Kamer nog niet gerust op nieuwe coronaplannen De Jonge
Zorgminister Hugo de Jonge wil met het ministerie gaan bouwen aan een eigen testketen, om zo de capaciteit van de GGD-teststraten en de regionale laboratoria te versterken. In de Kamer groeit de twijfel over zijn beleid.
Een minister die met zijn hoofd alweer bij de volgende fase van de crisisbestrijding is. Een Kamer die hem vraagt even niet uit te weiden over zijn nieuwe plannen, maar tekst en uitleg te geven over zijn beleid van dit moment. Het kan niet anders of tussen die twee moet het geregeld knetteren. En inderdaad, ook in het coronadebat van woensdag was dat het geval en verliep de communicatie tussen De Jonge en de Kamer stroef.
Voor De Jonge zijn ambities kon toelichten, werd hij opnieuw met een spervuur aan vragen bestookt. Waarom zei hij dinsdag tijdens het persmoment tussen neus en lippen door dat het maatregelenpakket van 14 oktober, dat vier weken zou duren, mogelijk tot december wordt verlengd? Realiseerde hij zich wel hoe dat zou aankomen bij horeca-ondernemers? Dat staatssecretaris Mona Keijzer later op de avond in een talkshow zei dat de verlenging nog niet vast stond, terwijl in een ’s nachts verstuurde voortgangsbrief van De Jonge zo ongeveer het tegendeel viel te lezen –„Wat we zeker weten, is dat de huidige maatregelen nadrukkelijk langer nodig zijn dan vier weken”–, bezorgde de Kamer nog meer chagrijn.
Kritiek was er ook omdat de bewindsman leek te suggereren dat het aantal besmettingen momenteel minder hard zou stijgen dan enkele weken terug. Het reproductiegetal dat aangeeft aan hoeveel mensen een besmette patiënt het virus nog doorgeeft (in jargon: de R0) zou inmiddels al zijn gezakt naar een waarde van 0,88, „want dat is zoals het RIVM dat nu berekent”, merkte hij dinsdag op.
„Ho, ho”, corrigeerde chef infectieziektenbestrijding Van Dissel van het RIVM woensdagochtend, „ik denk dat de wens de vader van die gedachte is geweest.” Hij zette uiteen dat het instituut op 9 oktober een getal van 1,16 berekende en voor nu uitgaat van een R0-waarde tussen 0,75 en 0,99.
Op de verkapte reprimande van de RIVM-topman werd vanuit de oppositie fel gereageerd. „Hoop is geen strategie”, sneerde PvdA-leider Asscher richting De Jonge. Samen met GroenLinks, de SP en de Partij voor de Dieren is de PvdA van mening dat het coronabeleid efficiënter moet. Niet het behoud van de draagkracht van de zorg zou leidend moeten zijn, maar het sneller opsporen en terugdringen van het aantal besmettingen. „Kom voortaan onmiddellijk in actie zodra de R0 weer boven de 1 komt”, klonk het woensdag. En: „Sturen op de draagkracht van de zorg, zoals nu gebeurt, is lopen langs het ravijn.”
Genoemde partijen waarschuwden woensdag voor het sombere beeld van een gedeeltelijke lockdown die nog tot diep in het winterseizoen kan duren. „Met een complete, maar korte lockdown biedt u de mensen perspectief”, hield GroenLinks-leider Klaver De Jonge voor.
Ook CU-Kamerlid Dik-Faber liet doorschemeren voorstander te zijn van tijdelijk strengere maatregelen, maar dan vooral vanwege de penibele situatie in de zorg. „Het kabinet vindt het nog te vroeg daarvoor. Ik vraag me af: Is het niet te laat?” Het is de kleinste coalitiepartij een doorn in het oog dat casino’s en seksbedrijven, ondanks het oprukkende virus, nog altijd open zijn.
Woensdag steeg het aantal coronapatiënten op de ic’s naar 529. Het RIVM verwacht een verdere stijging van het aantal ic-opnames naar ongeveer duizend in de eerste week van november. Die toename valt niet meer af te wenden, zelfs niet als het kabinet woensdag zou hebben gekozen voor een complete lockdown. Beïnvloedbaar is alleen nog de snelheid waarmee de ic-afdelingen na de piek weer langzaam leeglopen. Daarvoor geldt: hoe sneller het aantal besmettingen daalt, hoe sneller de ziekenhuisbezetting weer is genormaliseerd.
