Als uit het niets dook dinsdag in Amsterdam een van Nederlands bekendste misdadigers op. Heinekenontvoerder Frans Meijer, 66 jaar oud, werd door de politie neergeschoten omdat hij een gewapende overval zou willen plegen.
„Cor, ik zal voor je bidden.” Die woorden in een rouwadvertentie in De Telegraaf in 2003 waren bestemd voor de doodgeschoten misdadiger Cor van Hout. Afzender van het overlijdensbericht: Frans Meijer, bloedgabber van Van Hout. Het verhaal over de rouwadvertentie staat opgetekend in het boek ”Op leven en dood” van misdaadjournalist Gerlof Leistra van Elsevier.
Tot veler verrassing werd de 66-jarige Meijer dinsdag in de Amsterdamse Staatsliedenbuurt door een motoragent neergeschoten. Meijer zou samen met een kompaan een gewapende overval hebben willen plegen.
Meijer (alias Stekel) groeide op met Amsterdamse criminelen als Cor van Hout en Willem Holleeder, Nederlands bekendste misdadiger die terechtstaat voor een reeks moorden.
Van Hout en zijn kompanen pleegden veertig jaar geleden gewelddadige overvallen. In 1977 raakten ze verwikkeld in een schietpartij met de politie. Meijer was mogelijk ook betrokken bij een spectaculaire speedbootoverval in 1982 op een toenmalig PTT-kantoor naast het Centraal Station in Amsterdam. Vier als schilders verklede mannen begonnen te schieten toen een postzak met ruim 1,7 miljoen gulden (ongeveer 750.000 euro) werd overgeladen in een geldauto. De overvallers bemachtigden de zak met geld, sprongen in een speedboot en verdwenen over het IJ, beschrijft Leistra in zijn boek.
Berucht is Frans Meijer vooral vanwege zijn betrokkenheid bij de geruchtmakende ontvoering van biermagnaat Freddy Heineken en diens chauffeur Ab Doderer in 1983. De twee ontvoerde mannen zaten wekenlang vastgeketend in een loods in Amsterdam. Meijers taak was de twee slachtoffers van eten en drinken te voorzien.
In 1985 wist Meijer uit het Pieter Baan Centrum te ontsnappen. Hij bleek te zijn uitgeweken naar het Zuid-Amerikaanse Paraguay. Daar wist misdaadverslaggever Peter R. de Vries hem in 1994 op te sporen.
Opmerkelijk is dat Meijer beweerde dat hij overtuigd christen was geworden. In zijn boek ”Een crimineel liegt niet altijd” schrijft De Vries: „Zelfs op het dashboard van zijn auto lag een Bijbel en Meijer beweerde elke dag voor Heineken en Doderer te bidden. Hij zei: „Ik was een zondaar, een heel grote zelfs. Maar ik ben een ander mens geworden. Ik rook niet, ik drink niet. Ik werk hard voor mijn vrouw en kinderen. Het is een wonder, maar God heeft mij, een man die niets waard was, gerepareerd.””
Zie ook:
https://www.digibron.nl/search/detail/012dcea4e1fd181483036948/frans-meijer-i