Cultuur & boeken

Bananendozen vol boeken de deur uit

Boekenliefhebbers hebben het graag over boeken. Over de hoeveelheid boeken die ze hebben, praten ze liefst in meters. De één heeft 140 meter boeken, een ander 200 meter, of nog meer. Waar laat je dat allemaal bij het ouder worden, als je kleiner moet gaat wonen? Vijf mensen met ervaring.

Jan van ’t Hul
5 October 2019 11:28Gewijzigd op 16 November 2020 17:10
Anneke en John Mastenbroek. beeld RD, Henk Visscher
Anneke en John Mastenbroek. beeld RD, Henk Visscher

De boekenberg van John Mastenbroek

2019-10-05-rdMAG1-mastenbroek-1-5-FC_web.jpg
Mastenbroek. beeld RD, Henk Visscher

John en Anneke Mastenbroek in Gouda hebben zorgen, zeker nu John afgelopen zomer door een herseninfarct werd getroffen: „Dit huis moet een keer leeg, maar waar laten we de boeken?”

Het gesprek vond plaats vóórdat Mastenbroek door een herseninfarct werd getroffen. Inmiddels is hij weer thuis en is hij bezig met een intensief poliklinisch revalidatietraject. Dit artikel mag nu wel gepubliceerd worden, vinden ze beiden. „De zorgen over onze boeken zijn alleen maar groter geworden.”

In zijn jeugd is Mastenbroek aan het verzamelen geraakt. Kerkgeschiedenis, Bijbelcommentaren, preken, levensbeschrijvingen, bekeringsgeschiedenissen. „Soms ging ik tweemaal per week naar boekhandel Lindenberg in Rotterdam om wat te kopen. Wat de kroeg is voor een alcoholist, was Lindenberg voor mij. Ik kón het niet laten.”

Toen ze trouwden, had John al een behoorlijke verzameling boeken, weet Anneke. „Inmiddels is die verzameling explosief gegroeid. Meestal dacht ik: hij komt er zelf wel achter dat dit uit de hand loopt. Maar soms moest ik echt even op de rem trappen: John, nu even stoppen.”

Mastenbroek heeft zijn boeken nooit geteld. „Geen beginnen aan. En als ik ze zou gaan tellen, dan wordt het onvermijdelijk: „Dit is het grote Babel dat ik gebouwd heb.” Dat mag ik niet doen.”

„Wat de kroeg is voor een alcoholist, was Lindenberg voor mij. Ik kón het niet laten.”

In de voorkamer staan absolute unica. Daar staan de perkamenten en folianten twee rijen dik. Oude, vergeelde banden, allemaal erfgoed der vaderen. Overjarig koren uit de schat des Woords, rug aan rug, strak tot aan het plafond.

Nauwkeurig weet Mastenbroek waar alles staat. Zijn huis telt acht kamers. En overal staan boeken, in totaal 325 strekkende meter. Op de zolderverdieping staat 20 procent. Op de eerste verdieping staat 30 procent. Beneden staat 30 procent en in de kelder nog eens 20 procent. Het is voor 85 procent theologie. „Die overige 15 procent kan over alles gaan, maar Jan Wolkers heb ik niet.”

Mastenbroek was dertig jaar lang bibliothecaris van de Theologische School van de Gereformeerde Gemeenten. Sindsdien denken sommigen dat overtollige boeken nog steeds naar Mastenbroek gebracht kunnen worden. „Pas belde een oude predikant mij. Of ik maar acht dozen boeken op wilde komen halen. Hij zei erbij: „Mastenbroek, u mag het ook allemaal in de open haard gooien, als u dat maar niet tegen mij zegt.””

Anneke: „We worden ons meer en meer bewust van het feit dat we eens alles achter moeten laten. Ik heb geen idee hoe dit moet als we eens hulpbehoevend worden of naar een ouderenvoorziening moeten. Zoals het nu is, zijn wij niet verhuisbaar.”

