Opinie

Bescheidenheid en openheid sieren de kerk

Als we in Den Haag voor maatwerk voor kerken pleiten, past ons bescheidenheid. Laten we geen rechten claimen maar rust creëren. Dan kan de vrucht van de Pinkstergeest het beste ontkiemen en groeien.

Ds. M. Visser
29 May 2020 09:20Gewijzigd op 16 November 2020 19:23
„Hoe we als kerken praktisch vorm gaan geven aan de kerkdiensten is niet onbelangrijk. Maar het allerbelangrijkste is dat we éten van het Brood des levens.” beeld iStock
„Hoe we als kerken praktisch vorm gaan geven aan de kerkdiensten is niet onbelangrijk. Maar het allerbelangrijkste is dat we éten van het Brood des levens.” beeld iStock

Collega Uitslag riep de kerken op om assertiever te zijn richting de overheid (RD 25-5). Voor een evenwichtige visie op de huidige situatie is het goed om ook aan ander geluid te laten horen.

Toen de coronacrisis uitbrak, reageerden de kerken daar behoorlijk snel op. Als voorzitter van het deputaatschap diaconaat van de Christelijke Gereformeerde Kerken was ik daar bestuurlijk bij betrokken. Onder de naam ”We blijven verbonden” ontstond een coronateam op ons landelijk kantoor in Veenendaal. Met alle kerkenraden zochten we persoonlijk contact. En vanuit ons kantoor waren er contacten met andere deputaatschappen, waaronder het deputaatschap Contact met de Overheid, en met (deputaatschappen van) andere kerken.

Goed overleg

Hiernaast hadden we een rechtstreekse verbindingslijn naar Den Haag. Daar vond bijna wekelijks overleg plaats tussen enerzijds een groep afgevaardigden van de kerken en christelijke politici en anderzijds minister Grapperhaus. Via onze contactpersonen in deze groep konden wij vrijuit onze mening inbrengen. Dit overleg met de minister is steeds in een goede en respectvolle sfeer verlopen.

Na alles wat ik heb gehoord en gezien, is mijn conclusie dat we als kerken heel dankbaar mogen zijn met onze overheid én met de manier waarop ze met de kerken omgaat. Ook is er in veel plaatsen goed overleg geweest tussen kerken en burgemeesters. Ondanks de scheiding van kerk en staat blijkt er gelukkig alle ruimte te zijn om constructief samen te werken. Het zou kunnen dat we in die contacten nog duidelijker ons geluid als kerken kunnen laten horen. Maar laten we dat dan doen vanuit een positieve grondhouding (en niet primair vanuit onze juridische positie).

Bevoordeeld

Uiteraard heb ik ook gelezen wat juristen zeggen over de Grondwet enzovoort. Het is goed dat die discussie gevoerd wordt, zeker omdat de coronatijd langer gaat duren. Daarbij wil ik dan wel graag opmerken dat we als kerken dankbaar mogen zijn voor hoe de positie van de kerken in Nederland verankerd ligt in die Grondwet. In onze directe buurlanden (en in sommige andere Europese landen) waren kerkdiensten helemaal verboden! In Nederland gebeurde dat niet. En voor huwelijks- en begrafenisdiensten kregen we extra ruimte waar anderen soms jaloers op waren. Want de horeca en andere bedrijfstakken moesten helemaal dicht.

Het is dus niet waar dat de speelruimte voor de kerken kleiner wordt. En de kerken komen wat dit punt betreft dus ook niet steeds verder in de verdrukking. We hebben nog steeds een bevoorrechte positie. En dat is nog steeds veel meer dan de Vroege Kerk ten tijde van het Nieuwe Testament had. Laten we daar dankbaar voor zijn. En vervolgens natuurlijk onze mogelijkheden op een verantwoorde manier zo goed mogelijk gebruiken.

Open(heid)

De kerkdeuren gingen in Nederland niet dicht. Het Woord bleef klinken, zelfs op zo’n manier dat de hele wereld kon meekijken en meeluisteren. Ook wijzelf konden op verschillende manieren allemaal thuis het Woord horen. „Gods Woord is niet gebonden”, zo bleek opnieuw.

Zitten er geen risico’s aan deze manier van kerkzijn, zeker als het langer gaat duren? Zeker wel, en daarom moeten we waakzaam zijn. Want is het grootste probleem niet ons eigen hart, dat zo makkelijk verslapt? Maar laten we ook nuchter blijven. Miljoenen medechristenen mogen al jarenlang niet samenkomen. En toch groeit en bloeit de kerk vaak juist daar.

Ik ben het eens met mijn collega en met politici in Den Haag die pleiten voor maatwerk voor de kerken. Daarbij (niet daartegenover!) pleit ik voor een houding van bescheidenheid. Laten we geen rechten claimen maar rust creëren. In die atmosfeer kan de vrucht van de Geest van Pinksteren (van liefde tot zelfbeheersing, Galaten 5:22) het beste ontkiemen en groeien.

Zuurdeeg

Inderdaad zal de kerk open moeten zijn voor het Brood des levens. En gelukkig staat ook onze overheid daarvoor open. Maar de coronatijd houdt ons als kerken wel een spiegel voor: leven we werkelijk van dit Bróód?

Hoe we als kerken praktisch vorm gaan geven aan de kerkdiensten is niet onbelangrijk. Maar het allerbelangrijkste is dat we éten van dit Brood. Want het Brood des levens is en blijft krachtig en werkt onder Gods zegen als een zuurdeeg. Een zuurdeeg dat ook door onze samenleving heen trekt en daarmee wonderen kan doen die we nu misschien niet voor mogelijk houden. Daar varen kerk en samenleving wel bij. En het belangrijkste: zo krijgt God de eer die Hem toekomt.

De auteur is voorzitter van het deputaatschap diaconaat in de Christelijke Gereformeerde Kerken.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer