DNB: Nederland moet meer doen om klimaatverandering tegen te gaan
Nederland moet meer doen om de economie te vergroenen want het huidige klimaatbeleid volstaat niet om aan de klimaatdoelen te voldoen. Daarop hamert De Nederlandsche Bank (DNB) in zijn jaarverslag. Volgens de toezichthouder is het tegengaan van klimaatverandering de „grootste uitdaging” voor Nederland in de nasleep van de coronacrisis.
Een terugkeer naar de wereld van voor de virusuitbraak is volgens de centrale bank zeker niet wenselijk als het gaat om de uitstoot van CO2 en andere broeikasgassen. Anders zouden klimaatveranderingen wel eens desastreuze gevolgen kunnen hebben, ook voor de financiële wereld. Denk bijvoorbeeld aan de gevolgen van extreme weersomstandigheden zoals grote stormen voor verzekeraars.
„Alle goede voornemens ten spijt is Nederland zeker niet de beste leerling van de Europese klas waar het lessen in duurzaamheid betreft”, constateert DNB. Om in 2050 klimaatneutraal te zijn, een ambitie die de Europese Raad recent heeft bevestigd, moet de CO2-uitstoot in Nederland met 2,7 procentpunt per jaar omlaag. Maar het tot nu toe vastgestelde en voorgenomen beleid leidt tot een jaarlijkse daling van 2,3 procentpunt tot 2030.
Door de coronapandemie is de uitstoot van CO2 afgelopen jaar wel fors gedaald. Wereldwijd ging deze met ongeveer 6 tot 7 procent omlaag, merkt DNB op. Tegelijkertijd liet de tweede helft van het jaar zien dat de uitstoot bij economisch herstel ook snel weer opveert.
Nederland wacht daarnaast nog andere uitdagingen in het verduurzamen van de economie. Om biodiversiteit op peil te houden en verdere ecologische schade tegen te gaan, zal volgens de deskundigen van DNB ook de uitstoot van stikstof moeten worden teruggebracht. Beprijzing van stikstofuitstoot zou de uitkomst kunnen bieden, opperen ze. Maar dat zou dan wel gepaard moeten gaan met regelingen om getroffen sectoren bij de noodzakelijke veranderingen te ondersteunen.