Beperken instroom asielzoekers is complex
De VVD stemde vorige week in met de nieuwe spreidingswet, waardoor gemeentes verplicht kunnen worden asielzoekers te huisvesten. Dat gebeurde nadat premier Rutte toezegde aan de slag te gaan met het inperken van de stroom asielzoekers. In hoeverre kan hij die belofte waarmaken?
„Mensen die bescherming verdienen, moeten die ook kunnen krijgen”, stelt prof. Peter Rodrigues, hoogleraar immigratierecht aan de Universiteit Leiden. „Dat is belangrijk vanuit humaan oogpunt. Maar er ligt ook een juridische verplichting.”
Nederland is gebonden aan het Vluchtelingenverdrag van de Verenigde Naties. Daarin staat dat mensen die vervolging vrezen vanwege bijvoorbeeld godsdienst of politieke overtuiging, recht hebben op bescherming. Daarnaast zijn er bindende Europese afspraken voor de erkenning en verdeling van vluchtelingen over de 27 landen van de Europese Unie.
„Het Europees Unierecht staat ons niet toe om asielzoekers te weigeren als er bijvoorbeeld 10.000 aanvragen zijn ingediend”, vervolgt Rodrigues. Wat als er geen plek meer is in aanmeldcentra en asielzoekerscentra? „In de verdragen zit geen het-lukt-even-niet-clausule. Je moet als land daarom zorgen dat de infrastructuur en de huisvesting van asielzoekers en statushouders op orde is.”
Grenscontrole
Denemarken heeft een uitzondering bedongen op de Europese asielwetgeving. Daardoor is het land in staat een keihard anti-immigratiebeleid te voeren. Kan Nederland zijn beleid naar Deens model inrichten? Nee, stelt Rodrigues. „Je kunt niet alsnog die uitzondering krijgen. Denemarken heeft dat geregeld bij de totstandkoming van de Europese asielregeling.”
De politieke partij JA21 pleit voor het invoeren van grenscontroles om zo de asielinstroom een halt toe te roepen. Dat is alleen mogelijk als Nederland uit de EU stapt, stelt mr. dr. Karen Geertsema, docent aan de Radboud Universiteit en deskundige op het gebied van Europees en nationaal migratierecht. „Het is een verworvenheid van de Europese Unie dat er geen binnengrenzen meer zijn.”
De zogenaamde Schengengrenscode staat toezicht aan de binnengrenzen van de Europese Unie alleen toe als er sprake is van ernstige bedreiging van de openbare orde of veiligheid. Zo’n situatie deed zich voor tijdens de coronapandemie. De marechaussee controleerde mensen toen op coronabewijzen.
Geertsema denkt dat de asielinstroom, die een permanent karakter heeft, geen reden is om opnieuw grenscontroles in te voeren. Volgens Rodrigues wordt daar binnen de Europese Commissie echter wel over nagedacht. Ook overweegt de commissie of de termijn van maximaal een halfjaar waarin grenscontroles mogen plaatsvinden, opgerekt kan worden.
Dublinverordening
Vluchtelingen die in Nederland een asielaanvraag doen, zijn meestal via een ander Europees land de grens overgestoken. Asiel horen ze aan te vragen bij het land waar ze het Europees grondgebied zijn binnengekomen. Volgens de Dublinverordening kan Nederland deze vluchtelingen overdragen naar het eerste land van binnenkomst. Kan hier nog een flinke slag worden gemaakt? „De Nederlandse autoriteiten zetten dat instrument graag in”, zegt Geertsema. „Er wordt al ontzettend veel met asielaanvragen geschoven. Dat kost bakken tijd en geld, en geeft asielzoekers veel stress.”
Volgens Rodrigues kan Nederland nog wel meer gebruikmaken van deze Dublinafspraken. Dat heeft een schaduwzijde: „Er ligt al onevenredig veel druk op zuidelijke lidstaten die door hun geografische ligging de meeste asielzoekers opvangen, zoals Griekenland, Italië en Malta. Door deze scheve verdeling worden ze halsstarrig en weigeren ze mensen uit andere EU-landen op te nemen.”
Het kabinet heeft onlangs de regels voor nareizigers, familieleden van statushouders, aangescherpt. Zolang statushouders geen woonruimte hebben, kunnen ze hun familie niet over laten komen. Dat geldt tot een maximum van vijftien maanden. Volgens Geertsema zoekt het kabinet hiermee de grenzen van het recht op. „Het is wachten tot de eerste rechter zich daartegen uitspreekt.”
Arbeidsvergunningen
Niet elke asielzoeker krijgt een verblijfsvergunning. Uitgeprocedeerden zoals zogenoemde veiligelanders moeten terugkeren naar het land van herkomst. Als zij niet meer over een geldig paspoort beschikken, is medewerking van dat land nodig. Daaraan schort het nog weleens, zegt Rodrigues. „Om dat te verbeteren, zou het kabinet afspraken met deze landen kunnen maken. Zo zou Nederland ter compensatie economische steun kunnen bieden of arbeidsvergunningen kunnen verstrekken.”
Geertsema en Rodrigues vinden het belangrijk dat de overheid inzet op het aanpakken van de onderliggende oorzaken van migratie, zoals klimaatverandering, grote wereldwijde verschillen in welvaart en een scheve verdeling van voedsel. Ook zijn maatregelen nodig die het economische gedrag van rijke westerse landen veranderen, vindt Geertsema. „Onze wens tot alsmaar groei en goedkope producten werkt migratie in de hand. Zo halen Europese vissers oceanen voor de West-Afrikaanse kust leeg, waardoor Afrikaanse vissers niets meer vangen en honger lijden. Dan moet je accepteren dat zij migreren, ook richting Nederland.”