De regering activeert met ingang van vrijdag het noodrecht, waardoor het opvangen van de ontheemden uit Oekraïne formeel de wettelijke taak van de burgemeesters wordt.
Dat maakte staatssecretaris Van der Burg (Asiel) woensdag bekend.
De inbreng van de burgemeesters gebeurt nu nog op basis van vrijwilligheid, maar de bijzondere omstandigheden maken een doortastender optreden noodzakelijk, aldus Van der Burg. Het kabinet kan daarvoor terugvallen op de Wet verplaatsing bevolking uit 1952. Daarin staat dat de minister van Binnenlandse Zaken burgemeesters bindende richtlijnen of aanwijzingen kan geven.
Afhankelijk van de omstandigheden kunnen burgemeesters op grond van deze wet bovendien allerlei aanvullende noodbevoegdheden krijgen, zoals het vorderen van panden, recreatieparken of hotels. Noodrechtspecialist Adriaan Wierenga zei eerder deze week dat rijke burgers op grond van de wet zelfs gedwongen kunnen worden hun tweede huis in bruikleen te geven.
Artikel 7 van de wet spreekt namelijk van het beschikbaar stellen in gebruik van woonruimte, „zo nodig met inventaris” en „al of niet met onderhoud.” Waar de wet spreekt van onderbrenging en onderhoud wordt daarmee gedoeld op „het beschikbaar stellen van vertrekken met nachtligging, meubilair, alsmede verwarming en verlichting” en „het verschaffen van spijs en drank.”
Vooralsnog wordt dit artikel echter niet geactiveerd, zo benadrukte Van der Burg woensdag.
De bewindsman heeft toegezegd dat burgemeesters een „reële compensatie” krijgen voor de kosten die zij moeten maken om de opvang te regelen. Uitgangspunt is dat die in beginsel kostendekkend moet zijn.
De Tweede Kamer kan het besluit blokkeren, maar pas zodra het kabinet wettelijk heeft vastgelegd welke artikelen uit de Wet verplaatsing bevolking het heeft geactiveerd. Die wet kan de Kamer vervolgens wegstemmen, waarna de artikelen „onverwijld” weer buiten werking dienen te worden gesteld.
Organisaties die Oekraïners naar Nederland willen halen, moeten het zonder hulp van het kabinet stellen, kondigde Van der Burg woensdag verder aan. De reden daarvan is volgens hem dat de overheid niet in staat is hun motieven te controleren en misstanden te voorkomen.