Tussen de Christelijke Gereformeerde Kerken, Gereformeerde Kerken vrijgemaakt en Nederlands Gereformeerde Kerken is onderling nooit serieus gesproken over hun houding ten opzichte van Israël, aldus dr. Bart Wallet.
„Heb je het al gehoord, dominee?” vroeg de ouderling aan ds. J. H. Velema, in de haven van Spakenburg. De christelijke gereformeerde predikant zou zich het moment, op vrijdag 14 mei 1948, altijd blijven herinneren. Zijn „pilaarouderling” was net teruggekeerd met zijn schip en vroeg hem of hij het grote nieuws al had gehoord. Ds. Velema hield zich wat op de vlakte. „Wel, dat de staat Israël is gesticht! We horen er zondag zeker wel meer over, maar lees er Brakel maar op na!”
Historicus Bart Wallet haalde het voorval woensdag aan in zijn lezing op de studiedag ”Israël en de kerk: visie en perspectief” in Apeldoorn. De bijeenkomst was georganiseerd door de onderzoeksgroep BEST van de theologische universiteiten in Apeldoorn en Kampen, het Centrum voor Israëlstudies (CIS) in Ede, de vrijgemaakt-gereformeerde organisatie Yachad, predikanten uit de Nederlands Gereformeerde Kerken en de Jules Isaac Stichting. Donderdag en vrijdag heeft in Kampen een academische conferentie plaats rond dezelfde thematiek.
Binnenkerkelijk
Wat dunkt u van Israël? Over die vraag wordt binnen de Christelijke Gereformeerde Kerken (CGK), Gereformeerde Kerken vrijgemaakt (GKV) en Nederlands Gereformeerde Kerken (NGK) zeer divers gedacht, zette Wallet uiteen. Opvallend is ook dat het debat erover overwegend „binnenkerkelijk” wordt gevoerd – terwijl de drie kerken over heel wat andere onderwerpen wel samen nadachten.
De historicus zoekt de oorzaak vooral in het verschil in „blikrichting.” Oriënteerden de CGK –met al decennialang een Israëldeputaatschap– zich met name op de Hervormde Kerk, nu de Protestantse Kerk in Nederland; de GKV en NGK keken naar de Gereformeerde Kerken, waar de Joods-christelijke dialoog een „thema uit de vrijzinnigheid” was. Nog altijd kennen de GKV en NGK geen deputaatschap voor Israël, al spraken beide kerken niet zo lang geleden wel uit dat zij de verbondenheid met Israël meer gestalte willen gaan geven.
Wat Wallet betreft, wordt het gesprek hierover de komende tijd meer gevoerd. „Waarbij de route wellicht kan lopen via de hervormde theologen Berkhof en Miskotte.”
Volstrekt niet!
In het vervolg van de studiedag werden al de nodige aanzetten tot zo’n gezamenlijk gesprek gegeven. Ds. Jacco Overeem, voorzitter van het CIS en zelf hervormd, benadrukte in zijn referaat dat Israël „van blijvende betekenis is voor ons. Hoe is het mogelijk dat er zo lang over de stellige uitspraak van Paulus heen is gelezen? Heeft God Zijn volk verstoten? vraagt hij in Romeinen 11. Nee. Volstrekt niet!”
De vrijgemaakte theoloog dr. Hans Burger deed verslag van zijn „ontdekkingstocht” rond Israël – waarvoor binnen de GKV „weinig tot geen aandacht” was. In lijn met theologen als N. T. Wright en A. van de Beek kiest hij op dit moment voor het „vervullingsmodel.” In dit model loopt de weg tot God voor zowel Joden als heidenen via Yeshua, Jezus, Die niet kwam om de wet en profeten te ontbinden, maar om die te vervullen.
„In evangelische kring hoor ik wel dat de vervullingstheologie een vorm is van de vervangingstheologie”, bracht de Nederlands gereformeerde predikant Robert Doornenbal hier tijdens de discussie tegenin. De vervangingstheologie, de leer dat de kerk in plaats van Israël is gekomen, wordt aangehangen door iemand als ds. H. de Jong (NGK). Dr. Burger: „Het waarheidselement van Henk de Jong en Wright zit ’m denk ik hierin dat alles via de Messias verloopt, en alleen in Hem het heil te vinden is. Als je dat vervangingstheologie noemt, kom je dan toch niet uit bij een tweewegenleer?”
Tegelijkertijd bepleit dr. Burger „openheid voor het geheim van Gods wijsheid” ten aanzien van Israël. „Paulus prikkelt in Romeinen 9 tot 11 toch tot hoop op een grote toekomst voor Israël als het gaat om het geloof in hun eigen Messias.”
Israëlpredikant zou „goed zijn voor pr Israël”
De Christelijke Gereformeerde Kerken (CGK) kennen al jaren een Israëlpredikant dan wel -consulent. De eerste predikant die, in 1960, in Jeruzalem ging wonen, was ds. Maas Boertien, aldus dr. Bart Wallet woensdagmiddag. Wallet onderzocht in „Israëlische bronnen” hoe Israël hier nu tegenaankeek. „Sterk werd er gekeken naar de motivatie. Was het om zieltjes te winnen? Dan zou het feest niet doorgaan. Maar al snel vond Israël het juist goed dat Boertien kwam: hij zou veel kunnen gaan betekenen voor de pr van Israël in zijn achterban. En dat gebeurde vervolgens ook...”
De laatste Israëlconsulent vanuit de CGK was ds. Aart Brons, die werd uitgezonden namens het Centrum voor Israëlstudies (CIS). Hij sprak woensdag over zijn „ontmoetingen” in Israël. Deze maand werd Albert Groothedde, lid van de hervormde gemeente in Kampen, als zijn opvolger uitgezonden.