Ze zijn nog altijd eerder uitzondering dan regel: twintigers en dertigers op een verkiesbare plek van de kandidatenlijst voor de gemeenteraad. Toch doen juist partijen als ChristenUnie en SGP er verstandig aan jongeren op een hoge plaats te zetten. „Een goed verhaal van een jongere heeft een hogere attentiewaarde.”
Jonge kandidaat belangrijk voor christelijke partij
De balans is compleet zoek, schreven toenmalig SGP-jongerenvoorzitter Jacques Rozendaal en zijn compagnon Jan Mark ten Hove vijf jaar geleden nog in een open brief aan partijgenoten in het Reformatorisch Dagblad. Relatief veel SGP-raadsleden waren tussen de veertig en de zeventig; twintigers en dertigers waren minimaal vertegenwoordigd. En dat terwijl juist die groep betrokkenheid van andere jongeren bij de politiek kan stimuleren en kan zorgen voor meer zichtbaarheid op sociale media, betoogden de SGP’ers. Jongeren zijn initiatiefrijk, gemotiveerd en hebben frisse ideeën. Hun oproep: laat een derde van de kieslijst uit twintigers bestaan.
De brief was niet aan dovemansoren gericht, zegt Rozendaal terugblikkend. „Ik volg diverse Facebookpagina’s van SGP-afdelingen om inspiratie op te doen voor de campagne. Daar zie je veel jonge gezichten langskomen”, vertelt de 34-jarige Gouwenaar, zelf lijsttrekker van de SGP in zijn woonplaats.
Zo staat de 17-jarige Tom de Nooijer uit Oldebroek, zelf te jong om naar de stembus te gaan, hoog op de SGP-lijst. Paula Schot (24) is bij de SGP niet alleen uniek als vrouwelijke lijsttrekker: niet eerder had de SGP een twintiger als aanvoerder van de kandidatenlijst. Jonge kandidaten in Goes, Goeree-Overflakkee, Reimerswaal, Nunspeet, Tholen, Urk en Zuidplas kunnen –als hun partij geen verlies lijdt– rekenen op een raadszetel. Een grote SGP-fractie als Staphorst heeft geen twintiger op een verkiesbare plek.
Veertigplussers
Diverse mensen uit Rozendaals SGP-jongerentijd waren de afgelopen vier jaar al actief in de gemeenteraad. Zijn voorganger Jan Kloosterman is raadslid in Apeldoorn, Geert Schipaanboord ging aan de slag in Leiderdorp en Wouter van den Berg in Houten. Net als Rozendaal zijn die laatste twee bij de komende verkiezingen lijsttrekker.
Cijfermatig gezien valt de verjonging bij de SGP mee. In vijf jaar tijd is het aantal twintigers en dertigers in de raad licht gegroeid: van 21 naar 23 procent. Vooral dankzij de aanwas van 30-plussers. Van de 304 SGP-raadsleden en -wethouders waren er in 2013 maar 8 jonger dan dertig. Na de gemeenteraadsverkiezingen in 2014 vielen er maar liefst 27 in die categorie. De gemiddelde leeftijd van SGP-raadsleden daalde tussen 2010 en 2014 met bijna een jaar: van 47,8 naar 46,9. Overigens heeft de oudste partij van Nederland daarmee wel gemiddeld de jongste raadsleden. Maar al met al is nog altijd meer dan driekwart van de lokale SGP-politici veertig plus.
Kansen voor talentvolle jeugd
Bij de ChristenUnie staan 350 mensen onder de 30 jaar op de kieslijsten, vertelt Jarin van der Zande (25), landelijk voorzitter van CU-jongerenorganisatie PerspectieF en raadslid in Apeldoorn. „Niet alleen in dorpen waar moeilijk mensen te vinden zijn, zodat een bestuur maar voor jongeren kiest. Juist ook in grote steden waar genoeg kandidaten te vinden zijn – Don Ceder in Amsterdam, Maarten van Ooijen in Utrecht, Christel Monrooij in Rotterdam”, somt hij op. Ook in Apeldoorn, Zwolle, Amstelveen, Gouda, Delft, Leeuwarden en Leiden staan twintigers hoog op de lijst.
