Kamer wil langer belastinguitstel, ondanks verzet Hoekstra
Een ruime meerderheid van de Tweede Kamer wil dat bedrijven pas vanaf 1 oktober weer aan hun nieuwe belastingverplichtingen moeten voldoen. Minister van Financiën Wopke Hoekstra vindt het „echt verstandig” om hier vanaf 1 juli weer mee te beginnen, maar de Kamer heeft via een motie van de VVD toch uitstel geëist.
Sinds medio maart vorig jaar kunnen bedrijven makkelijker belastinguitstel aanvragen wegens de economische gevolgen van de coronamaatregelen. Het is volgens de Tweede Kamer voor bepaalde sectoren nog te snel om daarmee te beginnen op 1 juli. Dat kan sommige bedrijven in de geldproblemen brengen, vreest VVD-Kamerlid Thierry Aartsen.
Volgens Hoekstra draait de economie alweer snel „als een tierelier”. Het kabinet verwacht dan ook van bedrijven dat ze hun belastingen weer gaan betalen, zoals btw en loonheffing. De minister ontraadde daarom het voorstel van de VVD, dat wordt gesteund door dertien partijen. Maar Aartsen dient de motie toch in, zegt hij desgevraagd.
Ongeveer een kwart miljoen ondernemers heeft gebruik gemaakt van de mogelijkheid om belastinguitstel aan te vragen. Nu staat nog zo’n 16 miljard euro aan belastingschulden uit, dat is in totaal 36 miljard euro geweest. Bedrijven moeten vanaf oktober volgend jaar beginnen hun schulden bij de fiscus terug te betalen, en hebben hier vijf jaar de tijd voor. Hoekstra verwacht naar eigen zeggen dat ruim 90 procent van de openstaande schulden wordt terugbetaald.
Partijen, waaronder de PVV, willen dat ondernemers langer de tijd krijgen om het geld terug te betalen, maar Hoekstra ging ook daar niet in mee. „Vijf jaar is redelijk, maar royaal”, vindt hij. Als een bedrijf het in die termijn niet redt, „dan is er iets anders aan de hand, naast corona”.