Speculeren over eindtijd? De eschatologische gedeeltes van de Bijbel willen van mensen geen toekomstvoorspellers maken, maar gelovigen bemoedigen om in de strijd en de vervolging te volharden.
Dat stelt de Zuid-Afrikaanse theoloog prof. Marius Nel (Potchefstroom, leerstoel oecumene en pinkstertheologie) in zijn commentaar op het Bijbelboek Daniël, dat deze maand bij KokBoekencentrum verscheen.
Het boek wil vooral een oproep doen om in een vijandige cultuur de eigen identiteit te bewaren, zoals Daniël aan het Babylonische hof deed. Hij was onderdeel van de Chaldeeuwse cultuur, maar weigerde voor het beeld van Nebukadnezar te buigen. De vijandschap die tegen hem losbarstte, was het gevolg van het bewaren van zijn Joodse identiteit en het beoefenen van een intiem gebedsleven dat voor iedereen zichtbaar was, zet prof. Nel uiteen.
Het boek Daniël biedt verder een profetie van de komst van de Syrisch-Griekse koning Antiochus IV Epifanes, die de tempel in Jeruzalem ontwijdde door het plaatsen van een altaar voor de Griekse god Zeus en die met bloedige maatregelen de Joodse cultuur en eredienst verwoestte.
Maar ook dan roept Daniël op tot trouw aan het geloof der vaderen en keert hij zich tegen het verraad in eigen kring toen Joden onder Antiochus de kansen aangrepen om zich aan te passen aan de Griekse cultuur.
De thema’s die Daniël aandraagt zijn volgens prof. Nel niet vreemd aan onze tijd: ongerechtigheid, vervolging, culturele druk, de verzoeking ontrouw aan de Heere te zijn, wanhoop, twijfel, uitzichtloosheid omdat politieke en economische machten geen oplossingen kunnen vinden voor de grootste problemen van de wereld. „De getrouwen bidden, maar een antwoord komt er niet. Zij worden verdrukt en om het leven gebracht. Waar is God toch?”
De boodschap die Daniël brengt, is dat de overwinning is gewaarborgd, omdat God sterker is dan alle machten in de wereld. God heeft soeverein de controle over de geschiedenis, die door Hem bepaald is en Die alles ondergeschikt maakt aan Zijn doel. „De doodsklok voor de machten die niets van God willen weten, heeft reeds geluid. Er is dus een toekomst, wanneer de heerschappij, macht en grootheid van alle koninkrijken aan gelovige mensen overgedragen worden.”
Daniël laat drie koninkrijken de revue passeren om vervolgens het volle licht op het laatste Koninkrijk te vallen. „Het Koninkrijk van God dat uit het volk van God bestaat, zal overwinnen en met succes op aarde gevestigd worden. De mensen van de hoogste God moeten telkens weer onthouden dat God hen in tijden van geestelijke oorlogsvoering ondersteunt en dat het koninkrijk van God zeker gevestigd zal worden.”
Cultuurstrijd
Het bewaren van de identiteit in een vijandige cultuur betekent geen wereldmijding. Prof. Nel: „Gelovigen worden opgeroepen een positieve bijdrage aan hun wereld en gemeenschap te leveren, om te heersen over de schepping in opdracht van God. Als echter de basis van hun vertrouwen op God bedreigd wordt, is het nodig dat gelovigen meer drastische stappen moeten nemen.”
Het boek Daniël laat zien dat Joden aan het politieke leven van hun tijd konden deelnemen, al was het aan het hof van een heidense koning. Hoewel Daniël redelijk veel culturele assimilatie kan verduren, stelt hij duidelijke grenzen aan het Babylonische hof. Gelovigen ervaren iets van een cultuurstrijd wanneer zij trouw willen blijven aan hun geloof, aldus prof. Nel.
Dat is volgens hem ook een les voor christenen vandaag, zoals ten aanzien van abortus en het huwelijk. „Zelfs al lijkt het bijna normaal te zijn geworden, een christen kan geen steun geven aan het samenwonen van ongehuwde personen.”
Actueel
Het boek Daniël legt uit dat gelovigen op God kunnen vertrouwen in existentiële crises, zegt prof. Nel desgevraagd over de actualiteit ervan. „Deze geruststelling zou moeten dienen om hun vastberadenheid te versterken om loyaal aan God te blijven, hoe donker het ook om hen heen kan worden.”
In de huidige tijd van de Covid-19-pandemie ervaren mensen onzekerheid over nieuwe varianten van het virus. „In deze omstandigheden is het noodzakelijk om de bemoedigende boodschap van het tweede deel van het boek Daniël op te merken, de enigszins raadselachtige visioenen. Wat belangrijk is, is om niet op de details van de apocalyptische beschrijvingen te blijven staren, maar om de duidelijke boodschap te horen: Gelovigen, je wordt eraan herinnerd dat God de controle heeft, ook al heb je de wereld misschien onbeheersbaar gevonden door de pandemie en de economische ravage die deze in zijn kielzog heeft achtergelaten.”
Dat God de touwtjes in handen heeft, betekent niet dat gelovigen gespaard zullen blijven voor alle ongelukken, aldus de hoogleraar. „Het betekent niet dat al hun gebeden consequent verhoord zullen worden. Maar het impliceert wel dat God met hen is wat er ook gebeurt, ook al is het misschien onbegrijpelijk voor ons. Deze tijd daagt ons geloof in een goede God uit. En wanneer het leven op aarde eindigt in de dood, weten we dat dit niet het einde is. Om die reden is het hoogtepunt van de visioenen in het boek Daniël de verwijzing naar de opstanding, een thema dat verder wordt ontwikkeld in het Nieuwe Testament en de kerk.”