John: „We hopen dat we hier nog lang mogen blijven wonen, maar ik lig er ’s nachts weleens over te piekeren hoe ik ooit van al die boeken afkom. Maar ik lig ook wakker met het oog op de naderende eeuwigheid.”

Anneke heeft haar hoop gesteld op het documentatiecentrum van de Gereformeerde Gemeenten dat in Rotterdam zal komen: „Misschien dat daar veel naartoe kan.” John: „Maar geen boeken hoor.”

Liever geen boeken naar de rommelmarkt

2019-10-05-rdMAG1-vanderveen-3-FC_web.jpg
Ds. H. J. van der Veen. beeld RD Anton Dommerholt

Ds. H. J. van der Veen te Sliedrecht, predikant in de Protestantse Kerk in Nederland, ging eerder dit jaar met emeritaat. Hij heeft heel wat van zijn bibliotheek weg moeten doen. Ds. Van der Veen is niet opgegroeid in een gezin waar veel werd gelezen. „In mijn puberteit heb ik zelf weinig boeken gezien. Ik hield meer van aanpakken. Als je je echter geroepen voelt om predikant te worden, ga je vanzelf boeken aanschaffen. Maar ik heb nooit boeken vertroeteld. Boeken zijn voor mij gereedschap, zoals een zaag en een hamer dat zijn voor een timmerman. Aan de hand van boeken maakt een predikant zijn preek. Als je met emeritaat bent zeg je: En nu? Wat zal ik nu met al die boeken doen?”

Je mag je nageslacht niet opzadelen met boeken, zegt ds. Van der Veen. „Kinderen en kleinkin- deren zitten niet op al die theologische boeken te wachten. Vroeger zag je nog weleens van die echte predikantenfamilies. Vader was dominee. De zoon werd ook dominee. Dan ging de bibliotheek van vader op zoon over. Maar dat is wel voorbij.”

„Ik heb nooit boeken vertroeteld. Boeken zijn voor mij gereedschap, zoals een zaag en een hamer dat zijn voor een timmerman."

In 1983 deed kandidaat Van der Veen intrede in zijn eerste gemeente, Nieuwland en Oosterwijk. Vier jaar later werd hij zendingspredikant in Zimbabwe. „Mijn boeken konden natuurlijk niet allemaal mee naar Zimbabwe. Ik heb al mijn boeken bekeken, een voor een, met de vraag: Wat moet er echt mee? Er bleven twee boekenplankjes over die mee mochten. Een boek dat volgens mij echt mee moest, was de dissertatie van dr. W. Balke over Calvijn en de doperse radicalen. Ik meende dat het zou helpen om mijn weg te vinden in de charismatische wereld van de kerken in Zimbabwe. De praktijk was echter dat ik het nauwelijks heb aangeraakt.”

In Zimbabwe gaf ds. Van der Veen les aan lekenpredikers uit de bush. „Wat hadden die mensen? Geiten, een paar koeien, een hut om in te wonen en een Bijbel. Zo hebben we geleerd hoe je een Bijbels verantwoorde preek kunt maken zonder boeken. Toen is voor mij de waarde van theologische boeken nog meer gereduceerd.”

Nu hij met emeritaat is, heeft hij niet veel boeken meer nodig. „Ik heb mezelf toen afgevraagd: wat heb ik nog nodig? De rest gaat weg. Ik vind dat niet zo moeilijk, want mijn hart ligt niet in die boeken. Als ze weg moeten, dan moeten ze weg, alleen, liever niet naar de rommelmarkt. Ik vond het fijn als mijn boeken nog van nut waren.”

Ds. Van der Veen stak zijn licht eens op bij de tweedehandsboekhandel. De conclusie luidde: de belangstelling voor zijn boeken was niet groot. De boekenmarkt is verzadigd en de voorraadschuren van de handelaren puilen uit. „Alles staat online. Wat moeten mensen nog met een fysiek boek? De boekhandelaren zeiden: „Dominee, maak maar een foto van uw boekenkast, dan zullen we even kijken of er iets interessants bij zit.” Er mankeerde niet veel aan of ze zeiden: „Mik het maar in de papierversnipperaar.””

