Christenen die Oekraïne willen helpen, doen er verstandig aan gebruik te maken van de al bestaande lokale netwerken van (christelijke) organisaties, zodat het geld snel en efficiënt kan worden ingezet.
Sinds Rusland Oekraïne binnenviel, is er een massale vluchtelingenstroom op gang gekomen. Inmiddels zijn meer dan 1 miljoen mensen op de vlucht geslagen. Zij trekken vanuit Oost-Oekraïne richting het westen van het land. Vaak stoppen ze daar niet, maar vluchten ze de grens over naar de westelijke buurlanden Polen, Roemenië, Slowakije en Moldavië. Alleen al in Polen bevinden zich nu naar schatting ongeveer 500.000 vluchtelingen. Dit aantal neemt alleen maar toe.
In Nederland kwamen organisaties snel in beweging om noodhulp te bieden. Het Christelijk Platform Oost-Europa (CPOE) heeft, met meer dan 35 aangesloten hulporganisaties rond Oekraïne, goed zicht op wat voor noodhulp er op gang is gekomen. Het brengt dit voor zijn deelnemers in kaart en vervult hiermee een belangrijke brugfunctie. Momenteel worden onder andere centra van lokale partners in Oekraïne en Moldavië ingericht om vluchtelingen op te vangen, eten te geven en onderdak te bieden.
Sterk netwerk
Lokale netwerken van (christelijke) organisaties zijn erg belangrijk en hebben een grote impact. Daarom roept het CPOE aan alle mensen die zich willen inzetten voor de naaste in Oekraïne ertoe op om juist gebruik te maken van deze (lokale) netwerken. Deelnemers van het CPOE werken vaak al decennialang in Oost-Europa en hebben daardoor een stevig netwerk van lokale organisaties en kerken opgebouwd. Allereerst leidt dat tot warme gevoelens van medeleven met de mensen daar. Het biedt tegelijkertijd veel mogelijkheden om hulp te bieden. Omdat er bij het CPOE deelnemers van verschillende omvang zijn aangesloten, gebeurt dat op verschillende manieren. De deelnemers Kom over en help en Dorcas zijn aangesloten bij het Christelijk Noodhulpcluster en hebben geholpen om een grootschalige noodhulpcampagne op te starten. Kleinere deelnemers richten zich juist op inzamelingsacties en collectes om geld te werven voor de lokale plaatselijke organisaties waar zij bij betrokken zijn. Zo werft de Oekraïne Zending geld om via lokale kerken vluchtelingen te helpen en op te vangen en is een lokale partnerorganisatie van Mission Possible in staat om honderden dekens en kussens aan te schaffen en direct uit te delen aan mensen die ze het hardst nodig hebben.
Het overgrote deel van de noodhulp wordt dus gegeven vanuit het lokale netwerk. Ook tijdens de coronapandemie bleek dat lokale netwerken de veerkracht hebben om met grote uitdagingen om te gaan. De lokale contacten van de deelnemers van het CPOE geven voedsel, onderdak, vervoer of andere hulp. Met het geld van de organisaties in Nederland kunnen zij heel gericht in de noden van gevluchte Oekraïners voorzien. In Oekraïne, maar ook in Moldavië en Roemenië.
Bestaande hulp valt weg
Het is schrijnend om te zien dat de situatie in Oekraïne het broodnodige werk van plaatselijke organisaties ontwricht. We zien dat reguliere projecten in Oekraïne op pauze gezet moeten worden. Bijvoorbeeld verslavingszorg of educatieprogramma’s voor kwetsbare kinderen. De impact hiervan is groot. We zijn bezorgd over de situatie van ouderen en andere kwetsbare groepen. Sommigen willen niet vluchten, anderen hebben hiertoe niet de mogelijkheid. In een aantal gevallen zijn er buren die iets kunnen doen, maar dan speelt de onzekerheid over hoe lang deze hulp aanwezig blijft.
Veel CPOE-deelnemers roepen namens hun lokale partnerorganisaties op tot gebed voor de Oekraïners, vooral de meest kwetsbaren. Het is enorm bemoedigend om te zien dat de oproep tot gebed gehoor vindt. Zo was er afgelopen woensdag een gebedsmoment in de Domkerk in Utrecht. Ook in Amersfoort sloegen kerken de handen ineen om gezamenlijk te bidden voor vrede in Oekraïne.
Sneller geholpen
Namens de deelnemers doet het CPOE een appel op de verantwoordelijkheid van christenen om te helpen door geld te doneren, maar daarbij wel gebruik te maken van de al bestaande lokale netwerken van (christelijke) organisaties, zodat het geld snel en efficiënt kan worden ingezet. Zij hebben zicht op wat er het hardste nodig is. Dat is beter voor de lokale economie en zo wordt onze naaste in nood ook sneller geholpen.
Bovenal is gebed nodig. Dat is immers het machtigste wapen in de strijd tegen de agressie: „Geef ons bewogenheid met onze naasten in nood, laat het conflict opgelost worden en geef voldoende middelen om de juiste hulp te kunnen bieden, nu en in de toekomst”.
Arendje Menkveld is coördinator CPOE, Jonathan Don is junior lobbyist bij Prisma.