Ds. M. Nekwek, predikant van de Gereja Jemaat Reformasi di Papua (GJRP), een zusterkerk van de Gereformeerde Gemeenten ontstaan vanuit zendingswerk, is vrijdag op 56-jarige leeftijd overleden.
Dat meldt Zending Gereformeerde Gemeenten (ZGG) dinsdag op de website.
Malhus Nekwek wordt geboren op 24 april 1965. Hij groeit op in het dorp Ulnikma, vlakbij Pass Valley in het toenmalige Irian Jaya, nu Papoea. Zendingspionier ds. G. Kuijt doopt hem. Bij deze predikant dient hij als hulp in de huishouding, daarna ook bij ds. C. G. Vreugdenhil. Over deze periode zegt hij later in een interview in zendingsblad Paulus: „Het is goed dat als je dienstknecht van de Heere wilt worden, je ook dienstknecht van de mensen bent geweest.”
Als jongere komt hij tot bekering „langs een weg van geleidelijkheid”, zo zegt hij in een interview uit 1997. „Ik weet niet precies het uur van mijn wedergeboorte, maar achteraf zie ik wel hoe de Heere mij vanaf 1982 geleid heeft.”
In 1993 wordt hij bevestigd in het ambt van ”pendeta”. Hij behoort hiermee tot de eerste generatie predikanten van de zendingskerk. De kerk herkent in hem zijn leidinggevende gaven. Al in 1994 wordt hij –nog een twintiger– verkozen als voorzitter van de synode, een functie die hij jarenlang zal vervullen.
In een masterscriptie over het zendingswerk in Papoea (2009) beschreef de predikant een aantal mogelijke redenen voor de moord op zes evangelisten en hun gezinnen op 11 mei 1974 in Nipsan. Sinds 2010 is hij als rector verbonden aan de theologische hogeschool in Wamena.
Meerdere malen bezoekt ds. Nekwek in Nederland de generale synode van de Gereformeerde Gemeenten, ook spreekt hij op de zendingsdag van ZGG.
De groei naar zelfstandigheid stelt de zendingskerk voor moeilijke vragen. De relatie met ‘Nederland’ geeft soms spanningen. Intern is het met name de invloed van het Westen die de predikant zorgen baart: binnen slechts enkele decennia drong de moderne cultuur binnen op het eiland. „We zijn blij dat er een kerk is en dat gelovigen de Heere Jezus volgen en Zijn kruis willen opnemen en klaar zijn voor Zijn tweede komst”, zei hij daarover aan het begin van deze eeuw. „Wat me wel zwaar weegt, is de ontwikkeling van de kerk wereldwijd, de materiële ontwikkeling waarin iedereen wordt meegetrokken. Zal de ontwikkeling van de kerk in Nederland ook onze toekomst zijn? Ik heb daar mijn zorgen over.”
Zie ook:
Open Irian is gevaar voor de kerk, Reformatorisch Dagblad 21-06-1997
Zorgen op het zendingsveld, Reformatorisch Dagblad 23-06-2012