Er gingen dozen vol naar de kringloop. „In Sliedrecht hebben ze bij de kringloop nog belangstelling voor christelijke boeken. De opbrengst was voor goede doelen. Dat gaf nog wat voldoening.”

Bananendozen vol met boeken

2019-10-05-rdMAG1-bartderoo-3-FC_web.jpg
Bart de Roo. beeld Sjaak Verboom

Vijftien jaar geleden opende Bart de Roo (53) zijn boekwinkel aan de Van Meelstraat in Zwijndrecht. Sindsdien zat de groei erin. Buiten het dorp Heerjansdam heeft De Roo een enorme loods gehuurd, met onafzienbare rijen stellingen en aan elkaar getimmerde planken. Daar staat een van de grootste voorraden tweedehandsboeken van Nederland: 5000 strekkende meter, ofwel 5 kilometer aan ruggen.

De Roos specialiteit is theologie. „Als mensen van theologische boeken houden, gaat ’t vaak om de inhoud. Dan hebben we het over predikanten die boeken nodig hebben voor hun preken, over liefhebbers van de oude waarheid, maar ook over verzamelaars die van mooie bandjes houden. Er zijn mensen die alles van Lamain verzamelen, of alles van Luther, of alles van de Gereformeerde Gemeenten in Nederland. Je kunt aan een boekenkast zien of iemand theologie gestudeerd heeft in Kampen, Utrecht of Rotterdam.”

De Roo adviseert boekenliefhebbers om bijtijds na te denken over de vraag wat er met hun bibliotheek moet gebeuren bij het ouder worden of bij overlijden. Hij heeft al veel meegemaakt op dit gebied. „Veel mensen hebben hier niets voor geregeld, met als gevolg dat bij overlijden de nabestaanden met al die boeken in hun maag zitten. Vaak hebben kinderen geen interesse in al die theologische boeken. Wat moeten ze ermee? Ik raad boekenliefhebbers aan om in kaart te brengen waar hun kinderen interesse in hebben, wat naar theologiestudenten zou kunnen of wat bijvoorbeeld naar de bibliotheek van de kerk kan. Anders gaat je mooie verzameling straks naar de kringloop.”

„Elke 14 dagen rijd ik met een bus met 35 bananendozen vol boeken naar het oud papier.”

Twee- of driemaal per week wordt De Roo gevraagd om ergens een partij boeken te komen taxeren. Hij koopt met enige regelmaat bibliotheken op van predikanten die met emeritaat gaan. „Ik doe een bod op voorraden die voor mijn winkel interessant zijn. Maar het aanbod is aanzienlijk groter dan wat de klanten vragen. Er gaat heel veel naar het oud papier. Elke 14 dagen rijd ik met een bus met 35 bananendozen vol boeken naar het oud papier.”

De Roo denkt dat de belangstelling voor stichtelijke boeken blijft bestaan. „Het clubje liefhebbers wordt kleiner. Maar er blijven altijd mensen die uit geestelijke interesse een stichtelijk boek willen lezen. Zodra iemand in zijn hart gegrepen wordt, komt hij bij de goede boeken terecht. Als je dan zin in lezen krijgt, gaat ’t vanzelf.”

De Roo werd eens gebeld door een oude heer uit de Utrechtse binnenstad, een afgestudeerd theoloog en ongehuwd. Of ik een bod wilde doen op zijn boeken. Ik moest maar eens komen kijken. Wat ik aantrof, was tien kamers vol met boeken. Iedere kamer was 4 meter hoog. Je hebt bibliofielen, dat zijn liefhebbers van boeken, je hebt ook bibliomanen, dat zijn mensen die dwangmatig verzamelen. Die man was dus een bibliomaan. Hij moest naar een verzorgingshuis en wilde van de boeken af. We kwamen een prijs overeen. Ik had een grote vrachtwagen en zes helpers nodig om al die boeken weg te krijgen. Op het laatste moment belde hij af. Hij kon er geen afstand van doen.”

