Limonade en dekens voor dakloze asielzoekers in Ter Apel
Hoelang duurt het nog voor we asiel kunnen vragen? Die vraag klinkt overal op het terrein voor het aanmeldcentrum in Ter Apel. Intussen delen vrijwilligers limonade en dekens uit aan de ontheemden.
Honderden asielzoekers bivakkeren vrijdagmiddag voor de poort van het aanmeldcentrum. Overal zitten en liggen mensen. Op het gras, tegen een hek geleund of onder een gespannen doek.
Khaled (28) uit Syrië heeft een verband om zijn rechteroog. Hij spreekt geen Engels, maar via de vertaalapp SayHi maakt hij duidelijk dat hij tijdens zijn vlucht in een Bulgaars bos gewond is geraakt aan zijn oog. „Ik ben hiervandaan naar het ziekenhuis gebracht, waar mijn oog is behandeld.”
Khaled, die in Syrië in de landbouw werkte, is getrouwd en vader van drie kinderen: 6 jaar, 3 jaar en 7 maanden. „Zij zijn nog in Syrië, op het platteland, in het district Damascus. Hun situatie is slecht, heel slecht.” Vijf dagen is de asielzoeker nu in Nederland, waar hij buiten slaapt. „Ik weet niet wanneer ik naar binnen mag om asiel aan te vragen.”
Zorgondernemer
Om één uur rijdt een personenbusje het parkeerterrein op. De elf inzittenden klappen enkele tafels uit en zetten er grote jerrycans met limonade op. Binnen enkele minuten staan ze ranja te tappen in kartonnen bekertjes en delen deze uit aan de asielzoekers die langslopen.
Initiatiefnemer van de actie is Yljo van Donselaar. De 29-jarige inwoner van Ter Apel is groepsleider en zorgondernemer. Met zijn ouders runt hij Huize Henricus in het Drentse Emmer-Compascuum, waar „mensen met een verstandelijke beperking en mogelijk psychiatrisch probleemgedrag wonen en werken.” Een deel van de bewoners is vandaag meegekomen naar Ter Apel.
Claudia –op de achterzijde van haar shirt staat ”Eigen-wijs wonen en werken”– is een van hen. Met een brede lach stapt ze op mensen af en biedt hun limonade aan. Ze neemt er geen genoegen mee als ze hun hoofd schudden. „You have to take it, je moet het nemen”, zegt ze. „Geen discussie, het is goed voor je.” Slechts een enkeling durft daarna de beker nog te weigeren.
Beschamend
Robel (36) vertelt met een bekertje drinken in zijn hand dat hij uit Ethiopië komt. Tien dagen geleden arriveerde hij in Ter Apel. Hij wijst om zich heen, naar de mensen die rondom hem zitten of liggen. „Beschamend. In zo’n rijk land als Nederland. Ik kom hier niet zomaar op bezoek, maar ben gevlucht omdat ik problemen had in mijn land.”
Ook Mohammed (38) uit Syrië neemt een bekertje ranja aan. Hij kijkt vragend naar een spandoek dat aan een hek is bevestigd en vraagt wat de tekst betekent. ”Bedroefd, beschaamd, boos, machteloos”, schilderde ene Rinka –haar naam staat erbij– met grote letters. Sinds drie dagen is Mohammed in Nederland. Zijn vrouw en dochters –8 en 5 jaar– zijn nog in Syrië. „Ik had niet verwacht dat ik hier buiten zou moeten slapen”, zegt hij. „Maar ik leef nog.”
Intussen raken de jerrycans met ranja langzaam leeg, stelt vrijwilliger Henk tevreden vast. Hij komt uit Ter Apel en woont sinds zes jaar in Huize Henricus. Eerder vond hij contact met asielzoekers lastig. „Maar nu ben ik hier gewoon om te helpen.” Hij haalt een papier tevoorschijn waarop hij zijn gedachten heeft opgeschreven: „Ik vind het schandalig hoe ze met mensen omgaan. Daarom komen wij als Huize Henricus in actie.”
Petjes
Het is niet de eerste actie die Van Donselaar bij het aanmeldcentrum organiseert. Eerder –toen er nog kinderen op het buitenterrein zaten– deelde hij onder meer speelgoed uit. „Ook hebben we een keer petjes gebracht, tegen de warmte.”
Hij kent de verhalen van onveilige situaties en onderlinge gevechten rond het aanmeldcentrum. „Dat is natuurlijk niet gek als zo veel mannen dicht op elkaar zitten, zonder hoop. Daarbij speelt mee dat veel mensen psychische problematiek hebben”, zegt de zorgondernemer.
„Op een avond, toen de sfeer wat grimmig werd, heb ik een rondje gelopen om te kijken of ik kon helpen om de situatie wat te de-escaleren. Ik heb mensen gesproken die mot met elkaar hadden. Dat ging meestal om kleine dingen: ruzie om water of een slaapplek onder een boom. Met een beetje afleiding of het aanbieden van een sigaret ging het vaak wel weer goed.”
Hoe kwam hij op idee om hulp te gaan verlenen rond het aanmeldcentrum? „Ik woon hier tegenover en fiets elke avond een rondje met mijn twee kinderen. Het viel me op dat er mensen van buitenaf kwamen om hulp te bieden. Lokaal werd er weinig gedaan. Ik begon me een beetje te schamen.”
Binnen het team van Huize Henricus wierp hij de vraag op of ze iets zouden kunnen betekenen voor de asielzoekers. Dat leverde positieve reacties op. „We hebben daarna met de bewoners overlegd. We gaan er vanuit dat zij zelf keuzes kunnen maken. Als ze niet willen helpen, prima. Als ze dat wel willen, super! Bijna iedereen vond het leuk om mee te doen.”
Niet alle familieleden bleken de actie te ondersteunen. „We hebben twaalf bewoners. Een moeder van een van hen haalt haar kind binnenkort bij ons weg omdat ze het niets eens is met onze actie.”
Dekens
Omdat Huize Henricus „geen liefdadigheidsinstelling” is, zocht Van Donselaar samenwerking met onder andere de organisaties MiGreat en People for People. De vrijwilligers van Huize Henricus staan deze vrijdag klaar om hen te helpen dekens en hygiepakketjes uit te delen, maar wachten tevergeefs op de komst van de hulpgoederen.
Om 16.30 uur, als de groep net op het punt staat om te vertrekken, rijdt er alsnog een busje het terrein op. In no-time is het onder de asielzoekers bekend dat er hulpgoederen worden uitgedeeld. Binnen vijf minuten staan een paar honderd asielzoekers bij het busje. Roos Ykema van MiGreat klimt op een tafel en roept in het Engels: „Hallo allemaal. We hebben spullen voor iedereen, dus wees niet bang. Stel je op in twee rijen, pas daarna gaan we uitdelen.”
Zodra de rijen staan opgesteld, worden de fleecedekens en pakketjes met zeep, tandenborstel en tandpasta uitgedeeld. Intussen loopt Ykema breed gebarend tussen de rijen wachtenden door. „Welkom, welkom, bedankt voor het wachten”, zegt ze, terwijl ze links en rechts mensen een boks geeft. Binnen een halfuur heeft iedereen een pakketje ontvangen.
Van Donselaar heeft de volgende actie alweer voorbereid. Maandag wil hij met zijn team 700 warme maaltijden gaan uitdelen, zoals hij al eerder heeft gedaan. „Zo lang hier mensen zitten, willen we dat twee –of als het meezit drie– keer per week doen.”