Vuurtoren Scheveningen: twaalfkantig baken aan de boulevard
Het Kurhaus, de Oude Kerk en de vuurtoren zijn de weinige historische bouwwerken in Scheveningen die de Tweede Wereldoorlog hebben overleefd.
Het ontwerp van de rode twaalfkantige vuurtoren uit 1875 staat –net als menige andere– op naam van Quirinus Harder (1801-1880). In opdracht van het Rijk ontwierp hij meerdere kustlichten.
De acht verdiepingen tellende vuurtoren aan de Scheveningse boulevard heeft de status van rijksmonument. De toren is gebouwd van gietijzer. De negen vloeren staan in verbinding met elkaar door gietijzeren wenteltrappen met in totaal 159 treden.
Op de tweede verdieping was het verblijf van de vuurtorenwachters. De ruimte werd betimmerd met vurenhouten planken om het verblijf te isoleren. De inrichting was summier: twee bedsteden en een kast. Aan de voet van de toren staan een opzichterswoning en twee geschakelde lichtwachterswoningen. In 1977 is de kustwachtpost Scheveningen opgeheven en het licht van de vuurtoren functioneert dan al automatisch. Daarmee komt een einde aan een tijdperk; de laatste lichtwachters vertrekken uit Scheveningen.
Het licht van de vuurtoren van Scheveningen was, evenals van vele andere bakens, tijdens de Tweede Wereldoorlog gedoofd. De toren zelf kreeg een camouflagepatroon aan de buitenzijde.
Is het schijnsel van het baken voor een schip een teken dat het in de buurt van de Scheveningse haven is, voor de Scheveninger is het vooral de rode toren die hem laat weten dat hij thuis is in het eeuwenoude vissersdorp met zijn 2,5 kilometer lange boulevard.
> rd.nl/vuurtorens
Dit is het derde deel in een serie van acht vuurtorens langs de Noordzeekust. Volgende week vrijdag
deel 4.