President Poetin hoeft zich geen zorgen te maken over eventuele kritiek van de Russisch-Orthodoxe Kerk op zijn militaire optreden. De kerk zal de positie van Rusland alleen maar willen verstevigen.
Terwijl kerkleiders uit de hele wereld de Russische agressie veroordeelden, sprak de Russisch-orthodoxe patriarch Kirill donderdag vanuit Moskou slechts zijn meeleven uit met „iedereen die door ongeluk is getroffen” en roept hij „alle partijen bij het conflict op al het mogelijke te doen om burgerslachtoffers te voorkomen.” Kirill doet verder een beroep op geestelijken en leken binnen de Orthodoxe Kerk in Rusland en Oekraïne om „alle mogelijke hulp te bieden aan alle slachtoffers, inclusief vluchtelingen, mensen die zonder onderdak en levensonderhoud zijn achtergelaten.”
In dezelfde verklaring wijst hij echter, geheel in lijn met Poetin, op de „eeuwenoude gemeenschappelijke geschiedenis” van Rusland en Oekraïne, „die teruggaat op de doop van prins Vladimir in Kiev. „Ik geloof dat deze door God gegeven gemeenschap zal helpen de verdeeldheid en tegenstellingen te overwinnen die zijn ontstaan en die tot het huidige conflict hebben geleid.”
De Russisch-Orthodoxe Kerk onderhoudt nauwe banden met Poetin en de machthebbers in het Kremlin, stelde Martin Lessenthin van de Duitse mensenrechtenorganisatie Internationale Gesellschaft für Menschenrechte deze week in een interview met de christelijke Duitse persdienst Idea. „Naarmate de macht van Poetin groeit, neemt ook de toch al overweldigende dominantie van de Russisch-Orthodoxe Kerk toe. Ze ziet zich als een nationale instelling, naast de machthebbers.”
Daarbij speelt ook Russisch nationalisme een rol. „Alle andere christelijke kerken worden als on-Russisch gezien. De rol als staatskerk heeft voor de Russisch-Orthodoxe Kerk tot dusver veel opgeleverd. Niet alleen zijn Poetin en zijn elite persoonlijk betrokken bij de kerk, ze laten ook zien dat ze bereid zijn zich als beschermers van de Russische orthodoxie op te werpen, in binnen- en buitenland.”
Dat laatste speelt ook een rol in het conflict in Oekraïne. En daarmee dreigt de Russische militaire aanval ook weer het kerkelijke conflict in de regio aan te wakkeren. Toen Poetin maandagavond in zijn toespraak per decreet de volksrepublieken Donetsk en Loehansk erkende als onafhankelijke staten en de inzet van Russische troepen aankondigde, noemde hij ook de bescherming van orthodoxe christenen van het Moskouse patriarchaat in Oekraïne als argument voor de Russische actie. Poetin beschuldigde Kiev van het voorbereiden van „verdere gewelddaden” tegen de Oekraïens-Orthodoxe Kerk van het Moskouse patriarchaat.
Wonden verdiept
In Oekraïne strijden de Oekraïens-Orthodoxe Kerk van het Moskouse Patriarchaat en de onafhankelijke Orthodoxe Kerk van Oekraïne, die niet onder patriarch Kirill valt, om het geestelijk leiderschap over de ongeveer 60 procent van de 45 miljoen Oekraïeners die het orthodoxe christendom belijden. De bestaande wonden in dat conflict zullen „zeker worden verdiept”, zei de Oostenrijkse theoloog Dietmar Winkler dinsdag in een radioprogramma. „Maar van een vervolging van Russisch-orthodoxen in Oekraïne is zeker geen sprake.”
De Russisch-Orthodoxe Kerk onderdrukt kritiek op de Russische inmenging in Oekraïne, signaleert Lessenthin. „De relatie tussen de kerk en de machthebbers kan het beste worden omschreven als een samenwerking tussen altaar en troon.”