De kop ”Cryptoverslaving? Schotten hebben een behandeling” was voor veel lezers van de Metro van 6 juni ongetwijfeld cryptisch. De auteur van het artikel had dat waarschijnlijk al voorzien want er stond een speciaal blokje met een toelichting bij, met als kop ”Cryptowat?”. Wat is cryptoverslaving en wat hebben de Schotten daarmee te maken?
Cryptoverslaving is verslaving aan cryptovaluta. Dat zijn munten die je niet in je portemonnee hebt, maar op internet. Ze lijken op aandelen, die je kunt kopen en verkopen, maar alles is virtueel. Wat een aandeel waard is, hangt af van wat we met z’n allen vinden dat het waard is. Dat geldt in zekere zin ook wel voor bankgeld, waarvan de koersen kunnen veranderen, maar daar bestaat toch een duidelijker relatie met banken die voor een bepaalde waarde garant staan.
Cryptogeld wordt door niemand beheerd dan door de gezamenlijke eigenaars. Het bekendste voorbeeld van cryptogeld is de bitcoin. De bitcoin is gebaseerd op de zogenaamde blockchaintechnologie. Dat is een versleutelingstechniek (vandaar de naam ”crypto”), waardoor de toegang tot je geld niet zomaar voor iedereen openstaat. Transacties worden gedaan door een opdracht als een blokje (block) toe te voegen aan de keten (chain) van eerdere transacties. Dat kan alleen als uit een eerder blokje blijkt dat jij de eigenaar bent van de bitcoins die je wilt versturen.
Hoe nieuw is dit allemaal? Voorstanders van de bitcoin haasten zich om te zeggen dat ons meeste geld sowieso al digitaal is en dat daar niets mis mee is. Ze voegen eraan toe dat de versleutelingstechnologie van de bitcoin bovendien veel veiliger is dan die van banken. Of dat inderdaad het geval is, is een technische kwestie waar ik me niet graag in meng. Maar het feit dat er tussen experts discussie over is, zegt wel iets.
Een andere discussie is die over het niet door banken beheerd worden van de bitcoins. Volgens sommige experts opent dat de mogelijkheid om transacties verborgen te houden voor iedereen die wil controleren of er geen sprake is van zwart geld dat witgewassen moet worden. De bitcoin gaat sterk uit van goed vertrouwen. Dat goed vertrouwen wordt gevraagd van zowel de deelnemers onderling als de buitenwereld (bijvoorbeeld de Belastingdienst). In een christelijke mensvisie is dat algauw nogal wat gevraagd. Zijn mensen inderdaad altijd zo eerlijk? Moet je mensen niet weghouden van verleidingen?
Dat laatste lijkt ondersteund te worden door het artikel in de Metro. Het feit dat de waarde van de bitcoin behoorlijk op en neer kan jojoën betekent dat je er veel geld aan kunt verdienen als je voortdurend op een slimme manier bitcoins aankoopt en verkoopt. Dat werkt eigenlijk net als bij aandelen. Juist omdat je alleen flinke winst kunt maken als je er permanent mee bezig bent, kan er een verslavend effect optreden. En dat effect treedt in Schotland blijkbaar op, want in de Castle Craigkliniek is recent een aparte afdeling geopend voor mensen die aan het verhandelen van cryptogeld verslaafd geraakt zijn.
Rondvraag in Nederland door de auteur van het artikel (Kyrie Stuij) leverde nog geen alarmerende signalen bij ons op. Maar Floor van Bakkum, teammanager preventie van de bekende Jellinek Kliniek, vertelde wel dat een eventueel verslavend effect zich vaak pas op langere termijn manifesteert. Geen reden dus om te denken dat het probleem alleen de Schotten geldt.
Het is met de bitcoin en de onderliggende blockchaintechnologie weer een beetje hetzelfde liedje als met veel andere nieuwe technologieën. De voorstanders presenteren het als dé oplossing voor een probleem en betogen op alle mogelijke manieren dat alles zo beveiligd is dat er eigenlijk niets mis kan gaan. Maar de eerste scheurtjes zijn al te zien. In maart 2013 was er een storing die tot een flinke koersval van de bitcoin leidde. Weliswaar was alles binnen twee uur weer in orde en herstelde de koers zich meteen, maar de claim van volledige betrouwbaarheid had toch een deukje opgelopen.
De bitcoin leunt sterk op vertrouwen. Nu kan een samenleving niet zonder vertrouwen. Dat geldt ook in een wereld waarvan we weten dat de zonde in ons aller hart schuilt. Een christelijke mensvisie maakt echter wel alert. Dankzij Gods genade zijn mensen inderdaad vaak te vertrouwen, maar er hoeft soms maar weinig te gebeuren of de zonde breekt naar buiten. Het zou mooi zijn als de technologie rekening zou houden met een aanwezigheid van het kwaad in ons. Dat zou een hoop narigheid kunnen besparen.
Prof. dr. Marc J. de Vries is bijzonder hoogleraar reformatorische wijsbegeerte aan de Technische Universiteit Delft. Reageren? rubriekforum@refdag.nl