Kerk & religieHieronymus van Alphen

Van Alphen na 250 jaar nog steeds gezongen en geciteerd

Hieronymus van Alphen (1746-1803) werd bekend met zijn gedichten voor kinderen. ”Jantje zag eens pruimen hangen” is misschien wel zijn beroemdste. De jurist maakte echter ook geestelijke poëzie. ”Gelijk een landman, moe van ’t ploegen” is bijvoorbeeld een lied dat nog altijd bekendheid geniet.

25 December 2021 15:39
beeld Martin de Heer
beeld Martin de Heer

Datzelfde geldt voor het gedicht ”Hoe dichter ik nader”, dat in deze bijlage is weergegeven. Als een ”Reislied van een pelgrim” staat het bijvoorbeeld in de recente liedbundel ”Elk zing’ Zijn lof” van uitgeverij De Banier. Drie strofen telt het daar.

Interessant is dat deze coupletten komen uit een langer gedicht, dat tien strofen telt. Het verscheen vanaf de jaren 70 van de 18e eeuw in allerlei uitgaven met ”stigtelijke mengelpoëzij” van de hand van Hieronymus van Alphen en advocaat Pieter Leonard van de Kasteele. In die bundels heeft het ”digtstukje” de titel ”De vrolijke reiziger”. Het eerste couplet luidt zo: „Wijk weereldsch gewemel/ Ik moet naar den hemel;/ Verhinder me niet./ Weg zonden! zwijgt lusten!/ Ik wil hier niet rusten/ In ’s vijands gebied.” Als couplet 7 geldt: „’k Zie soms aan de kimmen/ Mijn Vaderland glimmen.” En strofe 9 is dan het ons bekende ‘begin’: „Hoe digter ik nader/ Aan ’t huis van mijn Vader.” Het oorspronkelijke gedicht eindigt met: „En wat zou mij hindren,/ ’k Zie de uurtjes reeds mindren.”

Zoals zo vaak gebeurt met dit soort teksten, gaat een aantal coupletten een eigen leven leiden. Zo komen in de jaren 60 van de 19e eeuw vijf van de tien coupletten van het gedicht van Van Alphen als lied terecht in de ”Vervolgbundel” bij de ”Evangelische Gezangen” die de hervormde synode uitgeeft. Het lied –het begint nu als: ”Ik reis naar den hemel”– is te zingen op een melodie die componist J. G. Bastiaans bij de tekst gemaakt heeft. In die gedaante wordt het lied op enig moment ook opgenomen in de bekende zangbundel van Johannes de Heer.

Weer later zijn nog maar drie strofen overbleven. In een andere volgorde worden ze onder een nieuwe titel gepresenteerd: ”Reislied van een pelgrim”. En zo wordt Van Alphen na 250 jaar nog steeds gezongen en geciteerd.


RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer