Hij stopt verder met zijn public affairs-kantoor en met al zijn nevenactiviteiten.

Als partijadviseur en voormalig campagneleider van D66-leider Pechtold kreeg Van Drimmelen in 2015 een buitenechtelijke relatie met de vrouwelijke leidinggevende van het partijbureau van D66. In de verklaring geeft hij toe dat hij „te lang, te hardnekkig en soms bijzonder onaardig” heeft getracht met haar in gesprek te blijven, toen zij de affaire na anderhalf jaar beëindigde.

Volgens de ex-D66’er wilde hij onder meer overleggen over hoe de twee elkaar voortaan zouden bejegenen. Maar, zo erkent hij, „ik heb daarbij soms ook dingen gezegd waarvan ik besef dat ze dreigend zijn overgekomen.” De verklaring mondt uit in een spijtbetuiging aan het adres van de vrouw.

Eind 2020 liet het toenmalige partijbestuur het integriteitsbureau BING onderzoek doen naar Van Drimmelen, naar aanleiding van een anonieme klacht. Het rapport pleitte hem deels vrij omdat hij zich gedurende de liefdesaffaire niet schuldig had gemaakt aan seksuele intimidatie of machtsmisbruik.

In een vertrouwelijke bijlage werd zijn wangedrag na de relatiebreuk echter uitvoerig beschreven. Richting de D66-leden claimde het toenmalige bestuur volledig openheid van zaken te hebben gegeven. De bijlage verdween echter in een la, tot de Volkskrant die zaterdag alsnog in de openbaarheid bracht.

Of het bestuur een aandeel had in Van Drimmelens besluit was woensdag aanvankelijk niet duidelijk. Partijvoorzitter Victor Everhardt, die overigens pas afgelopen najaar aantrad, verklaarde na ongeveer een uur echter dat het bestuur een klemmend beroep op hem had gedaan.

Of de kou daarmee uit de lucht is, moet nog blijken. Een open brief van vier D66’ers aan het bestuur én partijleider Kaag om volledig openheid van zaken te geven, was donderdagochtend 736 keer ondertekend. De leden willen onder meer weten of het waar is dat Kaag Van Drimmelen, die haar geregeld van advies voorzag, de hand boven het hoofd gehouden heeft.

Eén van de functies die Van Drimmelen woensdag neerlegde, was zijn voorzitterschap van de VU-vereniging. Hij ontbrak daardoor woensdag bij de kranslegging bij het herdenkingsmonument 1940-1945 van de VU Amsterdam.