PerspectieF heeft zich ook hard gemaakt voor verjonging, zegt Van der Zande. Twee jaar geleden namen CU’ers een voorstel van de jongerenclub over om de leeftijdsgrens voor het lidmaatschap van de partij te verlagen van 18 naar 14 jaar. Reden: veel talentvolle jongeren zijn op het moment dat de kieslijst vastgesteld wordt tussen de 14 en 17 jaar. Hoewel ze in de raadsperiode de volwassen leeftijd bereiken, konden ze in de oude situatie geen plek op de kandidatenlijst krijgen.
„Niet dat er problemen waren met 14-jarigen die de raad in wilden”, licht Van der Zande toe. „Het was een signaal om jonge mensen te trainen en te betrekken bij het fractiewerk, zodat je ze later kunt kandideren voor een raadszetel.” PerspectieF zelf verzorgt politieke cursussen en leiderschapstrainingen.
Kentering
In 2016 was slechts 7 procent van de CU’ers in de raad jonger dan 30. De gemiddelde leeftijd van raadsleden –49,9 jaar in 2014– veranderde nauwelijks aan het begin van een raadsperiode. „In sommige gemeenten, zoals nu in Vianen, is het lastig om mensen te vinden”, legt Van der Zande uit. „Jongeren gaan studeren en trekken weg, en daarom blijven veel ouderen zich inzetten voor het gemeentelijk bestuur. Dat houdt de gemiddelde leeftijd hoog.”
Toch ziet hij een kentering. „Ik heb de indruk dat er in 2014 minder jongerenkandidaten waren dan nu.” Wat meespeelt is dat raadsleden, net als bij andere partijen, minder termijnen aanblijven. „Daar kun je blij mee zijn of niet, het zorgt er wel voor dat jongeren eerder de kans krijgen om in te voegen.”
Rozendaals pleidooi voor meer twintigers ondersteunt Van der Zande van harte. „Het gaat me te ver om quota op te leggen. Een kleine steek onder water: bij de CU hebben we die quota niet nodig.”
Een selectiecommissie moet –behalve met leeftijd– ook rekening houden met diversiteit aan kerkelijke stromingen, woonplaats, man-vrouwverhouding en etnische achtergronden. Ondoenlijk? Absoluut niet, reageert Van der Zande. „Je bent er als bestuur en politieke partij om je inwoners te vertegenwoordigen. Het streven om een afspiegeling te hebben van de samenleving, moet er altijd zijn.”
Volgens Van der Zande is het vandaag de dag aantrekkelijker voor jongeren om de politiek in te gaan dan twintig jaar geleden. „Jongeren mengen zich meer in het debat. Sociale media zorgen ervoor dat je makkelijker je mening kunt uiten. Kijk alleen al op Facebook hoeveel mensen iets te zeggen hebben over hoe het openbaar vervoer is geregeld of over scholen. Jongeren hebben net zo goed ideeën over hoe de stad bestuurd zou moeten worden.”
Zelfde scholen en kerken
Tot 1963 konden twintigers de raad niet in: de minimumleeftijd om verkozen te worden lag op dertig jaar. Een grondwetswijziging stelde het passief kiesrecht open voor mensen boven de 25; in 1971 werd de grens verlaagd naar 21 jaar. Pas sinds 1983 mogen alle meerderjarigen de raad in. Maar hoe belangrijk is het eigenlijk om twintigers op de lijst te hebben? En zorgt een jonge kandidaat voor meer betrokkenheid van leeftijdsgenoten bij de politiek?
Dat laatste kan inderdaad het geval zijn als jongeren iemand kennen die op de lijst staat, zegt journalist Chris Aalberts, die promoveerde op de relatie tussen jongeren en politiek. „Het probleem is dat de gemiddelde gemeente dermate groot is dat de kans uitermate klein is dat jongeren een kandidaat kennen. Zeker als je het hebt over gemeenten zoals Nederland die tegenwoordig wil, met zo’n 100.000 inwoners.”
