Het heet een akkoord. Maar de vraag is of de immigratiedeal die EU-leiders in de nacht naar vrijdag sloten die naam wel mag hebben. Er zijn immers geen concrete afspraken gemaakt. Het enige voordeel is dat er voorlopig politieke rust is gekocht.
Zondag moest een ingelaste minitop in Brussel de weg plaveien voor het échte werk dat donderdag en vrijdag in de Belgische hoofdstad door de EU-leiders rond het slepende immigratiedossier moest worden verricht.
Toen was al vrij snel duidelijk dat een allesomvattende deal over het vluchtelingenvraagstuk er niet in zat. Daarvoor is Europa op dit moment te veel verdeeld. Er werden weliswaar mooie woorden gesproken, de noodzaak van een gezamenlijke aanpak werd erkend. Maar verder dan een oud plan van EU-president Tusk van stal te halen kwam men niet.
Dat plan voorzag in de vestiging van opvangcentra in landen in Noord-Afrika. Vanaf de kust van landen als Libië, Tunesië en Egypte wagen de meeste migranten de oversteek over de Middellandse Zee. In die centra zou moeten worden vastgesteld wie wel of niet rechtmatig voor een asielprocedure in de EU in aanmerking komen.
Die voorstellen stuiten al lange- re tijd op verzet van Oost-Europe- se landen, die consequent weigeren immigranten op te nemen, ook niet in het kader van een her- verdelingsregeling om landen in Zuid-Europa te ontlasten.
Donderdagnacht is in Brussel besloten de opvangcentra vooralsnog in Zuid-Europa te vestigen. Waar dat precies moet gebeuren, blijft nog in het midden. Voor de hand ligt dat landen als Italië, Griekenland en Spanje daarin een belangrijke rol zullen spelen.
Die landen hebben echter de afgelopen jaren al veel te stellen gehad met de opvang van vluchtelingen en zijn er bepaald niet happig op die situatie te laten voortduren.
Totaal geen interesse
Tegelijkertijd hebben landen in Noord-Afrika totaal geen interesse getoond om een rol van betekenis te spelen als voorpost om de migratiestroom richting Europa in te dammen. Ook de EU-geldstromen die in het vooruitzicht zijn gesteld, kunnen deze staten vooralsnog niet bekoren. Zij zijn bang dat gesloten opvangcentra zullen leiden tot min of meer permanente wooncentra aan hun kusten, met alle overlast van dien.
Intussen lijken met het akkoord van donderdagnacht de politieke crises in Duitsland en Italië even bezworen. Zowel in Rome als in Berlijn dreigde een breuk in de coalitie over de aanpak van het asielprobleem. De Duitse CSU is het niet eens met de in haar ogen softe aanpak van de immigratiekwestie door Merkel en haar CDU. Italië is het beu om het leeuwendeel van de vluchtelingen op te vangen.
Er is een akkoord, voor wat het waard is. Premier Rutte waarschuwde echter al dat de „problemen nog lang niet zijn opgelost.”