Ds. D. Heemskerk, preses van de HNHK
Het doel was om drie kerken te verenigen. Uiteindelijk bleven het er drie. Het is de trieste balans van het Samen op Weg-proces. In een serie van drie artikelen komen achtereenvolgens de synodevoorzitters van de PKN, de HNHK en de VGKN aan het woord.
Wie is ds. Heemskerk?
„Ik ben 52 jaar en kom oorspronkelijk uit Katwijk aan Zee. Inmiddels ben ik 21 jaar predikant. Achtereenvolgens heb ik de gemeenten van Maartensdijk, Ouddorp en Nieuwleusen gediend. Sinds 1997 ben ik verbonden aan de gemeente van Garderen. Mijn vrouw en ik hebben elf kinderen. Naast mijn werk als predikant zit ik in het hoofdbestuur van de SGP en ben ik als lid van het dagelijks bestuur betrokken bij Stichting Adullam.”
Hoe kijkt u aan tegen de gebeurtenissen van de achterliggende maanden en wat hebben de ontwikkelingen persoonlijk met u gedaan?
„Ik ben diep geschokt. Altijd heb ik me zeer sterk verbonden gevoeld met de Hervormde Kerk. Ik zou bijna zeggen: dat zit in je genen. Tot het einde ben ik blijven hopen dat het niet zou gaan zoals het nu gegaan is. Ik heb het fusie-federatiemodel verdedigd, ook in de classis. Daarmee hadden we kunnen leven. Maar de grondslag van de PKN aanvaarden, dat kunnen we niet. Dat is een gewetenszaak. Geschokt ben ik ook door wat er na 1 mei gebeurd is. Dat je de kerk wordt uitgezet. Dat je in gymnastieklokalen en timmerschuren bijeen moet komen. Het lijken de tijden van de Afscheiding wel. Dat dit kan in de 21e eeuw. Hoe is het mogelijk dat een synodebestuur, dat zo tolerant is, zo hard optreedt tegen een groep mensen die niet anders wil dan blijven die ze waren. Ik zie de Hervormde Kerk als een planting Gods. In zijn oorsprong. Toen uiteindelijk deze Hervormde Kerk werd opgeheven, was dat voor mij een grote schok. Moeten we hier straks ook deze Oude Kerk in Garderen nog opgeven terwijl de hele gemeente achter de kerkenraad staat? Nee, ik weet dat het kerkgebouw niet heilig is, maar het is wel geheiligd. Dat gaat diep. Met elke vezel die in me is zal ik, zolang dat me gegeven is, strijden voor het behoud van dat gebouw voor de gemeente.
Maar dat is niet het enige. Ik ben ook verwonderd. Verwonderd dat er op 2 mei nog geen ruit is ingegooid. Dat is niet naar onze natuur, hoor, om eronder te kunnen komen als je je kerk wordt uitgezet.”
Hoe hebt u uw verkiezing tot preses van de synode ervaren?
„Overrompelend. Toen ik ’s morgens naar de classicale vergadering ging, wist ik nog niet dat ik afgevaardigde zou worden naar de synode en nu kwam deze verkiezing ineens op mijn weg. Ik ervaar het als bijzonder dat ik dit werk doen mag voor de kerk. Evenals ik het als een wonder zie dat de onderlinge verhoudingen in onze synode zo goed zijn. Dat je een diepe band voelt met mensen met wie je eerst bijna geen contact had.”
Hoe heeft het zover kunnen komen dat de 21e eeuw toch weer een kerkscheuring heeft gebracht?
„Dat heeft alles te maken met de grondslag. Noch in de Schrift, noch in de kerkgeschiedenis is er ooit sprake geweest van een kerk die zichzelf opheft. Kijk, we moeten natuurlijk eerlijk zijn. Onzuiverheid in de leer is er altijd geweest. Daarom zijn we ook niet achtergebleven. Onzuiverheid blijft er zelfs in het leven van een begenadigde. Als Petrus zegt: „Gij zijt de Christus, de Zoon van de Levende God”, dan is het maar even erna dat de Heere Jezus hem satanas noemt. Maar daarmee blijft die belijdenis die hij eerder uitsprak nog wel zuiver. We zijn achtergebleven omdat in de PKN de grondslag onzuiver is geworden. De synode van de Hervormde Kerk heeft geen respect gehad voor het feit dat die grondslag voor ons onopgeefbaar was. Ze zeggen wel dat ze tot het uiterste zijn gegaan, maar dan zeg ik: Ja, tot het uiterste van de rand van de PKN. We moesten die kerkorde aanvaarden. Maar dat konden we niet en dat kunnen we niet. Ik ben door de hele gang van zaken steeds dieper gaan beseffen dat we in de achterliggende jaren gezamenlijk te nalatig zijn geweest. