Degenen nu, die verstrooid waren door de verdrukking, die over Stefanus geschied was, gingen het land door tot Fenicie toe, en Cyprus, en Antiochie, tot niemand het Woord sprekende, dan alleen tot de Joden. En er waren enige Cyprische en Cyreneische mannen uit hen, welken te Antiochie gekomen zijnde, spraken tot de Grieksen, verkondigende den Heere Jezus. En de hand des Heeren was met hen; en een groot getal geloofde, en bekeerde zich tot den Heere. En het gerucht van hen kwam tot de oren der Gemeente, die te Jeruzalem was; en zij zonden Barnabas uit, dat hij het land doorging tot Antiochie toe. Dewelke, daar gekomen zijnde, en de genade Gods ziende, werd verblijd, en vermaande hen allen, dat zij met een voornemen des harten bij den Heere zouden blijven. Want hij was een goed man, en vol des Heiligen Geestes en des geloofs; en er werd een grote schare den Heere toegevoegd. En Barnabas ging uit naar Tarsen, om Saulus te zoeken; en als hij hem gevonden had, bracht hij hem te Antiochie. En het is geschied, dat zij een geheel jaar samen vergaderden in de Gemeente, en een grote schare leerden; en dat de discipelen eerst te Antiochie Christenen genaamd werden. En in dezelfde dagen kwamen enige profeten af van Jeruzalem te Antiochie. En een uit hen, met name Agabus, stond op, en gaf te kennen door den Geest, dat er een grote hongersnood zou wezen over de gehele wereld; dewelke ook gekomen is onder den keizer Claudius. En naardat een iegelijk der discipelen vermocht, besloot elk van hen iets te zenden ten dienste der broederen, die in Judea woonden. Hetwelk zij ook deden, en zonden het tot de ouderlingen, door de hand van Barnabas en Saulus.
Uitleg
De steniging van Stéfanus had grote gevolgen. De Joden waren niet alleen woedend op Stéfanus, maar werden het ook op de volgelingen van Jezus van Nazareth. Hoe durfden die volgelingen te zeggen dat zij, Gods volk, Mozes en de weten niet eerden.
En bovendien beweerden die volgelingen dat Jezus was opgestaan uit de dood. Dat was toch een leugen? De Romeinse soldaten hadden immers gezegd dat Zijn volgelingen zelf Zijn lichaam hadden geroofd. Die verderfelijke sekte moest worden uitgeroeid.
De vervolging van de gemeente te Jeruzalem brak uit. De kerk kwam in de verdrukking. Het gevolg was dat veel gelovige wegvluchtten uit Jeruzalem, heel Israël door. Ja, ze vluchtten zelfs over de grens naar de heidense wereldstad Antiochië. De duivel wilde de kerk vernietigen, maar God gebruikt de verstrooiing om veel anderen, ook heidenen, tot bekering te brengen. En dan lezen we dat ook in Antiochië een gemeente ontstond uit de heidenen. Hier is het begin van de wereldoogst. Wat werkt de Heere wonderlijk. Vergeet niet dat de Heere ook van jou vraagt om Zijn Woord door te geven aan allen die nog nooit van Hem gehoord hebben. Een grote opdracht! En mag jij de naam van christen al echt dragen, of is het alleen in naam?
De eerste christengemeente in Jeruzalem groeit snel. Velen komen tot bekering. We zien hier duidelijk dat als de Heilige Geest werkt, er dan wonderen gebeuren. Dan komen zondaren tot bekering. Wil je bekeerd worden? Dan moet je vragen of de Heilige Geest in je hart wil komen. Dan gebeuren er ook in jouw leven wonderlijke dingen.
Tot de gemeente behoren ...
Stéfanus was niet alleen een diaken, maar ook een evangelist. Niet alleen in zijn daden, het zorgen voor de armen maar ook in zijn woorden gaat er veel van hem uit. Hij verkondigt onder de Joden de Heere Jezus. Zij hebben Hem wel verworpen en gekruisigd, maar Hij is de van God beloofde Messias. Stéfanus mag zijn werk ...
Voor het Sanhedrin houdt Stéfanus een rede die we lezen in Handelingen 7: 2-53. Wat een geloofsmoed om zo te getuigen! Stéfanus gaat het Sanhedrin een geschiedenisles geven. Niet zomaar een les. Nee hij begin van Abraham, daarna noemt hij Jozef. Steeds wijst hij erop dat God doet wat Hij beloofd heeft. Dat was zo bij Abraham en bij ...
In het laatste stuk van zijn rede spreekt Stéfanus over de tabernakel en de tempel. De tempel was voor de Joden en het Sanhedrin een heilige plaats, want daar woonde toch de Heere.
God gaf aan het volk Israël een tabernakel en later mocht Salomo de tempel bouwen. Het was de plaats waar de Heere liet zien dat ...
Stéfanus wijst de Joden op hun hardnekkigheid. Dat verdragen ze niet. Ze worden ontzettend boos. Lees maar wat er staat in vers 54. Stéfanus zegt dat ze helemaal geen kinderen van God zijn. Want hun hart is niet vernieuwd. Dit heeft nog nooit iemand tegen hen durven zeggen. Ze willen het ook niet horen. Ze stoppen hun oren dicht. ...
