Kerk & religie

GG spreken zich na onderzoek over WOII opnieuw uit tegen antisemitisme

Hoe was de houding van de Gereformeerde Gemeenten in de Tweede Wereldoorlog ten opzichte van Jodenvervolging? De generale synode van het kerkverband boog zich woensdag over een rapport naar aanleiding van deze vraag en besloot opnieuw stelling te nemen tegen antisemitisme.

Redactie kerk
14 September 2022 21:34
De generale synode van de Gereformeerde Gemeenten is woensdag en donderdag in Gouda bijeen. beeld RD, Anton Dommerholt
De generale synode van de Gereformeerde Gemeenten is woensdag en donderdag in Gouda bijeen. beeld RD, Anton Dommerholt

In 2020 legden verschillende kerken schuldbelijdenis af tegenover de Joden. Het deputaatschap besloot daar destijds niet in mee te gaan, met name vanuit de overtuiging dat het niet mogelijk is om in de plaats van anderen schuldbelijdenis af te leggen.

Het betreft een gevoelig onderwerp, gaf deputaatschapsvoorzitter ds. A. Schot (Nunspeet) aan. „We hebben gemerkt dat veel mensen nog persoonlijke ervaringen en herinneringen hebben, hetzij positief, hetzij negatief. Ook al komen wij niet tot een schuldbelijdenis, die pijn uit het verleden gevoelen wij ook.”

Onderzoek

Naar aanleiding van vragen uit enkele gemeenten, besloot het deputaatschap een onderzoek in te stellen naar de houding van de Gereformeerde Gemeenten in de oorlog. Dat is uitgevoerd door historicus dr. E. G. Bosma uit Rijssen, die diverse kerkelijke archieven heeft onderzocht. Daarbij is uitgegaan van het instituut als geheel, en niet van de houding van individuele personen, lichtte ds. A. Schot toe.

Ouderling M. J. W. Hoek (Gouda) signaleerde als een van de opvallendste uitkomsten van het onderzoek de ontdekking dat de Gereformeerde Gemeenten in 1942 hoogstwaarschijnlijk een protest bij de overheid mede hebben ondertekend tegen de omgang met de Joden. „Dat protest was qua inhoud niet mals. Die ontdekking is winst van dit rapport. Het lijkt erop dat, in de omstandigheden waarin het kerkgenootschap verkeerde, er met andere kerken toch veel is gedaan om protest aan te tekenen.”

Ootmoed

Het deputaatschap vroeg de synode zich –evenals in 2018 gebeurde– uit te spreken tegen antisemitisme. Ouderling A. J. van der Maas (Aagtekerke) signaleerde dat het rapport stelling neemt tegen haat tegen het Joodse volk. „Moeten we daarin niet verder gaan, door actiever te formuleren dat wij antisemitisme moeten bestrijden?” Zijn voorstel kreeg bijval van de synode.

Verschillende afgevaardigden onderstreepten de moeite van het deputaatschap met schuldbelijden in de plaats van anderen. Wel vroeg ds. A. Schreuder (Beekbergen) of een houding van ootmoed tegenover wat in het verleden is gebeurd geen plek zou moeten krijgen in de synode-uitspraak. „Als wij ons nu alleen uitspreken tegen antisemitisme, zou het erop kunnen lijken alsof wij ons daar in het verleden nooit aan hebben schuldig gemaakt. Maar ook in onze gemeenten is sprake geweest van voortschrijdend inzicht in onze houding ten opzichte van het Joodse volk.”

Ds. G. W. S. Mulder (Ridderkerk) onderstreepte deze oproep. „Wat in de oorlog is gebeurd, gebeurde in een eigen historische context. Het is heel moeilijk om daar dan nu, vanuit het heden, wijze uitspraken over te doen. We leven in een ”woke-cultuur” waarin voortdurend afstand genomen wordt van wat niet goed is in ons eigen oog. Laten we proberen daar rustig en bezonnen mee om te gaan. Maar ons past wel een houding van ootmoed. Ook onder ons zijn dingen gepasseerd waarover wij ons ootmoedig moeten opstellen.”

Uitblinken

Ds. H. A. van Zetten (Nieuw-Beijerland) wees erop dat het Nederlandse volk als geheel zich in de oorlog terughoudend, „als een grijs midden”, heeft opgesteld. „We zouden als christelijke kerk daartussen hebben moeten uitblinken in onze houding, maar daar is niet zoveel van te vinden. In hoeverre staat voor Joden de houding van de christenheid in Europa in het verleden de ontvangst van de boodschap van het Evangelie vandaag in de weg?”

Dat laatste gebeurt zeker, gaf ds. A. Schot aan. „Er liggen heel veel belemmeringen, gelet op wat in het verleden gebeurd is. Tegelijk horen wij in gesprekken met Joden vaak dat zij niet zozeer om schuldbelijdenis vragen, maar letten op onze houding nú. Hoe stellen wij ons nu tegenover hen op?”

De synode nam de uitspraak over dat antisemitisme als haat tegen het Joodse volk zich „op geen enkele wijze verdraagt met de christelijke roeping en levenshouding”, maar dat deze christelijke roeping zich uit in „het beste voor het Joodse volk zoeken en hun behoud in Jezus Christus te zoeken en daarvoor te bidden.” Op verzoek van de synode wordt daaraan een passage toegevoegd met betrekking tot een houding van ootmoed ten opzichte van de houding tegenover het Joodse volk.

Moeilijk werk

Het deputaatschap voor Israël onderzoekt mogelijkheden voor het werk onder Joden in Nederland en België. Ds. A. Schot: „Dat bevindt zich nog in de onderzoeksfase. Het is moeilijk werk, dat stapje voor stapje moet gebeuren, om niet af te breken wat je hebt opgebouwd.”

Naar aanleiding van het rapport concludeerde de synode met instemming dat de onderlinge samenwerking van deputaatschappen de laatste jaren steeds nauwer wordt. Zo viel sinds de vorige synode de beslissing om een aantal periodieken van diverse deputaatschappen gezamenlijk te verzenden.

Op een vraag van ds. P. J. de Raaf (Boskoop) gaf ds. A. Schot aan dat thema’s als de besnijdenis of het houden van de rustdag op zondag regelmatig aan de orde komen in gesprekken met de gemeente in Nazareth, om te wijzen op de Bijbelse lijn daarin. De synode sprak waardering uit voor het werk van ds. M. L. Dekker in Israël en riep ertoe op dit in de voorbede te gedenken.

18600611.JPG
Deel van het moderamen. In het midden preses ds. P. Mulder. beeld RD, Anton Dommerholt

Beroepingswerk

Ds. H. J. Agteresch (Werkendam) vroeg tijdens de bespreking van het rapport van het deputaatschap vertegenwoordiging en voorlichting naar de wenselijkheid van het online publiceren van tweetallen. „Is dat niet strijdig met het geestelijke karakter van beroepingswerk?”

Enkele afgevaardigden erkenden dit punt, maar wezen er ook op dat op verschillende plaatsen op internet beroepingswerk wordt gedeeld, met soms onvolledige of onjuiste vermeldingen. De synode onderstreepte het belang om het openbaar maken van beroepingswerk via kerkenraden te laten verlopen.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl
Meer over
Synode GG 2022

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer