om er een onvergetelijke middag van te maken. Niet alleen door de aanwezigheid van de veteranen, maar ook door scholieren van Trinity Christian College uit te nodigen. De jeugd draagt T-shirts met de tekst ”we will remember”. Dat is ook de indringende boodschap van het samenzijn. De veteranen spreken elk een wens uit voor de jeugd, verwoord door militaire kadetten die de leeftijd hebben die de oud-strijders hadden toen ze in de jaren veertig in dienst traden. „Je weet niet wat oorlog is totdat je wordt beschoten”, zegt Fred Davis.
De jeugd komt ook aan het woord. Achterkleinkinderen van Nederlandse emigranten danken voor de bevrijding die de veteranen brachten voor hun overgrootouders, en de mogelijkheid die het hen gaf naar Canada te komen. Eerder in de middag hebben de kinderen zelf al kennis gemaakt met de prinses en haar man wanneer die komen luisteren naar hun ervaringen bij uitwisselingsbezoeken met leeftijdgenoten in Apeldoorn. „Als jullie naar Apeldoorn komen, geef mij dan een telefoontje”, zegt Pieter van Vollenhoven tegen een groepje dat er naar uitkijkt in de toekomst naar Nederland te komen. „Pas over vier jaar? Dan neem ik extra pillen zodat ik tegen die tijd nog in leven ben”, voegt hij er lachend aan toe.
De prinses en hoogleraar planten in het nabijgelegen Apeldoorn Park ook een boom, ter blijvende herinnering aan hun bezoek. „Het is een driekleurige beuk, eenzelfde boom die koningin Beatrix in 1988 in de botanische tuin plantte”, aldus burgemeester Rick Goldring. „Een boom met wijd verbreide wortels, zoals de vriendschap tussen onze beide landen.”