Voor een partij als de SGP is het daarom volgens Aalberts wél interessant om twintigers op een verkiesbare plek te zetten. Anders dan bij andere partijen komen jonge SGP’ers potentiële stemmers tegen in de kerk, op dezelfde scholen en bij dezelfde christelijke clubs. „In de wereld waar ik vandaan kom, heb je dat niet. Op mijn middelbare school in Den Helder zaten PvdA, VVD en D66 door elkaar.” Juist omdat christelijke jongeren veel leeftijdsgenoten ontmoeten die hetzelfde denken, vindt de onderzoeker het „zeer verstandig” dat SGP en CU met jongerenkandidaten komen.
Jasjes, dasjes en dure taal
Een van de redenen waarom jongeren politiek niet interessant vinden, is dat politici er oud, saai en formeel uitzien. Dat probleem is niet per se de wereld uit met een jonge kandidaat, benadrukt Aalberts. „Omdat dat net zo goed mensen kunnen zijn met jasjes, dasjes en duur taalgebruik.”
De stelling dat GroenLinksleider Klaver populair is onder jongeren omdát hij nog maar 31 is, onderschrijft Aalberts niet. „Natuurlijk is het knap dat hij duizend jongeren in een zaal krijgt. Maar jongeren die niks met GroenLinks hebben, spreekt Klaver niet aan. Nee: jongeren met linkse standpunten die duurzaamheid belangrijk vinden, díé komen uit bij hem. Jongeren raken altijd betrokken vanwege de inhoud.”
Kortom: jonge kiezers raken niet betrokken puur om het feit dat een jongere actief is voor een partij. Jongeren zijn niet gek, waarschuwt Aalberts: ze weten dat het om de inhoud gaat. „Huisvesting is ongeveer het enige thema bij de gemeenteraadsverkiezingen dat hen interesseert. Een goed verhaal van een jongere heeft een hogere attentiewaarde. Het valt meer op. Maar leeftijdsgenoten haken even hard af als een twintiger een verhaal begint over een gemeenschappelijke regeling of gemeentelijke fusie.”
„De standpunten van de SGP komen nogal antiek over bij mij”, gaat hij verder. „Ook daarom is het belangrijk dat de partij jonge kiezers bedient. En dat is moeilijk als je niets doet met jongeren op de lijst. Zorg dat het geen oudemannenclub is.”
Ervaring en jong bloed
Op zijn aanbeveling om een derde van de lijst te vullen met twintigers, komt Rozendaal vijf jaar later enigszins terug. „Het is goed om idealistisch te zijn, maar het raadswerk is heel intensief, zeker als je een jong gezin hebt”, erkent de SGP’er, zelf vader van vier kinderen. „Als raadslid moet je van zo veel verschillende thema’s kaas hebben gegeten. Het is best pittig om alle dossiers te overzien.” Een derde van de kandidatenlijst gevuld met twintigers én dertigers zou volgens de SGP’er een goed streven zijn. „Ik pleit voor een combinatie van ervaring en jong bloed.”
Op de lijst die hij zelf in Gouda aanvoert staan in de top tien in ieder geval vier mannen die aan dat criterium voldoen. „Van jonge mensen kun je lang plezier hebben. Houd jezelf als raadslid voor na een aantal periodes weer te stoppen. Vanuit de landelijke partij zou een maximum van vier periodes als richtlijn –geen verplichting– mogen gelden.” Geschikte jongeren vinden moet geen probleem zijn, denkt Rozendaal. „De SGP heeft een gigantisch groot ledenaantal ten opzichte van het aantal stemmers.” De jongerenafdeling is bovendien de grootste van Nederland.
Net als Aalberts wijst hij op het belang voor de SGP om uit te stralen dat jonge mensen actief willen zijn voor de partij. Onder studenten op het Hoornbeeck College, waar hij werkt, merkt Rozendaal veel enthousiasme voor de SGP. „Jongeren weten zich aangesproken door de manier waarop met name de landelijke partijtop functioneert. Ze voelen zich door hen vertegenwoordigd.”
Bij de lokale politiek ligt dat wat anders: de opkomst bij gemeenteraadsverkiezingen is vaak laag, zeker onder jongere kiezers. „De raad gaat niet over abortus en euthanasie, maar over rioleringsplannen. Vergeet niet: daar betalen we met elkaar belasting voor.”
