Binnenlandgaswinning
Zeerijp zit niet te wachten op hervatting gaswinning

Meer Gronings gas oppompen zodat we onafhankelijker worden van Rusland? Veel inwoners van Zeerijp zitten ermee in hun maag. „Als ze de schade nou nog op een fatsoenlijke manier zouden afhandelen…”

Hanneke den Hertog
8 March 2022 14:21
In het Noord-Groningse Zeerijp vond zondag een aardbeving plaats. Veel inwoners willen Poetin dwarszitten, maar liefst niet door gas uit Groningen.  beeld RD
In het Noord-Groningse Zeerijp vond zondag een aardbeving plaats. Veel inwoners willen Poetin dwarszitten, maar liefst niet door gas uit Groningen.  beeld RD

De uitbundige zon heeft deze maandag veel mensen naar de voortuin gelokt. Zo ook Jan (72) en Alie (71). Hij hanteert de schoffel, zij kijkt toe vanaf het stoepje voor het huis. Iedereen die langsrijdt, -fietst of -wandelt, wordt begroet.

Zondag zaten ze samen op de bank, toen ze opeens een knal hoorden. Het bleek een aardbeving met een kracht van 2,1 op de schaal van Richter. Een nieuwe ervaring is dat niet voor de twee, die al hun hele leven in Noord-Groningen wonen. Regelmatig maken ze bevingen mee. Zij: „Het lijkt weleens of de verwarming van de ene kant van de kamer naar de andere kant schuift. Maar, hoe gek het ook mag klinken, ergens went het.”

Recent gaf 61 procent van de Groningers in een peiling aan hervatting van de gaswinning in Groningen te zien zitten als Nederland daardoor geen Russisch gas meer importeert.

Zij kan daar met haar hoofd niet bij, ook al zou het tot maximaal 12 miljard kuub per jaar zijn, een hoeveelheid waarmee volgens Staatstoezicht op de Mijnen de veiligheid van de Groningers gewaarborgd blijft. „Je weet niet wat je je op de hals haalt. Dit wordt gezegd in emotie. Natuurlijk zijn de beelden uit Oekraïne vreselijk, maar gas uit Groningen is niet de oplossing. Ik zie meer heil in zonnepanelen. Laten ze zorgen dat die technieken op orde zijn.”

Lacherig

De lakse afhandeling van de schade maakt de gepensioneerde vrouw boos. „In het westen doen ze lacherig over de Groningers. We bestaan niet voor de hoge heren in Den Haag. Ik heb vooral te doen met oude mensen. Hun huis is hun pensioen, en dat zien ze kapotgaan. Die mensen weten niet waar ze terechtkunnen voor hulp. Ze zijn de dupe. Vreselijk.”

Ze wijst naar het rijtje huizen aan de overkant van de straat: een oude pastorie, een kerkje, een kunstgalerie. „Allemaal scheefgezakt. Ik ken mensen die letterlijk ziek worden van het geharrewar over vergoedingen. Het duurt zo lang dat ze murw geslagen worden. Soms heb ik het gevoel dat dat precies de bedoeling is.”

Psycholoog

Jacques de Vries, die een eindje verderop woont, is een van de Zeerijpers die letterlijk ziek zijn door de trage schadeafhandeling. „Ik loop bij een psycholoog om mijn frustratie op een goede manier kwijt te kunnen.” De 60-jarige staat voor zijn huis uit 1910 een kasje in elkaar te zetten. „Het oude was omgewaaid tijdens de storm.”

Zijn huis staat nog overeind, en vanbuiten lijkt er niets aan de hand. Maar schijn bedriegt. Vanbinnen lopen talloze scheuren door de muren, wijst De Vries aan.

18045484.JPG
Jacques de Vries, inwoner Zeerijp.  beeld Duncan Wijting

De scheuren bezorgen De Vries hoofdbrekens. Bijvoorbeeld vanwege de langzame afhandeling van de versteviging. Inmiddels vijf jaar geleden werd er in zijn huis onderzoek gedaan naar de schade. Na drie jaar kreeg hij een plan van aanpak door de bus. Weer een paar maanden later volgde een gesprek. Maar nog steeds is er niets gebeurd.

De Zeerijper leeft met zorg toe naar het moment dat hij ouder wordt en dichter bij de voorzieningen wil gaan wonen. „Je huis verliest aan waarde door de schade, en door de huidige markt zit je eigenlijk vast. Je hebt niet echt iets opgebouwd.”

De Vries, die gastechniek studeerde, vindt, net als premier Rutte maandag aangaf, dat we de afhankelijkheid van Russisch gas moeten afbouwen. „Beperkte gaswinning hier vind ik prima, om Nederland te verwarmen. We moeten Poetin pakken waar we kunnen. Maar accepteer dan ook de gevolgen, en doe niet zo moeilijk over de betalingen.” Juist die gevolgen maken De Vries aan het twijfelen. „Ze kunnen wel zeggen dat het tot 12 miljard kuub veilig is, maar ook nu de gaswinning wordt afgebouwd, hebben wij te maken met aardbevingen. Dus ik vind het dubbel allemaal.”

Wantrouwen

Terugkerend refrein bij een tocht door Zeerijp, is het wantrouwen jegens de Haagse overheid. „Volgens mij willen ze in Den Haag onder het mom van de oorlog in Oekraïne meer gas gaan oppompen”, meent de 70-jarige Cees Schipper. Hij woont al zijn hele leven in Zeerijp, en zo’n twintig jaar terug voelde hij al aardbevingen. „Maar toen dachten ze nog dat het straaljagers waren die door de geluidsbarrière gingen.”

Inmiddels weten we dat gaswinning de boosdoener is. Ook Schipper liep schade op aan zijn huis vanwege de trillingen. „Op zich werd het allemaal netjes gerepareerd. Maar er gingen ontelbaar veel belletjes aan vooraf, dat liep allemaal heel moeizaam.”

Volgens Schipper heeft Den Haag vooral oog voor de eigen belangen. „Ik ben echt niet blij als ze dit aangrijpen om meer gas te winnen.”

Robert-Jan Schelling runt een eigen sloopbedrijf. Samen met zijn vrouw Yolanda woont hij sinds vier jaar aan de hoofdweg die het ruim 400 zielen tellende Zeerijp doorkruist. Voor hem betekenen de aardbevingen en de daaruit voortvloeiende schade „een bult extra werk.” Veel huizen staan zo scheef, of hebben zulke grote scheuren, dat het goedkoper is om ze tegen de grond te gooien dan ze te verstevigen, legt Schelling uit.

Hij is niet te spreken over het optreden van de overheid in Groningen. „Het is schrijnend om te zien hoe mensen die grote schade hebben aan hun huis soms zeven of acht jaar moeten wachten op versteviging. Daar mag best een ruimhartige vergoeding tegenover staan.” Daarvan is volgens Schelling geen sprake. „Er is best veel geld beschikbaar, maar slechts een derde komt terecht bij de Groningers. Het leeuwendeel gaat op aan advocaten en adviesbureaus, dat soort mensen.”

Van Schelling mag in deze situatie „al het gas” eruit gepompt worden, als mensen maar op „een fatsoenlijke manier” geholpen worden. „Maar goed, ik denk niet dat wij er iets in te zeggen hebben.”

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer