Jonge pulsvisser gaat liever bidden dan actievoeren
Maandagmorgen 7 uur. De jonge Urker visserman Auke van Slooten (26) haalt met zijn ‘kotterbusje’ de bemanning van de NG 12 ‘Prins Maurits’ op. Met zes man sterk rijden ze in een fors tempo naar Harlingen. Vandaag staat er onderhoud op het programma.
Het is druk aan de steiger achter de Harlinger visafslag – onderdeel van Visveiling Urk. Er liggen tientallen kotters. Een groot deel van de Urker vissersvloot ligt deze week stil. Want woensdag viert Urk zijn jaarlijkse biddag voor de visserij.
De Urkers gaan deze keer met gemengde gevoelens naar de kerk. Want juist woensdag wordt naar verwachting in Straatsburg besloten tot een volledig verbod op de pulsvisserij. Zo’n tachtig Nederlandse Noordzeekotters, waaronder een dertigtal uit Urk, zien dan in één klap een investering tot 300.000 euro per schip in rook opgaan.
Onbegrijpelijk dat dit gebeurt, vindt Van Slooten. „Vergeleken met de boomkor waar we vroeger mee visten, gebruiken we bij het pulsen de helft minder brandstof. We vissen ook nog eens veel selectiever. Dat betekent dat we minder babyvisjes en ongewenst soorten vangen. Die blijven dus in zee.”
Het zijn zaken die Europa en de milieubeweging juist voorstaan: een duurzamere visserij. „Wij voldoen als enige sector al aan de klimaatdoelen, want we stoten de helft minder CO2 uit dan vroeger”, verzekert bemanningslid Wim van Eldik (26).
De andere vissers knikken instemmend, terwijl ze in de kombuis aan een kop koffie zitten. De meesten zijn twintigers, pas getrouwd en hebben een of meer jonge kinderen. Twee jongens zitten nog op school: Jonathan (20), broertje van Auke, en stagiair Cees Bakker (16). Ze willen allebei visserman worden. En niet alleen om de fraaie verdiensten, maar vooral om de vrijheid, het varen, het avontuur.
Van Slooten, waarnemend schipper, begrijpt dat wel. „Vissen is spannend. We zijn bij elke trek weer benieuwd wat er in het net zit.” Hij komt uit een echte vissersfamilie. Hele generaties hebben hun brood verdiend met het vangen van tong en schol op de Noordzee. Het familiebedrijf bezit twee kotters: de in Duitsland geregistreerde NG 12 (NG staat voor Niedersachsen-Greetsiel) en de UK 227. Beide schepen hebben een pulsvergunning.
Het is hard werken als visserman. Als ze naar zee gaan, vertrekken de mannen direct nadat de zondag voorbij is: twaalf uur ’s nachts. Twee uur later varen ze de Harlinger haven uit, om daar pas in de loop van vrijdag terug te komen.
Het gaat goed in de visserij. Een bruto weekloon van 1500 euro is vrij normaal. „Maar daar gaat nog belasting af. En omdat we allemaal kleine zelfstandigen zijn we moeten zelf onze verzekeringen en ons pensioen regelen”, zegt Jan Fokke Meun (26).
De vissers zijn boos op Europa en vooral op de milieuactivisten van het Franse Bloom. Die laatsten hebben in een monsterverbond met kleinschalige Franse en Britse kustvissers de stemming in Brussel doen omslaan. Die vissers zeggen dat ze minder vangen door de activiteiten van de Nederlandse pulsvloot. De Urkers lachen grimmig. „De visserij is altijd onvoorspelbaar. De NOS had vorig jaar een tranentrekkende reportage met zo’n Fransman. Twee weken later trok de tong naar de kust en hebben de Fransen goud verdiend. Maar daar hoor je niemand over.”
Terwijl de jonge vissers aan boord aan het werk zijn, vergaderen de schippers in het Urker gemeentehuis over mogelijke protestacties. Sommige radicale vissers willen vaarwegen blokkeren. De gereformeerd-vrijgemaakte Van Slooten voelt niets voor harde acties. „We kunnen beter een bidstond beleggen. Daar verwacht ik meer van.”