Balten een eeuw onafhankelijk, of een halve
Stilstaan bij honderd jaar onafhankelijkheid, in de wetenschap dat ze een groot deel van die eeuw allerminst zelfstandig waren. Estland, Letland en Litouwen kwamen aan het eind van de Eerste Wereldoorlog op eigen benen te staan en vragen daar dit jaar uitdrukkelijk aandacht voor.
Ter gelegenheid van het eeuwfeest krijgen ze nogal wat bezoek. Koning Willem-Alexander bezocht de drie Baltische staten half juni. Het Noorse kroonprinselijk paar maakte al eerder een rondje langs de drie hoofdsteden. Ook de Zweedse kroonprinses en haar man doen elk land afzonderlijk aan: ze waren op 16 februari in Litouwen, op 27 april in Letland en op 19 augustus volgt Estland. Paus Franciscus wil in het najaar komen; het eerste pauselijke bezoek in een kwarteeuw.
De landen trekken bij de viering van hun verjaardagen gezamenlijk op. De drie presidenten gingen samen bij de Amerikaanse president Trump op bezoek. En ze tonen alle begrip als buitenlandse staatshoofden hun aandacht tijdens een korte reis over de drie landen verdelen.
Russificatie
Zo rustig als het in de Baltische staten nu vaak is, zo roerig was het verleden. Buitenlandse vorsten zwaaiden er de scepter, en maakten elkaar het gebied afhandig. Rusland veroverde Estland in 1721 op Zweden, dat het gebied precies een eeuw eerder van Polen had afgepakt. De Russen probeerden de Esten te russificeren.
Letland was tot in de 12e eeuw onafhankelijk, en tot die tijd kreeg het christendom er ook geen voet aan de grond. Ook hier werd Rusland heer en meester in 1721, als gevolg van de Grote Noordse Oorlog (1700-1721), toen de Noordelijke Alliantie (Rusland, Denemarken-Noorwegen, Polen-Litouwen en Saksen) met Zweden vocht om de macht in de Oostzee. De Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden streed korte tijd aan Zweedse zijde.
Godsdienst
Anders dan Letland en Estland was het grotere Litouwen ooit een machtig land, dat in de 14e eeuw zelfs tot aan de Zwarte Zee reikte. Vanaf 1569 vormde Litouwen een unie met Polen, tot het land eind 18e eeuw onder Russisch bewind kwam. Twee opstanden tegen die overheersing in de 19e eeuw waren tevergeefs.
Ondanks de toenemende Russische invloed verdwenen de Baltische cultuur en religie niet. De drie staten zijn overigens alleen al in godsdienstig opzicht niet gemakkelijk op één hoop te vegen: Estland was overwegend luthers –nu zijn de meeste inwoners onkerkelijk–, in Letland zijn er 370.000 lutheranen, net iets meer dan de 350.000 rooms-katholieken, en in Litouwen is driekwart van de bevolking rooms.
Los van de Russen
Tijdens de Eerste Wereldoorlog kwamen de drie landen voor korte tijd in handen van Duitsland. Na de oorlog werden ze één voor één onafhankelijk, Letland als laatste. Ze onttrokken zich aan het gezag van Rusland, al was de zelfstandigheid pas enkele jaren later echt een feit en duurde die slechts tot het begin van de Tweede Wereldoorlog. Pas na het uiteenvallen van de Sovjet-Unie op 6 september 1991 waren de drie weer baas in eigen huis. Niet lang daarna werden Estland, Letland en Litouwen lid van de NAVO en de EU.
De Litouwers zagen hun kans schoon na de Russische revolutie: ze verklaarden zich op 16 februari 1918 onafhankelijk. Dat gebeurde in hoofdstad Vilnius. Drieënhalve maand was Litouwen een koninkrijk, met de Duitse hertog Wilhelm von Urach als koning Mindaugas II. Op 2 november 1918 werd de republiek uitgeroepen.
Vilnius, waar Polen en Joden de meerderheid van de bevolking vormden, bleef officieel de hoofdstad, al werd de stad van 1920 tot 1939 door Polen bezet gehouden, zodat de Litouwse regering moest uitwijken naar de stad Kaunas. De Tweede Wereldoorlog maakte een eind aan de kortstondige afhankelijkheid van het land. De vrijheid was er al eerder verdwenen: tot 1927 was Litouwen een parlementaire democratie, daarna was Antanas Smetona er tot 1940 alleenheerser.
Tussen twee vuren
Estland werd acht dagen later dan Litouwen onafhankelijk. Officieel althans; de proclamatie door drie leiders op 24 februari 1918 had net voor de komst van het Duitse leger plaats, dat het driemanschap prompt gevangenzette. Onafhankelijkheid was niet wat Duitsland met de drie Baltische provincies voorhad die het bij de Vrede van Brest-Litovsk van de Sovjet-Unie had gekregen: die moesten worden samengevoegd tot een Baltisch hertogdom dat nauw aan het Duitse Rijk verbonden zou zijn. Door de Duitse capitulatie kwam er van deze plannen niets terecht.
Vervolgens kwam het gevaar van de andere kant: Russische troepen rukten het land binnen. Zeer gemotiveerde, maar slecht bewapende Esten wisten met hulp van Finse en Baltisch-Duitse vrijwilligers de communistische opmars op miraculeuze wijze tot staan te brengen. In februari 1919 waren de bolsjewieken uit Estland en het noorden van Letland verdreven. Drie maanden later was er een veldslag nodig om te voorkomen dat het gebied weer onder Duits gezag kwam. Rusland probeerde het ook nog een paar keer voordat het in februari 1920 bereid was –bij de Vrede van Tartu– de onafhankelijkheid van Estland te erkennen. Voor altijd, zeiden de Russen, maar dat negeerden ze na de Tweede Wereldoorlog.
Geallieerden
De republiek Letland werd op 18 november 1918 uitgeroepen. Ook hier werd nog veel gevochten toen de Eerste Wereldoorlog officieel al voorbij was. Het kostte duizenden inwoners het leven. De geallieerden dwongen Duitsland te vertrekken en Polen hielp de Russen te verdrijven. Vervolgens moesten Letland en Estland in november 1919, met hulp van de Britse marine, een vrijkorps van –nota bene– Duitsers én Russen op de loop jagen.
De Letse onafhankelijkheidsoorlog kwam formeel tot een einde op 11 augustus 1920. Bij de Vrede van Riga erkende de Sovjet-Rusland Letland als een onafhankelijke staat. Ook hier: voor altijd. Ook hier: zolang als het duurde.
Waakzaam
De Tweede Wereldoorlog beëindigde de zelfstandigheid van het Balticum, de drie staten op de oostkust van de Oostzee en de Bocht van Gdansk. Sovjetleider Stalin maakte ze deel van zijn USSR, totdat dat rijk in 1991 uiteenviel.
Vertrouwen doen de Balten de Russen maar half, vandaar dat er NAVO-troepen zijn gestationeerd. Koning Willem-Alexander bezocht in mei de Nederlanders die in Litouwen op missie zijn. „Fantastisch wat u hier doet”, zei hij daarbij tegen de 250 soldaten op het terrein van trainingskazerne IJzeren Wolf Brigade. „Uw inzet wordt zeer gewaardeerd, dat horen we hier steeds weer, ook in Estland en Letland.”