Jubileum ds. L. Schaafsma: geroepen door een leespreek
De tekst waarmee hij geroepen werd, is hem zijn hele leven bijgebleven, ook toen zijn arbeidsterrein naar Malawi werd verlegd. Op Tweede Kerstdag stond de hervormde ds. L. Schaafsma veertig jaar in het ambt. „De Heere heeft grote dingen gedaan.”
Als je bij hem in Nunspeet binnenkomt, kun je niet om de grote herdershond heen die je luid blaffend tegemoetkomt. „We hebben Pier meegenomen uit Malawi. Het was een goede waakhond die hielp om de indringers buiten te houden. Pier maakte de terugreis met het vliegtuig wel duur”, zegt ds. Schaafsma terwijl hij de hond stevig vasthoudt aan zijn halsband.
Ter gelegenheid van zijn veertigjarig ambtsjubileum ging hij Tweede Kerstdag voor in zijn eerste gemeente, Zuilichem-Nieuwaal. Hij preekte over 1 Petrus 2:9: „Maar gij zijt een uitverkoren geslacht, een koninklijk priesterdom, een heilig volk, een verkregen volk; opdat gij zoudt verkondigen de deugden Desgenen, Die u uit de duisternis geroepen heeft tot Zijn wonderbaar licht.” Met dezelfde tekst deed hij veertig jaar geleden intrede.
De tekst is hem dierbaar. Hij is ermee geroepen. „In de tijd dat ds. G. Veldjesgraaf in Wouterswoude stond, werd ik tijdens een leespreek geraakt door die woorden. Ik wist ook direct dat ik predikant zou worden. Dat ging niet vanzelf, want ik werkte en had alleen maar lager technisch onderwijs gehad. Op advies van ds. C. den Boer deed ik het avondgymnasium in Groningen. Daar heb ik mijn vrouw ontmoet. Daarna ging ik door naar de universiteit in Groningen.”
Troost
De inhoud van de jubileumpreek was wel wat anders dan die van veertig jaar geleden, zegt de predikant. „Na de dienst heb ik mijn oude preek er nog eens op nagekeken. Bij mijn intrede legde ik meer nadruk op de uitverkiezing en dat de Heere mij riep uit de duisternis tot het licht van Christus. In de jubileumpreek viel het accent meer op de roeping en de uitverkiezing als troost. Als er geen verkiezing was, was er geen hoop.”
Hij is nu minder gehecht aan traditie dan in het begin van zijn loopbaan, blikt ds. Schaafsma terug. „Tijdens kerkdiensten in Malawi gebeurde het regelmatig dat mensen ”Amen” door de kerk riepen of dat ze mijn woorden aanvulden. Dat zou in Nederland niet gebeuren en dat hoeft ook niet.”
De verandering is ingezet toen ds. Schaafsma predikant was in Springford in Canada. „Het was geen traditionele gemeente, maar een mengeling van mensen die overal vandaan kwamen, van de Oud Gereformeerde Gemeenten tot de Free Presbyterian Church in Schotland. Er kwam bij dat ik toen ook de tijd kreeg om te lezen. Daar kwam ik in Doornspijk, waar ik 400 catechisanten had en bijna elke week wel een bruiloft of begrafenis, nauwelijks aan toe.”
Ds. Schaafsma las breed, vooral puriteinse theologie, onder andere van Ralph en Ebenezer Erskine en William Perkins. Hij heeft verder veel van de Engelse bisschop J. C. Ryle gelezen. Het meest is hij echter beïnvloed door de hedendaagse Amerikaanse theoloog R. C. Sproul. „Ik heb tientallen tapes van hem beluisterd.”
Malawi
In 1999 werd hij uitgezonden naar Malawi. Ds. Schaafsma noemt drie dingen die hem tot de dag van vandaag bijgebleven zijn. Het eerste is het werk als docent en directeur afstandsonderwijs voor TEEM (Theological Education bij Extension in Malawi). „Toen ik begon waren er 250 studenten. Toen ik vertrok, was het aantal gestegen tot 1250. Ik heb nog steeds contacten met een aantal van deze studenten die inmiddels voorganger zijn.”
Het tweede is het predikantschap in Blantyre. „Preken van mijn voorgangers daar waren vooral moralistisch: dat je niet mag stelen en niet mag vreemdgaan en dergelijke. De kerkgangers waren daar aan gewend. Mijn preken waren eenvoudig, maar ze hadden wel diepgang, omdat ze opkwamen uit Gods Woord. Evison Bandawe, de nestor van de ouderlingen, bedankte me daarvoor speciaal toen ik vertrok.”
Het derde dat ds. Schaafsma noemt, is de jeugd. In zijn tweede periode in Malawi verrichtte hij zending onder moslims. „De helft van de bevolking van Malawi is jonger dan vijftien jaar. Schoolgang is een privilege. Wieke, mijn vrouw, en ik heb ons ingezet voor de stichting van scholen. Vorig jaar herfst zijn we met een groep naar Malawi geweest en daar heb ik twee scholen geopend. We logeerden er in het dorp waar we in de laatste periode woonden. We kwamen weer in contact met de groep meisjes, die dagelijks bij ons over de vloer kwam omdat Wieke handwerkles gaf. De meisjes gingen niet meer naar school. Dat betekende voor hen dat ze binnenkort waarschijnlijk zouden worden uitgehuwelijkt aan een oudere man. We hebben ervoor gezorgd dat ze nu naar een kostschool gaan omdat er thuis geen plaats en rust is om te kunnen studeren. Het onderwijs is zo belangrijk.”
Bij de achterdeur zegt hij bij het vertrek: „De Heere heeft grote dingen gedaan.”