De steniging van Stéfanus had grote gevolgen. De Joden waren niet alleen woedend op Stéfanus, maar werden het ook op de volgelingen van Jezus van Nazareth. Hoe durfden die volgelingen te zeggen dat zij, Gods volk, Mozes en de weten niet eerden.
En bovendien beweerden die volgelingen dat Jezus was opgestaan uit de dood. Dat was toch een ...
Bij de steniging van Stéfanus paste Saulus op de kleren van allen die stenen gooiden. Hij was blij dat die Stéfanus uit de weg werd geruimd. Zijn welverdiende loon! Saulus was toen nog onbekeerd, al dacht hij dat hij God diende, omdat hij zo’n trouwe volgeling was van de Farizeeën. Hij meende ook dat hij God ...
Grote gevolgen
Handelingen 11:19-30
Uitleg
De steniging van Stéfanus had grote gevolgen. De Joden waren niet alleen woedend op Stéfanus, maar werden het ook op de volgelingen van Jezus van Nazareth. Hoe durfden die volgelingen te zeggen dat zij, Gods volk, Mozes en de weten niet eerden. En bovendien beweerden die volgelingen dat Jezus was opgestaan uit de dood. Dat was toch een leugen? De Romeinse soldaten hadden immers gezegd dat Zijn volgelingen zelf Zijn lichaam hadden geroofd. Die verderfelijke sekte moest worden uitgeroeid. De vervolging van de gemeente te Jeruzalem brak uit. De kerk kwam in de verdrukking. Het gevolg was dat veel gelovige wegvluchtten uit Jeruzalem, heel Israël door. Ja, ze vluchtten zelfs over de grens naar de heidense wereldstad Antiochië. De duivel wilde de kerk vernietigen, maar God gebruikt de verstrooiing om veel anderen, ook heidenen, tot bekering te brengen. En dan lezen we dat ook in Antiochië een gemeente ontstond uit de heidenen. Hier is het begin van de wereldoogst. Wat werkt de Heere wonderlijk. Vergeet niet dat de Heere ook van jou vraagt om Zijn Woord door te geven aan allen die nog nooit van Hem gehoord hebben. Een grote opdracht! En mag jij de naam van christen al echt dragen, of is het alleen in naam?
Terug naar Bijbel & leesplannen
Deze Bijbelstudie maakt deel uit van een groter Bijbelrooster.
Download het Leesplan als PDF
Alle Leesplan dagen
-Dinsdag: Een nieuwe diaken
De eerste christengemeente in Jeruzalem groeit snel. Velen komen tot bekering. We zien hier duidelijk dat als de Heilige Geest werkt, er dan wonderen gebeuren. Dan komen zondaren tot bekering. Wil je bekeerd worden? Dan moet je vragen of de Heilige Geest in je hart wil komen. Dan gebeuren er ook in jouw leven wonderlijke dingen. Tot de gemeente behoren ...
-Woensdag: Beschuldigd van laster
Stéfanus was niet alleen een diaken, maar ook een evangelist. Niet alleen in zijn daden, het zorgen voor de armen maar ook in zijn woorden gaat er veel van hem uit. Hij verkondigt onder de Joden de Heere Jezus. Zij hebben Hem wel verworpen en gekruisigd, maar Hij is de van God beloofde Messias. Stéfanus mag zijn werk ...
-Donderdag: De rede van Stéfanus (1)
Voor het Sanhedrin houdt Stéfanus een rede die we lezen in Handelingen 7: 2-53. Wat een geloofsmoed om zo te getuigen! Stéfanus gaat het Sanhedrin een geschiedenisles geven. Niet zomaar een les. Nee hij begin van Abraham, daarna noemt hij Jozef. Steeds wijst hij erop dat God doet wat Hij beloofd heeft. Dat was zo bij Abraham en bij ...
-Vrijdag: De rede van Stéfanus (2)
In het laatste stuk van zijn rede spreekt Stéfanus over de tabernakel en de tempel. De tempel was voor de Joden en het Sanhedrin een heilige plaats, want daar woonde toch de Heere. God gaf aan het volk Israël een tabernakel en later mocht Salomo de tempel bouwen. Het was de plaats waar de Heere liet zien dat ...
-Zaterdag: Stervend bidden
Stéfanus wijst de Joden op hun hardnekkigheid. Dat verdragen ze niet. Ze worden ontzettend boos. Lees maar wat er staat in vers 54. Stéfanus zegt dat ze helemaal geen kinderen van God zijn. Want hun hart is niet vernieuwd. Dit heeft nog nooit iemand tegen hen durven zeggen. Ze willen het ook niet horen. Ze stoppen hun oren dicht. ...
-Zondag: Grote gevolgen
De steniging van Stéfanus had grote gevolgen. De Joden waren niet alleen woedend op Stéfanus, maar werden het ook op de volgelingen van Jezus van Nazareth. Hoe durfden die volgelingen te zeggen dat zij, Gods volk, Mozes en de weten niet eerden. En bovendien beweerden die volgelingen dat Jezus was opgestaan uit de dood. Dat was toch een ...
-Maandag: Paulus stond erbij
Bij de steniging van Stéfanus paste Saulus op de kleren van allen die stenen gooiden. Hij was blij dat die Stéfanus uit de weg werd geruimd. Zijn welverdiende loon! Saulus was toen nog onbekeerd, al dacht hij dat hij God diende, omdat hij zo’n trouwe volgeling was van de Farizeeën. Hij meende ook dat hij God ...