Amalia is één seizoen lang iedere drie weken met een groepje leeftijdsgenoten in gesprek geweest over de Bijbel en de betekenis daarvan voor het westerse denken. Dit gebeurde bij de vrijzinnige predikant Pieter Lootsma aan de eettafel van zijn Haagse woning.
Dat onthult Peter Rehwinkel in zijn boek ”Amalia. De plicht roept”. Toen de coronacrisis uitbrak, kwamen de bijeenkomsten stil te liggen. Vooralsnog hebben ze nog geen vervolg gekregen.
Ds. Lootsma is een leerling van de gebroeders Nico en Carel ter Linden, die geregeld voorgingen in trouw-, rouw- en doopdiensten van het Koninklijk Huis. Lootsma begon als vicaris in de Amsterdamse Westerkerk bij ds. Nico ter Linden. Eind 2000 volgde hij diens broer ds. Carel ter Linden op als predikant van de Haagse Kloosterkerk – bekend als de ‘huiskerk’ van koningin Beatrix. Afgelopen mei werd hij bevestigd als interim-predikant in de remonstrantse gemeente Naarden-Bussum.
De rode draad in zijn leven omschrijft ds. Lootsma in Rehwinkels boek als „erbij horen of mezelf zijn, en in hoeverre dat al dan niet samen kan gaan.” Op de vraag naar zijn favoriete Bijbeltekst verwijst Lootsma in een interview op de website van de Kloosterkerk naar een gedeelte uit de Bergrede (Mattheüs 6:25-34) over het niet bezorgd zijn. Die tekst „rijmt met mijn verlangen naar ontvankelijkheid en leven in harmonie met de natuur”, is wat hij daarover zegt.
Belijdenis
Rehwinkel merkt op dat troonopvolgers traditiegetrouw rond hun achttiende belijdenis deden. Alleen Willem-Alexander wachtte tot hij bijna dertig was. Daarmee bleek hij „een voorloper”, omdat in veel kerken de gemiddelde leeftijd waarop nieuwe lidmaten toetreden de afgelopen decennia steeg.
De auteur laat de vraag open wanneer verwacht mag worden dat Amalia belijdenis doet. Dat geldt ook voor de toetreding tot de protestantse Johanniter Orde, die als doelstelling heeft het bieden van hulp aan zieken, bejaarden en andere hulpbehoevenden.
Hoewel hun moeder altijd rooms-katholiek is gebleven, krijgen Amalia en haar zussen een protestantse opvoeding. Dat beloofden Willem-Alexander en Máxima al bij hun verloving in 2001. Voor de SGP gaf dat destijds de doorslag om in te stemmen met hun voorgenomen huwelijk, ondanks de kerkelijke achtergrond van de bruid.