Felle woorden over vaccinatie en coronapas in Werkendam
Geen 1,5 meter afstand meer? In Werkendam lopen de meningen over de afschaffing van die coronamaatregel mijlenver uiteen. En leidt discussie over vaccinatie en coronapas tot felle woorden.
Stevig zitten de felgele stickers op de grond geplakt. Houd 1,5 meter afstand, is de boodschap. Of Ans van der Schoot van boekhandel Angelot in Werkendam de grote plakkaten binnenkort met graagte van de vloer scheurt?
Van achter het spatscherm op de toonbank schudt ze maandagmiddag haar hoofd. „Wij laten die stickers voorlopig lekker zitten. Van mij mag de anderhalvemetermaatregel nog wel even blijven bestaan. Totdat bijvoorbeeld de vaccinatiegraad hoger is. Ik denk dat onderling afstand houden best heeft bijgedragen aan de indamming van de pandemie. Afgelopen winter bleken feestjes binnen, waarbij geen afstand werd gehouden, besmettingshaarden te zijn. En dat elkaar in de nek hijgen hoeft van mij sowieso niet.”
Twijfel over het loslaten van de 1,5 meter afstand, zeer waarschijnlijk per 25 september, klinkt ook door in de stem van Richard Verbeek, die achter de toonbank staat van een dierenspeciaalzaak even verderop. „Gaat het loslaten van de regels niet te snel?” vraagt hij zich af.
„Best veel klanten komen bij mij nog met een mondkapje op de winkel in, hoewel dat niet meer verplicht is. En afgelopen weken moest ik bestellingen bij sommige mensen thuisbrengen. Die hebben corona en zitten in quarantaine.”
Boodschappen
Thuiszorgmedewerkster Francis de Rover (26) is er ook niet nog helemaal gerust op. „Ze gooien nu ineens alles open”, zegt de jonge vrouw. „Ik zou denken: spreid het loslaten van de coronamaatregelen over een langere tijd.” Omdat De Rover veel over de vloer komt bij ouderen, zegt ze voorlopig voorzichtig te blijven. „Ik doe boodschappen op tijdstippen dat het niet druk is in de winkels. Ook ga ik voorlopig niet naar een druk festival.”
Toch klinken in het kerkelijke rivierdorp aan de rand van de Biesbosch ook heel andere geluiden. „Hopelijk zit onze kerk binnenkort weer helemaal lekker vol. Met allemaal gezinnen en kinderen om me heen”, zegt een 57-jarige vrouw uit reformatorische kring, met haar 1-jarige kleinzoon in de wandelwagen.
Vader
De Werkdamse had afgelopen tijd „zeer zeker moeite” om zich aan de 1,5 meter afstand te houden. „Ik kom graag bij veel mensen. Wij kunnen niet zonder elkaar.”
De afstandsregel leidde tot allerlei spanningen in haar omgeving. Bijvoorbeeld bij het overlijden van haar vader in coronatijd in een verzorgingshuis.
„Vijf jaar lang bezocht ik mijn vader iedere dag en zou ik dan de laatste periode van zijn leven afstand moeten houden? Zou ik hem alleen moeten laten gaan? Daar had ik heel veel moeite mee, al snap ik de voorzichtigheid bij het zorgpersoneel. Ik heb een beetje lelijk moeten doen tegen de mensen van het verzorgingshuis om binnen te komen. Er werd een uitzondering voor ons gemaakt. Ik mocht in een beschermingspak naar hem toe.”
Weerzin
Met weerzin in haar stem spreekt de vrouw over de tijd waarin haar oudste dochter, werkzaam in de zorg, een maand of drie niet bij haar over de vloer kwam. Uit angst besmet te raken met corona. „Onze dochter heeft coronapatiënten verzorgd. Ze heeft verschrikkelijke dingen gezien. Mensen die benauwd en in eenzaamheid stierven. Maar ik vond het zo erg dat ze lang niet bij ons op visite kwam. Ze is vrijgezel, dan ben je eenzaam. Ze had contact met ons zo nodig.”
In Werkendam komt het gesprek vaak al gauw op de zogeheten coronapas. Binnenkort moeten Nederlanders onder meer in restaurants en theaters via zo’n pas (QR-code) aantonen dat ze getest, hersteld of gevaccineerd zijn.
Overgeven
Niet-gevaccineerden maken zich zorgen. Zoals de 37-jarige Werkendamse Pieternella van de Werken, werkzaam in de ouderenzorg en behorend tot de reformatorische kring. „Ik vind het heerlijk dat de afstandsregel verdwijnt”, zegt Van de Werken, die vanwege gemoedsbezwaren ook niet verzekerd is. „Maar ik heb wel een groot ‘maar’. Daarmee doel ik op die coronapas. Die geldt nu nog voor bijvoorbeeld cafés en restaurants, maar je weet niet voor wat voor gelegenheden zo’n pas meer gaat gelden. Wordt het zorgpersoneel in de toekomst verplicht zich in te laten enten? Dat zou ik wel zorgelijk vinden. Maar ik wil mijn zorgen overgeven in de handen van God.”
Zoals op zo veel plekken klinken ook in Werkendam felle woorden in gesprekken over coronavaccinaties dan wel de coronapas. „Mensen die zich niet laten vaccineren zijn potentiële moordenaars”, foetert een oudere man in de stoel bij de kapper. „Dat meen ik. Ik ben kankerpatiënt geweest. Als ik corona krijg, kunnen ze de rouwkaarten vast gaan schrijven”, zegt de man, terwijl grijze plukjes haar van zijn kappersmantel glijden.
De jongedame die hem knipt, is „nog” niet ingeënt. Wel kreeg ze eind vorig jaar corona. „Ik ben twee weken ziek geweest en verloor tijdelijk mijn geur en smaak.”
Voetbalveld
Op steenworpafstand van reparatiebedrijf Gouden Naald in het centrum van Werkendam geniet de 70-jarige schoenmaker Piet Vervoort met een mok koffie van een pauze in de buitenlucht. Hij piekert er niet over zich te laten vaccineren. „Ik ben niet bang voor de dood. Ik sterf liever in het harnas, dan me troep in mijn gezonde lichaam te laten spuiten”, zegt Vervoort.
Hij heeft geen goed woord over voor de coronapas. „Schandalig.” Vervoort is nu meerdere dagen per week als vrijwilliger te vinden op de velden van Kozakken Boys, de plaatselijke voetbalvereniging. Maar kan hij daar als niet-gevaccineerde in de toekomst blijven komen? En komt hij een restaurant nog wel binnen? Staan zijn sociale contacten op de tocht? Dat soort vragen houden hem bezig.
Bijbel
Ook de 76-jarige Martijntje den Hollander, afkomstig uit reformatorische kring, houdt er rekening mee dat ze als ongevaccineerde zal worden beperkt in haar bewegingsvrijheid. „We leven in een akelige tijd. Worden in de toekomst medewerkers in een ziekenhuis verplicht zich te laten vaccineren?” vraagt de vrouw zich af.
„God komt met zijn oordelen. We leven in de eindtijd. Dat is duidelijk in de Bijbel te lezen en dat wordt ons iedere zondag in de kerk min of meer voorgehouden.”