Voorzitter Ernst Kuiper van het Landelijk Netwerk Acute Zorg waarschuwde woensdag dat de trendbreuk waar iedereen al dagen reikhalzend naar uitziet, zo snel mogelijk moet inzetten; anders dreigt een catastrofe. Hij rekende verder voor dat het nog tot eind januari kan duren voor de ziekenhuisbezetting weer op het werkbare peil van begin september is.
Premier Rutte, die De Jonge opnieuw te hulp kwam door de uitleg van de strategie voor zijn rekening te nemen, beaamde woensdag Kuipers’ analyse: extra maatregelen zijn hoe dan ook onontkoombaar als het aantal besmettingen de komende dagen niet daalt. Dient de gewenste trendbreuk zich wel aan, dan plaatst dat het kabinet alsnog voor een lastige afweging. Door dan extra maatregelen te nemen, kan de ziekenhuisbezetting weliswaar sneller worden genormaliseerd. Wel moet het zo snel mogelijk ontlasten van de zorg dan worden afgewogen tegen de economische en maatschappelijke schade die gepaard zal gaan met het nog verder aandraaien van de duimschroeven. Waarschijnlijk wordt dinsdag bekend hoe die weging door het kabinet heeft uitgepakt.
Over de seksbedrijven zei Rutte dat die vallen onder de RIVM-definitie van contactberoepen waarvoor een algehele sluiting momenteel niet aan de orde is.
Toen De Jonge eindelijk aan het woord kwam, duurde het nog geruime tijd voor hij zijn nieuwe laboratoriumplannen kon toelichten. Nieuw te bouwen laboratoria waarin ook robots kunnen worden ingezet moeten ervoor zorgen dat er begin 2021 dagelijks zo’n 100.000 tot 130.000 mensen op corona kunnen worden getest. In de tussentijd wil De Jonge de testcapaciteit vergroten met het inrichten van 25 nieuwe sneltestlocaties per eind november. De GGD’s werken hierin samen met de werkgeverskoepel VNO-NCW en worden door Defensie ondersteund. Begin december moeten zeven steden er dan ook nog eens zeven zogenaamde XL-teststraten bijkrijgen; alles onder de regie van het ministerie van VWS.
Niet alle fracties zijn er gerust op dat De Jonge deze snelle uitbreiding in goede banen zal weten te leiden. Kritische vragen waren er onder meer van VVD, CDA en GroenLinks. Zij drongen onder meer aan op een evenredige verdeling van de XL-teststraten. Intussen komen er her en der in het land ook commerciële teststraten tot ontwikkeling. De richtlijnen waaraan deze zich dienen te houden, zijn echter nog in de maak. Woensdag nam de bewindsman daar alvast een voorschot op. Zo wil hij voorschrijven dat ook bij deze straten altijd een arts is betrokken, omdat zij verplicht zijn positieve testuitslagen altijd door te geven aan de GGD. Dat is een voorwaarde voor een kloppende registratie, aldus De Jonge.
De bewindsman beaamde dat het nog een hele uitdaging is om de GGD’s in staat te stellen na elke nieuwe besmetting de naaste contacten van de patiënt in beeld te krijgen. Er zijn capaciteitsproblemen en invalkrachten die in meerdere GGD-regio’s worden ingezet worden ermee geconfronteerd dat die elk hun eigen werkwijze hanteren.
PVV-leider Wilders kreeg woensdag de steun van de voltallige oppositie toen hij eiste dat het kabinet nu al extra geld moet vrijmaken om de zorglonen van volgend jaar nog verder te laten stijgen. Een motie van de PVV die daartoe oproept, haalde dinsdag onbedoeld een meerderheid. Het kabinet blijft er echter bij dat zorgvuldigheid in deze slepende kwestie boven snelheid gaat. Eerst zou een speciale SER-commissie moeten adviseren hoe een extra budget voor de zorgsalarissen zo verstandig mogelijk kan worden ingezet.
Uit protest dienden PVV en SP daarop een motie van wantrouwen in tegen minister-president Rutte. Het was de eerste keer sinds het uitbreken van de coronacrisis dat dit zware middel in de volksvertegenwoordiging werd ingezet. Bij de stemming kreeg de motie behalve van de indieners overigens alleen de steun van de Groep Krol, de Groep Van Kooten-Arissen, Forum voor Democratie en de Groep Van Haga. Dat was alles bij elkaar veel te weinig voor een meerderheid.