Troostvolle foto’s van een overleden kind
Het overlijden van hun eerste kind, de dag na zijn geboorte, sloeg bij Nadus en Thea Noya een diepe wond. Dankzij een fotografe van Make a Memory verdwijnt Silvan ook voor hun omgeving niet uit beeld. „Ze heeft hem zó mooi weten vast te leggen.”
De kolom van witte fotolijstjes in de woonkamer van Nadus en Thea Noya (30) trekt onmiddellijk de aandacht. De vijf opvallend mooie zwart-witfoto’s tonen de jonge ouders met Silvan, hun eerste kind. En Silvan zelf. Op 7 juli 2014 kwam hij door een keizersnee ter wereld. Aan de boreling was te zien dat hij het zwaar had gehad, maar er waren geen redenen voor zorg.
„Na een paar uur sloeg het roer helemaal om”, blikt Thea terug. „Hij ging zo snel achteruit dat ze hem aan de beademing moesten leggen. Oorzaak was een groep-B-streptokok, die voor een pasgeboren baby heel gevaarlijk kan zijn. Hij is nog wel overgebracht naar het Radboudziekenhuis in Nijmegen, maar dat had geen zin meer. De volgende ochtend is hij overleden.”
Verpletterd door verdriet keken de ouders toe hoe hun kind wanhopig vocht, maar de strijd verloor. „Daar zijn geen woorden voor”, zegt Thea. „Hij is in mijn armen gestorven. Dat was het moeilijkste en tegelijk het mooiste moment in die dagen. Ik heb hem het leven gegeven en hij mocht tegen mijn borst weer sterven, terwijl Nadus zijn armen om ons heen had geslagen. Alles wat ik tegen Silvan wilde zeggen, heb ik gezegd. Natuurlijk had ik hem liever hier gehouden, maar ik weet dat hij nu op een nog veel mooiere plek is, bij God. Dat geeft ons troost.”
Dik album
Een verpleegkundige wees de jonge ouders op Make a Memory, de stichting die belangeloos foto’s maakt van voornamelijk jonggestorven kinderen. „Wij waren daar helemaal niet mee bezig. Je wereld stort in en je wilt je afsluiten van alles en iedereen, maar de begrafenisondernemer adviseerde het ook. Dat gaf voor ons de doorslag. Hij heeft voor ons contact opgenomen met Make a Memory.”
Twee dagen later belde een fotografe aan bij de tussenwoning in Vaassen. Voor de wijze waarop ze te werk ging, heeft Thea niets dan lof. „Heel natuurlijk en eerbiedig. Ze zei dat ze dankbaar was dit werk te mógen doen. We hadden Silvan thuis opgebaard, in zijn eigen kamertje. Ze heeft hem zó mooi weten vast te leggen. Daar zijn we heel dankbaar voor. Het is het enige tastbare dat we van hem hebben.”
In ongeveer een uur maakte de fotografe een uitgebreide serie. Make a Memory stuurde een paar dagen later een boekje met vijf geselecteerde foto’s. „Die hebben wij uit het boekje gehaald en ingelijst, omdat we zo ze prachtig vonden. Daarnaast kregen we een stick met alle foto’s. We hebben een heel dik album gemaakt.”
Sponsoractie
Het echtpaar, lid van de Molukse gemeente in Vaassen waar de vader van Nadus voorganger is, probeert als wederdienst het werk van Make a Memory te promoten. En fondsen te werven. Nadus beklom in 2015 met twee vrienden op de fiets de Franse Mont Ventoux, in het kader van de jaarlijkse actie ”Op de pedalen” van Make a Memory. Thea maakte gebaksbordjes voor het goede doel. De sponsoractie leverde ruim 8000 euro op. „Het is de planning dat we dat volgend jaar weer gaan doen. Afgelopen jaar kwam het er niet van, door de geboorte van onze Nael.”