Blijmoedig 8000 boeken weggedaan

2019-10-05-rdMAG1-anthonbel-3-FC_web.jpg
Leny en Anthon Bel. beeld Sjaak Verboom

Anthon en Leny Bel zijn vorig jaar verhuisd naar een appartement in Vlaardingen. Zeven hoog wonen ze nu. Door de loop der jaren had Bel zo’n 10.000 boeken verzameld. Bij de verhuizing moesten er 8000 weg.

Als puber las Anthon Bel al de partijredes van ds. G. H. Kersten. Op zijn eerste eigen boekenplankje stonden boeken van de zondagsschool, maar ook al oude schrijvers, en ”Kruisdominees” van F. L. Bos. „Ik las zelfs kerkelijke jaarboeken, vooral al die namen van dominees in de necrologieën vond ik interessant. Ook kerkelijke acta nam ik door.”

Gaandeweg dijde zijn boekenverzameling uit. Hij kocht boeken over de kleine kerkgeschiedenis, oude schrijvers, literatuur, boeken over Bijbeluitleg, over Rusland en over kunst. „Ik kon moeilijk maat houden, dat was het hele punt. Maar ik bleef wel mijn verstand gebruiken. Ik betaalde alleen contant, kocht nooit een boek op rekening.”

In 1989 werd Bel benoemd tot uitgever bij Den Hertog in Houten. „Daar heb ik vaak gezien hoe het gaat met mensen die ouder worden en die gedwongen worden om hun hele of halve bibliotheek weg te doen. Ook heb ik gezien dat beschaafde mensen in hun jacht naar boeken opeens alle fatsoen kunnen verliezen.”

„Je weet dat het moment eens aanbreekt dat je niet meer zo veel boeken kunt bergen."

Over het wegdoen van 8000 boeken zegt Bel: „Ik heb ze met blijmoedigheid weg kunnen doen. We waren zo blij dat we dit appartement konden krijgen, dat ik niet moeilijk heb willen doen over boeken die weg moesten. Mijn harmonium van Mart Vermeulen moest ook weg. Dat viel me niet mee. Nu speel ik alleen in gedachten nog. Maar je weet dat het moment eens aanbreekt dat je niet meer zo veel boeken kunt bergen. Bij de verhuizing was het moment aangebroken. Ik heb er bewust geen verdriet van willen hebben.”

Wat Bel wel zwaar woog is: waar gaan al die boeken naartoe? „Die 8000 boeken zijn op 38 verschillende bestemmingen terechtgekomen. Ik heb veel weggegeven aan mensen van wie ik wist dat ze interesse hadden in bepaalde titels, veel aan ambtsdragers en aan gezinnen die niet zo veel geld hadden om in boeken te investeren. We hebben ook boeken verkocht aan het antiquariaat van Den Hertog en ik heb een auto vol naar de Theologische School in Rotterdam gebracht.”

Voordat ze hun vorige huis in Vlaardingen verkochten, deponeerde Bel, samen met zijn vrouw Leny, de overgebleven boeken in de woonkamer op de vloer. „Daar konden mensen boeken komen uitzoeken. Als de woonkamer leeg was, sleepten we de volgende partij naar de woonkamer. Wat overbleef, ging naar kringloopwinkels in Ridderkerk, Goes, Vlaardingen en Tholen. Er moest gelukkig maar heel weinig naar de papiercontainer. Dat zou ik wel moeilijk hebben gevonden.”

Een mens zou boeken moeten bezitten als niet-bezittend. „Wij zullen toch eens gereedschap van vertrek moeten maken. Drie jaar geleden heb ik een hartoperatie gehad. Dan ga je anders naar je boeken kijken. Op zo’n moment besef je dat we hier geen blijvende stad hebben en dan leeft het toch ook: „Wij zoeken de toekomende stad, niet met handen gemaakt, maar eeuwig in de hemelen.””

De opluchting van het ontspullen van boeken

2019-10-05-rdMAG1-lammywolfslag-3-FC_web.jpg
Lammy Wolfslag. beeld Sjaak Verboom

Lammy Wolfslag uit Alphen aan den Rijn is sinds 2009 professional organizer, in de volksmond opruimcoach. Haar bedrijfsnaam is ook ”Mijn Opruimcoach”. Ze heeft al honderden woningen vanbinnen gezien. „En ik heb heel wat verdriet gezien. Als het gaat om mensen die moeilijk afscheid van hun spullen kunnen doen, kijk ik nergens meer van op. Achter sommige voordeuren gaat in dit opzicht veel leed schuil. Dit komt in alle lagen van de bevolking voor.”

Wolfslag weet hoe je op een aanvaardbare manier afscheid kunt nemen van overbodige spullen. De eerste vraag die ze altijd stelt is: Wat wil je bereiken met het ontspullen? „Als je minder spullen wilt, dan is het verstandig om bepaalde dingen weg te geven of naar de kringloopwinkel te brengen. Dat geeft een groot gevoel van opluchting.”

Mensen die boeken verzamelen, houden van boeken, weet ze. „Boeken hebben voor velen emotionele waarde. Boeken maken mensen blij, ze dóén wat met je. Ouderen zijn opgegroeid met de terechte gedachte dat lezen goed voor een mens is. Dat zorgt ervoor dat ze moeilijk afstand van een boek kunnen doen, terwijl dat bij het ouder worden gaandeweg toch wel nodig is. Sommigen moeten kleiner gaan wonen, anderen gaan naar een verpleeg- of verzorgingshuis. Grote voorraden kookboeken bewaren in een verpleeginrichting heeft nu eenmaal geen zin.”

„Een boekenkast zegt iets over wie jezelf bent. En iets van jezelf wegdoen doet pijn.”

Wolfslag begrijpt dat boeken wegdoen voor een boekenverzamelaar een hele opgave kan zijn. „Een boek is geen kopje waarvan het oor gebroken is. Zo’n kopje gooi je in de kliko, maar dat doe je met een boek niet. Een boekenkast zegt iets over wie jezelf bent. En iets van jezelf wegdoen doet pijn. Een boekenkast met theologische boeken laat zien waar iemands diepere lagen liggen. Zo iemand stelt kennelijk belang in hogere waarden. Het is dus helemaal niet vreemd dat je daar moeilijk afstand van doet.”

Hoe raakt een boekenliefhebber op een nette manier van z’n boeken af? „Ik vraag aan de mensen om al hun boeken in één vertrek bij elkaar te brengen. En als het niet in één vertrek past? Dan maken we er twee vertrekken van. Op die manier zien mensen zelf hoeveel boeken ze hebben. Vervolgens gaan we de boeken in drie stapels verdelen. Op de eerste stapel komen de boeken die de mensen nog steeds als een verrijking ervaren. Die bewaren we. Op de tweede stapel komen de boeken die men misschien nog wel een keer zou willen lezen, maar als je vier boeken per jaar kunt lezen, moet je er geen veertig bewaren. Die andere 36 boeken kunnen misschien wel weg. En op de derde stapel komen de boeken die, als je er goed over nadenkt, best weg kunnen.”

Met klem zegt Wolfslag: „Kinderen zitten niet op de boeken van hun ouders te wachten. Zoiets wil je als ouders je kinderen toch niet aandoen. Bepaal zelf wat er weg kan. Doe dit ook tijdig. Als je in de laatste fase van je leven gekomen bent, gaat het om andere zaken dan boeken. Dan zijn er andere waarden waar je je mee bezig zou willen houden.”

nbpo.nl

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer