VVD botst over holocaustontkenning
Regeringspartij VVD is donderdag in botsing gekomen met de oppositie in de Tweede Kamer over de verruiming van de vrijheid van meningsuiting. De VVD vindt dat er te praten is over het aanpassen of schrappen van het wetsartikel over groepsbelediging, maar de tegenstanders vinden dat hiermee bijvoorbeeld holocaustontkenning makkelijker wordt gemaakt.
Sybrand Buma van het CDA was fel. „Groepsbelediging kwam in de jaren 30 in de wet. Om Joden te beschermen. De wetgever begreep dat beledigen de eerste stap was naar onrust en mogelijk geweld.” Volgens Buma heeft Nederland sowieso behoefte aan minder belediging en niet aan meer.
Volgens Joost Taverne van de VVD zijn andere artikelen in de wet ook effectief om holocaustontkenning te bestrijden.
Tweede Kamerlid Joram van Klaveren van VoorNederland (VNL) heeft het wetsvoorstel ingediend om de vrijheid van meningsuiting te verruimen.
In de Tweede Kamer is er geen meerderheid voor. De PVV vindt wel dat de vrijheid van meningsuiting zo groot mogelijk moet zijn. Kamerlid Martin Bosma van de PVV spreekt van „het recht om op lange tenen te mogen staan”.
Coalitiepartij PvdA is fel tegen. PvdA’er Ahmed Marcouch wil juist de wetten daadkrachtig handhaven door aangifte, opsporing en vervolging. Groepsbelediging toestaan is volgens hem het voorportaal van discriminatoir geweld. „Het leidt tot zwartmaken van groepen, het demoniseren en ontmenselijken”.