De ouders kozen er bewust voor om de foto’s van hun eerste kind in de woonkamer te hangen. „Voor ons hoort Silvan er gewoon bij; hij heeft ons papa en mama gemaakt. Zijn sterven heeft ons nog meer naar elkaar toe gedreven. Ik denk door het geloof. Als christen heb je een driehoeksrelatie. Zelfs als we een keer recht tegenover elkaar staan, is er altijd één punt waarop we het eens zijn.”
Voor bezoekers maken de foto’s het gemakkelijk om over het sterven van Silvan te beginnen. „Het verzwijgen daarvan doet ons meer zeer dan het praten erover. Die foto’s hebben ons heel erg geholpen bij de verwerking van het verdriet. Ik ben ontzettend dankbaar dat ze ons in het Radboudziekenhuis op Make a Memory hebben gewezen.”
Jan Harryvan: „Zonder emotie kun je dit werk niet doen”
In het dagelijks leven werkt Jan Harryvan (57) aan de Wageningen Universiteit, op de afdeling voeding en gezondheid. Gemiddeld een dag per week wijdt hij aan zijn grote liefde: fotografie. Sinds 2010 maakt hij deel uit van het netwerk van Make a Memory. „Toen ik over deze stichting hoorde, dacht ik meteen: dit zou weleens iets voor mij kunnen zijn. In het kantoor in Werkhoven heb ik mijn werk gepresenteerd en hebben ze een gesprek met me gehad. Om te bepalen of ik geschikt ben voor dit werk. Het is iets anders dan een bedrijfs- of een bruidsreportage maken. Bovendien ben je als fotograaf het gezicht en de ambassadeur van de stichting, al doe je het primair voor de ouders.”
De bevlogen fotograaf bezoekt voor Make a Memory voornamelijk ziekenhuizen: van Amersfoort tot Nijmegen. Hij heeft intussen bijna zestig reportages op zijn naam staan, meest van kinderen die dood ter wereld kwamen of net na de geboorte overleden. „Maar ik ben ook bij kinderen geweest van twee jaar, zes jaar, dertien jaar…” De inwoner van Veenendaal beschouwt het werk vanuit zijn christelijke levensvisie als een diaconale taak. „Ouders die een kind moeten verliezen, verdienen alle mogelijke support. Op deze wijze kan ik iets voor hen betekenen. Je geeft ze een tastbare memory.”
Voor hij op pad gaat, neemt hij via het digitale systeem van Make a Memory kennis van de beschikbare gegevens. „Onderweg naar mijn bestemming luister ik naar troostvolle muziek: vaak van Bach of Mendelssohn. Ik bel ook nooit aan zonder vooraf mijn handen te vouwen. Ik weet dat ik in een heel moeilijke situatie terecht kan komen. Ter plekke leg ik altijd nog even uit wat onze werkwijze is. Als ouders bepaalde fotowensen hebben, kunnen ze die aangeven. Wat ik probeer te vangen, is hun liefde voor het overleden kind. Als dat niet lukt, vind ik mijn fotoshoot eigenlijk niet geslaagd.”
Soms verricht hij zijn werk in alle rust, soms onder hectische omstandigheden. Een zesjarig meisje op de intensive care van het Radboudumc in Nijmegen overleed toen hij haar aan het fotograferen was. „Ik heb ook foto’s gemaakt van de verzorging na het overlijden, door de moeder. Lief en leed komen dan samen op een manier die je emotioneel niet aan elkaar kunt knopen. Bij die mensen heb ik gezien wat rauw verdriet is. Dat staat nog steeds op mijn netvlies. Ik sta ook weleens te huilen. Zonder emotie kun je dit werk niet doen.”
Uitermate dramatisch was die keer dat hij werd gevraagd om in Zwolle een overleden kindje te fotograferen dat er een van een tweeling was. „Tijdens mijn aanwezigheid overleed ook de tweede baby, terwijl artsen en verpleegkundigen er alles aan deden om die in leven te houden. Zowel emotioneel als fototechnisch was dat enorm zwaar. Later hoorde ik via een omweg dat de ouders heel blij waren dat ze ook foto’s hadden van het gevecht voor het leven van dat tweede kindje. Dat maakte voor mij alles goed.”
