Memo Omtzigt zware dobber voor CDA
Een gelekt, vertrouwelijk document van Pieter Omtzigt, de nummer twee op de CDA-lijst bij de afgelopen verkiezingen, zorgde donderdagavond voor flinke deining binnen het CDA en op het Binnenhof. Dat is niet verwonderlijk: de inhoud van de memo is stevig en soms zelfs ontluisterend. Voor de commissie-Spies, die onderzoek doet naar de lijsttrekkersverkiezing binnen de partij, is het stuk een zware dobber.
Veel onderwerpen die Omtzigt dwarszitten, zijn niet nieuw: de lijsttrekkersverkiezing, de koers tijdens de campagne, de toeslagenaffaire. Het beeld dat blijft hangen na het lezen van de memo: Omtzigt voelt zich miskend, tegengewerkt en gekwetst binnen zijn partij. Dat gevoel is niet onterecht, gezien de bijgevoegde mails en documenten.
Wie over de gang van zaken leest, krijgt zo nu en dan plaatsvervangend het schaamrood op de kaken. Hoe kan zoiets gebeuren in het CDA, dat vanouds bekend staat als een betrouwbare partij? De geur die rond het CDA naar boven komt, is die van een partij waarin geen politiek-inhoudelijk debat wordt gevoerd of waarin niet het belang van de samenleving centraal staat, maar waar vooral gekonkel en persoonlijk gedoe is, soms met woorden die te grof zijn om te noemen. Nu hoeft dat alles niet te verwonderen: waar mensen werken, gebeuren lelijke en manipulatieve dingen. Mensen zijn immers op het eigen belang gericht, niet zelden ten koste van de ander. Wie met de vinger naar het CDA wijst, wijst met drie vingers naar zichzelf.
Maar het document wordt tekortgedaan, als het wordt afgedaan als een persoonlijke visie van een CDA-Kamerlid. Omtzigt was immers kandidaat-lijsttrekker en een prominente volksvertegenwoordiger, gezien zijn verdiensten rond de toeslagenkwestie. Wie het rapport afdoet als een wraakactie van een gefrustreerd politicus die overwerkt thuis zit, miskent de ernst van een deel van de feiten. Omtzigt is immers in zijn politieke werk in de toeslagenaffaire vaak dwarsgezeten en de gang van zaken rond de CDA-lijsttrekkersverkiezingen roept nog steeds de nodige vragen op.
Stuk voor stuk snijdt Omtzigt onderwerpen aan waar het CDA en de commissie-Spies niet omheen kunnen. Ze gaan over de betrouwbaarheid van een partij en daarmee over de geloofwaardigheid van de politiek.
Eén onderwerp kan nog een vervelend staartje krijgen. Drie sponsoren zouden gezamenlijk voor 1 miljoen euro het campagnebudget van CDA hebben gespekt. Bedragen die –zoals wel verplicht– nog niet gemeld zijn bij het ministerie van Binnenlandse Zaken. De partijen zouden er belang bij hebben om inhoudelijke invloed uit te oefenen op het verkiezingsprogramma, suggereert Omtzigt. Dat is een brisante suggestie, zeker bij een nette partij als het CDA. Hoewel interim-partijvoorzitter Marnix van Rij in een reactie deze invloed ontkent, is er alle reden voor het CDA dit tot op de bodem uit te zoeken. Als het grote geld in de politiek infiltreert, krijgt de politieke geloofwaardigheid echt een deuk.