Rozendaal raadt lokale partijbesturen aan om jongeren aan te spreken met een thema als huisvesting en principiële kwesties als zondagsrust, coffeeshops en bordelen.
Jongeren opzoeken
Maak het jongeren niet te moeilijk, adviseert CU’er Van der Zande. „Soms hoor ik van besturen dat het niet lukt om jonge kandidaten te vinden. Als ik dan vraag wat ze daaraan hebben gedaan, is het antwoord: „Een avond georganiseerd over jongeren en politiek. Niemand kwam erop af.” Dat is nou exact de reden waarom je geen jongeren kunt vinden, leg ik dan uit. We hebben het idee dat jongeren op ons afkomen, terwijl wij naar hen toe moeten gaan.”
Fracties moeten laten zien waarom ze relevant zijn voor jongeren, gaat hij verder „Onlangs waren middelbare scholieren op bezoek in de raadszaal van Apeldoorn om kennis te maken met de politiek. Een collega-raadslid vertelde wat zijn partij allemaal voor jongeren ging doen. Ik heb het anders aangepakt. „Wat vinden jullie?” vroeg ik. Toen ontstond er een gesprek. Binnen niet al te lange tijd probeer ik terug te koppelen wat ik met hun input ga doen. Zo geef je jongeren het gevoel dat ze gehoord worden.”
Puur strategie?
De verlaagde leeftijdsgrens, op initiatief van PerspectieF, lijkt zijn eerste vruchten af te werpen. Zo pronkt de ChristenUnie in Reimerswaal met een 16-jarige op de lijst: Joël Boone uit Yerseke, leerling van het Calvijn College. Veenendaal kandideerde twee scholieren van het Ichthus College op hun zeventiende. Ook de fractie in Leusden heeft een potentiële politicus van 17, en Dagmar Doorn –op de lijst in Huizen– heeft zelfs de eer om op de dag van haar achttiende verjaardag voor het eerst te mogen stemmen.
Op een verkiesbare plek staan deze minderjarigen allemaal niet. Is hun kandidering dan een puur strategische zet die jonge kiezers moet trekken?
Ooit was er een meisje van 17. Ze kreeg een lage plek op de lijst. Toch wist ze 550 voorkeursstemmen te veroveren. Omdat ze nog niet meerderjarig was, kon ze die niet meteen verzilveren met een raadszetel. Na haar achttiende verjaardag was ze dertien jaar actief in de gemeenteraad. Dat meisje heette Lilian Marijnissen en zit nu in de Tweede Kamer als fractieleider van de SP.
Dit is het slot van een tweeluik over jonge raadsleden.
De tip van Jacques Rozendaal (SGP)
Welke tip voor jonge nieuwkomers heeft Jacques Rozendaal (34) na vier jaar ervaring in de raad? „Stel prioriteiten en wees onderscheidend. Vragen stellen over de uitvoering van beleid doet iedereen. Probeer een aansprekend thema heel praktisch te maken. In Gouda hebben we bijvoorbeeld bedacht om bij elke vijftigste geboorte in de gemeente een boom te planten. Jonge ouders kunnen ook een boom adopteren bij de geboorte van hun kind. Met het idee om vergroening te stimuleren.” De gemeenteraad nam het SGP-voorstel over. „Over een aantal jaar kunnen we zeggen: Dit bos staat er dankzij de SGP.”
De tip van Jarin van der Zande (CU)
Jarin van der Zande (25) studeert nog, is voorzitter van PerspectieF én sinds november raadslid in Apeldoorn. „Ik heb nog maar een paar maanden ervaring als raadslid, maar was daarvoor al fractievertegenwoordiger. Het enige verschil met nu is dat ik toen niet mocht stemmen. Vanuit mijn ervaring in de gemeentepolitiek is mijn advies aan jonge raadsleden: vind een onderwerp waar je een soort heilige verontwaardiging over hebt. Ga alsjeblieft niet alles tegelijk doen. Dan verzuip je in je eigen tijd en energie. Zoek één of twee onderwerpen waar je je helemaal voor wilt geven.”