Een prikbord vol dankbaarheid
Ooit was het kantoor van Make a Memory in het Brabantse Westerhoven een kantoor van de Rabobank. Aan kleine details is dat nog te zien, maar de belangrijkste blikvanger is nu het enorme prikbord met kaarten en briefjes. Van dankbare ouders. De stichting werd in 2008 opgericht door fotograaf Ed van Schaik en zijn vrouw Rian, voorheen werkzaam in de zorg. Aanleiding was het bezoek aan kennissen die foto’s lieten zien van hun jong overleden kindje. Het kindje stond er fotografisch gezien wel heel onvoordelig op. Er viel een pijnlijk stilzwijgen en „die foto’s boden geen opening tot gesprek”, verklaart Rian. „Toen we naar huis liepen, zeiden we tegen elkaar: „Dat moet toch anders kunnen?” Je gunt zulke mensen een mooie herinnering.”
De bedoeling was om er een regionaal initiatief van te maken, maar na een krantenartikel over de jonge stichting stond de telefoon roodgloeiend. „Binnen drie maanden hadden we aanvragen uit het hele land.” Het dwong Ed collega’s in te schakelen. Intussen beschikt Make a Memory over een landelijk netwerk van ruim 140 professionele fotografen, en is de stichting bekend in alle Nederlandse ziekenhuizen. De fotografen ontvingen aanvankelijk zelfs geen reiskostenvergoeding. „Nu betalen we de kilometerkosten en parkeerkosten”, zegt Rian, de officemanager van de stichting. „Daar blijft het bij. We doen dit werk echt belangeloos. Ons doel is ouders een herinnering te geven die troost biedt. Daar moeten de foto’s aan voldoen.”
De fotografen van Make a Memory maken zwart-witbeelden van terminale of gestorven kinderen in de leeftijd van nul tot achttien jaar. In ongeveer 80 procent van de gevallen betreft het kinderen die levenloos geboren worden of snel na de bevalling overlijden. Een groot deel van de reportages wordt daardoor in het ziekenhuis gemaakt. Alle Nederlandse ziekenhuizen en grote uitvaartondernemingen beschikken over het protocol van de stichting, die dag en nacht bereikbaar is. Zeven dagen in de week.
Het aangeleverde fotomateriaal wordt verwerkt in Westerhoven. Eerst gebeurde dat bij het echtpaar Van Schaik aan de keukentafel. Na twee jaar was de hoeveelheid werk zo gegroeid, dat niet viel te ontkomen aan het zoeken van externe kantoorruimte. Twee mannelijke vrijwilligers zijn er bezig met het screenen van de beelden. In het vertrek ertegenover staat een hypermoderne printer.
De fotografen tekenen ervoor dat ze afstand doen van de beelden. Make a Memory draagt ze over aan de ouders. „Als fotografen zelf het materiaal versturen, weet ik niet wat er onder onze naam de deur uit gaat”, licht Rian toe. „Je hebt dan ook geen grip op de termijn waarop ouders de foto’s ontvangen. Omgekeerd biedt deze werkwijze een stukje bescherming voor de fotograaf. Die maakt de reportage, kan in ons systeem de foto’s uploaden en tikt de adresgegevens van de ouders in. Daarmee is voor hem of haar de opdracht afgesloten.”
Om te voorkomen dat er een verstrengeling van ideële en commerciële activiteiten ontstaat, werken de fotografen van Make a Memory anoniem. „Ze presenteren zich met hun voornaam, wisselen geen visitekaartjes uit en verwijzen bij vragen naar ons kantoor.” De ouders ontvangen binnen tien dagen het boekje met vijf door de fotograaf geselecteerde foto’s en een stick met al het beeldmateriaal. Gratis. „Het is elk jaar weer spannend of we het benodigde geld binnen krijgen”, bekent Rian. „We maken zo’n 800 reportages per jaar en hebben 250 euro per kind nodig. Dan kom je op een bedrag van twee ton. Dankzij giften en sponsoracties lukt het tot nu toe aan ons ideaal vast te houden. Geld mag voor ouders nooit een verhindering vormen om gebruik te maken van onze diensten.”