Van Amsterdam tot Eindhoven, van Tilburg tot Enschede. Op tal van plekken sloeg dit weekend de vlam in de pan. Relschoppers trokken een spoor van vernielingen en belaagden de politie. In Urk werd een teststraat in brand gestoken en in Enschede vlogen stenen naar een ziekenhuis. Wat is er mis met Nederland?
„Het schuim van de aarde.” Zo noemde burgemeester Jorritsma van Eindhoven zondag de relschoppers die messen naar de ME gooiden, de boel kort en klein sloegen en een winkel plunderden. Jorritsma nam het woord „burgeroorlog” in de mond.
Dr. Menno van Duin, lector crisisbeheersing aan het Instituut Fysieke Veiligheid (IFV) in Arnhem, kan zich de verontwaardiging van de Eindhovense burgemeester goed voorstellen. „Ik ken Jorritsma als een hardliner. Hoewel ik een woord als ”burgeroorlog” zwaar overtrokken vind, begrijp ik zijn emoties. De onlusten hebben weinig tot niets met coronaprotest te maken. Relschoppers willen matten met de politie. De remmen gaan los. Dit soort hooligans vindt in de invoering van de avondklok een reden om er een zootje van te maken. Al zullen tussen de honderden demonstranten in bijvoorbeeld Amsterdam ook mensen hebben gezeten die louter tegen het coronabeleid demonstreerden en geen geweld wilden.”
Opvallend is dat de agressie zich in dit weekend ook richtte tegen de zorgsector. In Urk ging een teststraat in vlammen op, in Enschede werd met stenen richting een ziekenhuis gegooid. „Dat gaat natuurlijk over alle grenzen heen. Veel gekker moet het niet worden. Je opa of oma kan in het ziekenhuis liggen”, reageert Van Duin, die voorafgaand aan de jaarwisseling diverse autoriteiten adviseerde in vraagstukken rond ordehandhaving. „Kennelijk behoren de relschoppers tot corona-ontkenners en willen ze zo hun punt maken, al kan ik niet in hun hoofden kijken. Een deel zal het meer om het rellen dan om de coronacrisis gaan.”
In Urk werd een NOS-ploeg belaagd, in Tilburg werd een verslaggever van het Brabants Dagblad met stenen bekogeld. Tonen de onlusten in coronatijd aan dat raddraaiers zich steeds meer tegen de media keren? Van Duin: „Corona-ontkenners zien reguliere media als hun vijand, als links tuig. Dus keren ze zich bijvoorbeeld tegen de NOS. Daarnaast is er een groep relschoppers die het mooi vindt dat hun acties de landelijke media halen, maar agressief kan worden als media hen herkenbaar in beeld brengen.”
De Nederlandse Politiebond vreest dat het komende dagen of weken onrustig blijft. Waar doen ordehandhavers in deze woelige tijden wijs aan? „Feit is dat de politie geen onbeperkte capaciteit heeft, wat voor stoere taal burgemeesters ook gebruiken”, zegt Van Duin. „Van belang is dat de politie sociale media goed in de gaten houdt, om in te kunnen spelen op dreigende rellen. Soms is het goed om bekende relschoppers van te voren te spreken: We houden je in de gaten. Maar dat hoef ik de politie allemaal niet te vertellen.”
Belangrijk is dat bestuurders kalmte uitstralen, zegt de crisisexpert. „Er is nu Ruttiaanse rust nodig. Dus moet Jorritsma het woord ”burgeroorlog” niet meer in de mond nemen, want dat is olie op het vuur. Hoe begrijpelijk zijn woede ook is.”
Voor mensen die sceptisch zijn over het coronabeleid is de invoering van de avondklok „het ultieme symbool van de slechtheid van het kabinet”, analyseert cultuurfilosoof prof. dr. Gabriël van den Brink. „Ze maken vergelijkingen met het beleid van de bezetter tijdens de Tweede Wereldoorlog. Ze tonen zo aan niet veel over die oorlog te weten.”
De „hoeksteen” van elke beschaving is dat burgers zich kunnen beheersen. Ook als ze gefrustreerd zijn en een pandemie het hoofd moeten bieden, zegt Van den Brink. „Afgelopen weekend bleek een klein deel van de samenleving daarmee grote moeite te hebben. Ze kunnen of willen die zelfbeheersing niet langer opbrengen.”
Toch zou de overheid ook bij zichzelf te rade moeten gaan, vindt hij. „De overheid vraagt van burgers fatsoen, maar de machthebbers brengen zelf onvoldoende fatsoen voor hun burgers op, zoals de toeslagenaffaire bewijst. In feite is de relatie tussen burgers en overheid de laatste jaren ernstig verstoord. Al praat ik uiteraard het onbeschaafde gedrag van relschoppers niet goed. Die zullen vervolgd en veroordeeld moeten worden.”