Grapperhaus: Niet gehandhaafd in kerken
In de periode dat kerkelijke gemeenten maar heel beperkt mochten samenkomen, is de overheid niet handhavend opgetreden, aldus minister Grapperhaus.
„Er is weleens geklaagd door buren, waarna de politie aan de voordeur verscheen”, aldus de minister van Eredienst vrijdag in een interview met het Nederlands Dagblad (ND). „Maar voor zover ik weet, zijn handhavers nooit naar binnen gegaan. Dat is ook niet de bedoeling. In een gebouw van God is het aan gelovigen zelf verantwoordelijkheid te nemen.”
Over de onduidelijkheid die er nog altijd bestaat over de veiligheid van het samen zingen, zegt Grapperhaus (CDA) in hetzelfde interview: „Het is mogelijk weer te zingen in kerken, daarvoor geldt geen verbod. Maar het advies is wel daarmee heel terughoudend om te gaan.”
Hoewel uit onderzoek is gebleken dat een kerkdienst in woon-zorgcomplex Nieuw Rijsenburgh in Sommelsdijk niet dé bron vormde van de uitbraak van het coronavirus onder de bewoners, stelt de minister in het ND dat er „twee kerkdiensten zijn geweest op 8 maart die ertoe hebben geleid dat in geloofsgemeenschappen een enorme verspreiding ontstond, bijvoorbeeld in Sommelsdijk. (...) Het in de kerk bijeenkomen was een sterke oorzaak van die verspreiding. Maar laat ik heel duidelijk zijn: het is logisch dat zoiets destijds gebeurde, want toen waren alle maatregelen nog niet ingesteld. Als er op 8 maart een popconcert had plaatsgevonden, was dat ook een superspreader geweest. Het laat zien hoe gemeen dat virus is.”
„Erg mooi en indrukwekkend” vond Grapperhaus de preek die ds. J. Roos hield tijdens zijn bezoek op zondag 14 juni aan de gereformeerde gemeente in Nederland in Barneveld. Daarin ging het onder andere over Mozes. „De dominee heeft misschien willen zeggen: „Ook u moet doorgaan en niet verzaken, minister.” Niet dat ik Mozes ben natuurlijk, maar ik betrok die boodschap wel op mijzelf.”