Kerk & religie
Zendingsdag cgk Elburg: Zaaien, hier en op het zendingsveld

„Waar moet zending beginnen?” Dat vroeg ds. J. de Bruin woensdag op een door de christelijke gereformeerde kerk (cgk) in Elburg belegde zendingsdag, die gehouden werd in het kerkgebouw van de gereformeerde gemeente te Nunspeet.

Van onze correspondent
21 July 2021 21:18
De zendingsdag werd gehouden in het kerkgebouw van de gereformeerde gemeente in Nunspeet. beeld A. M. Alblas
De zendingsdag werd gehouden in het kerkgebouw van de gereformeerde gemeente in Nunspeet. beeld A. M. Alblas

Het antwoord op die vraag haalde de Elburgse predikant uit Handelingen 9:35, waar Petrus in Lydda en Saróna de verlamde Enéas geneest. Als vrucht daarvan bekeerden allen zich tot de Heere. „Petrus vond deze man die eerder door de Heere was gevonden en geestelijk gezond gemaakt. Vanuit de hemel wordt hij nu ook lichamelijk gezond gemaakt”, aldus ds. De Bruin.

Jezus had Zijn discipelen uitgezonden tot aan het uiterste der aarde. Maar de Heere wilde Petrus eerst in de provincie Lydda hebben. „Eerst daar begon het zendingswerk.”

Zendingsopdracht

„In Mattheüs 28 geeft Jezus Zijn discipelen ook een zendingsopdracht”, aldus ds. M. A. Kempeneers. „Ze moeten heengaan, de volken onderwijzen en hen dopen. Maar de Heere stuurt hen eerst naar Galilea”, zei de christelijk gereformeerde predikant te Katwijk. „Hij brengt ze terug naar de berg, waarschijnlijk de Berg der zaligsprekingen, waar de Heere Zijn discipelen had onderwezen. Hij leidt ze terug naar het begin, het Galilea der heidenen, een land van de duisternis. Van daaruit moeten ze als heidenen onder de heidenen de wereld in en de volken gaan onderwijzen.”

Ze hoeven dat niet in eigen kracht te doen, aldus ds. Kempeneers. Die opdracht gaat volgens de predikant gepaard met een belofte: „Mij is gegeven alle macht in hemel en op aarde, en Ik ben met u al de dagen tot de voleinding der wereld.”

Zendingsbevel

Tijdens de middag sprak ds. A. A. Egas, christelijk gereformeerd predikant te Damwoude, uit Handelingen 26:18, waarin Paulus Agrippa vertelt hoe de Heere hem tegenkwam op de weg naar Damascus. Paulus kreeg daar het zendingsbevel. De Heere zendt hem als dienaar om de heidenen de ogen te openen, hen te bekeren van de duisternis tot het licht en van de macht van de satan tot God.

Deze rechte prediking is de sleutel waardoor de hemelpoort opengaat, stelde ds. Egas. Volgens hem is dat „wat anders dan de huidige heftige en emotionele discussies in onze gezindte over prediking, bekering en beleving. Laten we met Maria maar gaan zitten aan de voeten van Jezus. Hij wijst ons de weg”, aldus de predikant uit Damwoude. Dat onderwijs heeft volgens hem tot doel vergeving van zonden te ontvangen. „Het middel daartoe is het geloof in Hem.”

Zaaien

Als laatste sprak ds. D. Zoet. De hersteld hervormde predikant uit Garderen mediteerde over Psalm 72:16a: Is er een handvol koren in het land op de hoogte der bergen, de vrucht daarvan zal ruisen als de Libanon. Ds. Zoet: „Wat moet een zaaier nu met een handvol koren, en nog wel op de bergen? Is dat niet hopeloos? Daar zou je toch geen zendingsveld zoeken?”

Het klimaat in de bergen is niet geschikt om te zaaien, zei ds. Zoet. „In ons hart is er ook geen plaats voor het Evangelie. Door het wonder van Gods almacht zal het gezaaide zaad vrucht dragen.”

Hij stelde ten slotte dat het geheim van die vrucht in Christus ligt. „Wij mogen zaaien, hier en op het zendingsveld. Hij zorgt voor de vrucht.”

Ds. J. de Bruin besloot de zendingsdag met Psalm 65:2 (berijmd).

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer