Het Zoeklicht wil dapper zijn. En radicaal
Het Zoeklicht, een van de oudste evangelische organisaties in Nederland, bestaat deze maand honderd jaar. Een eeuw na de oprichting volgt de stichting nog steeds nauwgezet het spoor van grondlegger Johannes de Heer.
Het Zoeklicht is vooral bekend van het gelijknamige blad, van Zoeklichtdagen (vroeger heetten ze toogdagen) en van de uitgeverij. De stichting organiseert door het hele land seminars over ”Bijbelse en profetische onderwerpen”, maar ook studieweekenden en reizen naar Israël. De bakermat van al deze activiteiten is een karakteristiek wit gebouw in de bossen van Doorn: Het Brandpunt.
Het maandblad heeft 7000 abonnees, voor een groot deel baptisten, leden van de Vergadering van gelovigen en leden van de Protestantse Kerk in Nederland. In 1990 telde het blad nog 20.000 abonnees. Directeur van Het Zoeklicht Frits Boekhoff is echter hoopvol, omdat het abonneebestand sinds een halfjaar weer groeit in plaats van slinkt. „Het gaat om een stijging van 100 abonnees, wat feitelijk betekent dat we er 450 lezers bij kregen, want we verliezen er jaarlijks 350 door opzeggingen.”
Boekhoff staat sinds zes jaar aan het roer van de organisatie. Het interview geeft hij samen met oudgediende ds. Theo Niemeijer, die het gezicht van Het Zoeklicht is omdat hij de meeste seminars geeft, een rubriek in het maandblad verzorgt en regelmatig voorgaat in de zondagse samenkomsten in de kapel van Het Brandpunt.
Het eerste nummer van Het Zoeklicht verscheen op 1 juli 1919, vlak na de Russische Revolutie en de Eerste Wereldoorlog. „Gebeurtenissen die de wereld schokten”, zegt Boekhoff. „In het eerste nummer schrijft Johannes de Heer dat de tijden te turbulent zijn om zomaar voorbij te laten gaan. Als er strijd is, kijk je vooruit. Daartegenover staat dat een christen aardser wordt als het goed met hem gaat.”
Geïnspireerd door Darby (stichter van de Vergadering van gelovigen) en Spurgeon vroeg De Heer aandacht voor de maranathaboodschap en de vervulling van het profetische woord die onder meer zichtbaar zou worden in de terugkeer van de Joden naar Israël. Vanuit het geloof in de wederkomst beklemtoonde hij drie zaken die nog steeds een belangrijke richtlijn vormen voor Het Zoeklicht: de oproep tot bekering in de Evangelieverkondiging, heiliging en verwachting. Ofwel verzoening, vervulling en verwachting.
Een eeuw later is er vrede en welvaart in Europa. Is er nog ontvankelijkheid voor het Evangelie?
Boekhoff: „Ik verlang niet naar een oorlog, maar ik ben wel bezorgd over de lauwheid onder christenen. Wij zijn iets kwijtgeraakt, het besef dat we vreemdelingen zijn op aarde. Christelijk Nederland versmalt de Bijbel tot de boodschap dat God liefde is en dat je niet mag oordelen. Met veel passages weten we ons geen raad meer. Het lijkt soms zelfs wel of predikanten zich schamen voor Gods woorden. Of het nu over de schepping gaat of over het huwelijk, bij elke pagina in de Bijbel komen er vraagtekens te staan. Als je van Jezus houdt, heb je ook Zijn geboden lief. Daarbij is een kwart van de Bijbel profetisch. Heb daar aandacht voor.”
Wat bedoelt u als u spreekt over het profetische woord?
Niemeijer: „Tijdens de gebeurtenissen op de pinksterdag in Jeruzalem vroegen de mensen: „Wat is dit?” Petrus zegt dan: „Dit is wat in Joël beschreven staat.” We herkennen de dingen die gebeuren –niet alleen in het verleden, maar ook in het heden– en proberen ze terug te voeren op de Bijbel. Daar staat het. Dat is waarmee we bezig zijn.”
Wat is de missie van Het Zoeklicht?
Boekhoff: „Dat mensen zich toewijden aan de Heer en Hem ook verwachten. In de kerk wordt er weinig gesproken over de wederkomst van Christus. Veel christenen zijn gelovigen voor het hier en nu. Ze zijn absoluut niet bezig met wat er straks zal gaan gebeuren. Theologen willen hun vingers niet aan dit onderwerp branden. Terwijl Hij Zelf in Openbaringen 3 het bevel geeft om Hem te blijven verwachten.”
Hoe heeft Het Zoeklicht zich ontwikkeld in honderd jaar tijd?
Niemeijer: „De boodschap die Johannes de Heer verkondigde, dragen wij ongewijzigd uit. Die is niet aangepast aan deze tijd. Waar het gaat om de presentatie, hebben we veel slagen gemaakt. Denk aan de modernisering van ons blad. Maar we doen geen concessies aan de inhoud.”
Boekhoff: „We willen buigen onder het gezag van Gods Woord.”
Dat heeft Het Zoeklicht gemeen met bevindelijk-gereformeerden.
Niemeijer: „Niet voor niets hebben we pas Kees van der Staaij geïnterviewd. Een deel van de achterban was en is orthodox-gereformeerd.”
Boekhoff: „We zijn zo klein in getal geworden als christenen. We stellen in Nederland niets meer voor. Christenen die aan Gods Woord willen vasthouden, moeten elkaar niet op punten en komma’s bevechten. We hebben elkaar nodig. We zijn al blij als er meer aandacht zou komen voor toekomstige dingen, voor het duizendjarig vrederijk.”
Op dat punt gaan de meningen juist uiteen.
Boekhoff: „We houden ons niet bezig met omstreden dateringen. We willen een Bijbelgetrouwe organisatie zijn. Voor de komende Zoeklichtdagen in Apeldoorn hebben we niet alleen onze eigen sprekers ingezet, maar ook John Piper en Ruud van Campen uitgenodigd. Andere mensen dan gewoonlijk, maar Bijbelgetrouw.”
Gereformeerde sprekers dus, op het podium van een evangelische beweging.
Boekhoff: „Piper gelooft in het duizendjarig vrederijk, maar niet in de opname voor de grote verdrukking. Als hij spreekt over de heiliging, is daar geen woord Frans bij. Daar staan we van harte achter.”
Het Zoeklicht houdt zondagse samenkomsten in de kapel. Hoe is dat zo gekomen?
Niemeijer: „De oorsprong daarvan ligt in de jaren zeventig. In Het Brandpunt hadden er vakantieweken plaats. In het begin brachten we deze vakantiegangers naar hun eigen kerken, maar dat werd ondoenlijk. We gingen in Het Brandpunt diensten houden voor vakantiegangers. Na afloop van de zomer vroegen 25 à 30 mensen die op zondag een plekje bij ons hadden gevonden: Waar moeten wij nu naar toe? We besloten toen om op het terrein eenvoudige samenkomsten te gaan houden. Dat liep echter zo uit de hand, dat er een kapel is gebouwd. Op zondagmorgen spreken daar mensen die gerelateerd zijn aan Het Zoeklicht. Elke week komen er 300 bezoekers, afkomstig uit de wijde omgeving. We zingen liederen van Johannes de Heer, de prediking staat centraal en er is kinder- en tienerwerk.”
De beweging fungeert als kerk. Noemt u dat ook zo?
Niemeijer: „Een vroegere voorzitter zei eens: „Laat de kapel een herberg zijn van de barmhartige Samaritaan, waarin mensen die verwond zijn door allerlei kerkscheuringen een poosje opgevangen worden.”
Boekhoff: „De kapelgemeenschap in stand houden, is voor ons geen doel op zich. Wij willen bovenkerkelijk zijn, kerken faciliteren die weinig zicht hebben op de toekomst, informatie geven.”
Hoe is de verstandhouding met gevestigde kerken?
Boekhoff: „Wij willen niet antikerkelijk zijn. We voelen ons verbonden met iedereen die echt wil vasthouden aan Gods Woord.”
Niemeijer: „We hebben goede contacten met hervormden, evangelischen, baptisten en gereformeerden. We kunnen deze kerken iets aanbieden waar zij zelf niet aan toekomen. Bijvoorbeeld over Gods plan met Israël, geestelijke verleidingen in de eindtijd, occulte verleiding en maatschappelijke ontwikkelingen in het licht van de Bijbel.”
Spreekt Het Zoeklicht nog jongeren aan?
Niemeijer: „Soms wordt er gedacht dat Het Zoeklicht een blaadje is van opa en oma, terwijl het om een modern blad gaat. De eindredacteur is nota bene net 27 jaar.”
Boekhoff: „Het klopt dat onze achterban wat vergrijsd is. Wij denken dat echtheid de jeugd aanspreekt. Niet slapheid. We moeten weer dapper worden met elkaar. En radicaal. Het is leuk dat er voor de Zoeklichtdagen al 400 inschrijvingen binnenkwamen van kinderen tussen de vier en de zestien jaar.”
Theo Niemeijer en Frits Boekhoff
Ds. Theo Niemeijer, sinds 35 jaar (onder meer als directeur) betrokken bij Het Zoeklicht, is een veelgevraagd spreker. Vanaf oktober dit jaar gaat hij samen met Joke Buis (die liederen van Johannes de Heer vertolkt) op jubileumtournee door alle provincies. Niemeijer was negentien jaar predikant van de vrije baptistengemeente in Enschede en voor die tijd voorganger van de Parousiagemeente in Mijdrecht. Vorig jaar zomer ging hij met emeritaat. Niemeijer is getrouwd, kreeg drie kinderen en zeven kleinkinderen.
Frits Boekhoff is sinds 2013 directeur van Het Zoeklicht. Daarvoor werkte hij 24 jaar bij Wegener, de laatste jaren als directeur distributie. Het christelijke geloof kreeg hij niet van huis uit mee. Na zijn verandering raakte hij betrokken bij de Vergadering van gelovigen. „Daar leefde de Zoeklichtboodschap heel duidelijk.” Boekhoff is getrouwd, kreeg vier kinderen, van wie er één op volwassen leeftijd overleed, en zes kleinkinderen.