Vechten voor autonomie in Catalonië en ‘Ambazonia’
In deze rubriek reflecteren buitenlandredacteuren van het RD op actuele gebeurtenissen in het nieuws. Vrijdag: vechten voor autonomie in Catalonië en ‘Ambazonia’.

Alle fiere taal in volksliederen ten spijt, is nationale eenheid in veel landen een wankel ding. Dat bleek deze week nog eens duidelijk uit de gebeurtenissen in Catalonië, dat vastbesloten is zich van Spanje af te scheiden. Dat wil zeggen: een deel van de regio wil dat graag.
Gelijktijdig met de Catalaanse verwikkelingen deden zich zo’n 5500 kilometer verderop, in West-Afrika, soortgelijke incidenten voor. In Kameroen vielen zondag doden bij pogingen van het regime om een afscheidingsbeweging in het westen van het land de kop in te drukken. Activisten wilden er de onafhankelijke staat Ambazonia uitroepen.
De situaties zijn uiteraard verschillend, maar vertonen tegelijkertijd opvallend veel gelijkenis. Om te beginnen speelt in beide gevallen taal een rol in het conflict. In Catalonië gaat het om het Catalaans, in Kameroen om het Engels. Het noord- en zuidwesten van Kameroen, langs de grens met Nigeria, is Engelstalig; de rest van het land Franstalig. Waar de macht ligt is duidelijk: dubbel en dwars bij de Franstaligen.
Taal is bij uitstek een samenbindend element, maar laat zich niet opdringen. De voorbeelden van gevoelige taalkwesties liggen voor het oprapen: denk aan de taalstrijd in België en rond het Afrikaans in Zuid-Afrika.
Een tweede overeenkomst is dat de afscheidingsgezinde gebieden rijk zijn. Catalonië is goed voor bijna een vijfde van het bruto nationaal product (bnp) van Spanje, ‘Ambazonia’ voor ruim de helft van het bnp van Kameroen. De Catalanen hebben een sterke industrie, de Engelstalige inwoners van Kameroen olie en vruchtbare grond. Het is te begrijpen dat de inwoners van de regio’s ervoor passen enkel het melkkoetje van de machthebbers te zijn.
Een derde overeenkomst is dat het in de dissidente gebieden ook geen koekoek één zang is. In Catalonië zijn er uitgesproken Spaansgezinde gemeenten, terwijl er in het westen van Kameroen grote verdeeldheid bestaat over het doel van de opstand: onafhankelijkheid of meer autonomie. Stel dat het tot onafhankelijkheid komt, dan dienen zich nu al de volgende conflicten aan.
Vanuit het Westen schudden we nog weleens meewarig het hoofd over alle conflicten in Afrika, maar de les is dat we allemaal net mensen zijn. In het geval van Kameroen hebben we bovendien nog wel wat boter op ons hoofd. Het land was ooit een protectoraat van Duitsland, maar is na de Eerste Wereldoorlog verdeeld tussen Groot-Brittannië en Frankrijk. Rond de onafhankelijkheid in 1961 mochten de Engelstalige inwoners van Kameroen in een door de Britten georganiseerd referendum kiezen tussen ”Yes” of ”Oui”: voor aansluiting bij Nigeria of bij Frans-Kameroen. Onafhankelijkheid was geen optie.
Het is bepaald niet gezegd dat onafhankelijkheid de oplossing was geweest, maar waar bemoeiden we ons eigenlijk mee?