Opnieuw afwijzing bekeerde Iraanse asielzoekers
Een Iraans christelijk gezin dreigt gedwongen te worden uitgezet naar zijn land. De IND gelooft niet dat de ex-moslims oprecht christen zijn geworden, ondanks verklaringen van onder meer twee betrokken predikanten.
Machteloos voelt ds. D. van der Wal zich na de uitspraak die de Iraanse Zahra en haar zonen Abbas (19) en Erfan (18), die in december hun verhaal vertelden in het Reformatorisch Dagblad, eind vorige week kregen van de rechtbank. „Het voelt oneerlijk”, aldus de predikant van de christelijke gereformeerde kerk (cgk) in Aalten, waarbij het gezin is aangesloten.
De moeder en haar beide zonen verbleven in december 2019 in vreemdelingendetentie in Kamp Zeist om te worden uitgezet, omdat de Immigratie- en Naturalisatiedienst (IND) hun bekering niet geloofwaardig vond. De uitzetting werd geannuleerd nadat de advocaat van het gezin een nieuwe procedure aanvroeg in een poging om de IND ervan te overtuigen „dat er sprake is van verdieping van het christelijke geloof (geloofsgroei)” na de eerdere afwijzing. Moeder en zonen –vader kwam pas later naar Nederland– verwijzen daarbij onder meer naar diverse verklaringen van geloofsgenoten.
Zo zegt ds. L. van Dalen van de cgk in Hoogeveen overtuigd te zijn van de oprechtheid van hun bekering. Het gezin bezocht zijn kerk en woonde er Bijbelstudies bij totdat het in december 2019 naar Kamp Zeist werd overgebracht. Ds. Van der Wal schreef eveneens een verklaring. Hij kent de Iraniërs sinds januari 2020 toen ze in een azc nabij Aalten terechtkwamen. „Zij getuigden vanaf het begin van een rotsvast vertrouwen in God en Zijn hulp. Iets waar je zelfs als dominee weleens jaloers op kunt zijn.”
De beide zonen volgen catechisatie in de cgk in Aalten. Over hen schrijft ds. Van der Wal: „Ze doen actief mee tijdens deze lessen. Ze lezen mee met de Bijbel in het Perzisch en uit hun antwoorden en reacties op vragen blijkt duidelijk hun betrokkenheid met het christelijk geloof. Tijdens deze lessen spreken zij ook openlijk met leeftijdgenoten over hoe God hen geholpen heeft en het vertrouwen dat Hij dat ook in de toekomst zal blijven doen.”
De rechtbank geeft in haar uitspraak aan dat er „een verzwaarde bewijslast” bij de asielzoekers ligt, omdat hun bekering in een eerdere procedure ongeloofwaardig is bevonden. Volgens de rechtbank heeft de IND nu „niet ten onrechte” gesteld dat er „geen sprake is van een wezenlijke verandering ten opzichte van de vorige asielaanvraag.” Ook stelt de rechtbank dat verklaringen van derden „niet doorslaggevend zijn, maar kunnen dienen als steunbewijs. Het is immers in de eerste plaats aan de vreemdeling zelf om overtuigend te verklaren over zijn gestelde bekering.”
Spannende week
Asieladvocaat mr. Inge Zuidhoek, die de zaak van het gezin behartigt, noemde de uitspraak van de rechtbank zaterdag „heel teleurstellend.” Ze zegt dat ds. Van Dalen tijdens de rechtszitting in Groningen in december een „gloedvol betoog” heeft gehouden. „Ik vond ook dat de moeder en zonen zelf goed over hun geloof konden vertellen. Het kwam op mij heel oprecht over.”
De gezinsleden zijn „heel actief” betrokken bij christelijke activiteiten, aldus de advocaat, maar de IND houdt eraan vast dat hij het „innerlijke proces dat aan de bekering vooraf ging” niet geloofwaardig vindt. „Het is heel ingewikkeld om dat beeld te herstellen”, zegt Zuidhoek.
Evenals de advocaat is ds. Van der Wal teleurgesteld. „We zien en merken dat de Heere in dit gezin werkt, maar al onze argumenten worden simpelweg aan de kant geschoven. Het voelt zo onrechtvaardig wat hier gebeurt. Want hoe bewijs je dat iemand oprecht tot geloof is gekomen? Hoe laat je aan een rechtbank zien dat jouw persoonlijk geloof gegroeid is? Als predikant merk ik in de gesprekken dat deze mensen de Heere Jezus nodig hebben gekregen en niet zonder Hem kunnen en willen. Na het horen van de uitslag zeiden ze tegen mij: „Al gelooft er niemand op de hele wereld wat we zeggen, de Heere kunnen ze ons niet afpakken.” Veel duidelijker wordt het toch niet?”
Advocaat Zuidhoek gaat deze maandag tegen de uitspraak van de rechtbank in hoger beroep bij de Raad van State. „Als het beroep wordt toegewezen, kan het maanden duren voor er weer een uitspraak komt. Maar de kans bestaat ook dat de Raad van State er niets in ziet en het hoger beroep meteen afwijst, waarbij het gezin voor 4 februari het azc moet verlaten. Het wordt dus een heel spannende week voor dit gezin.”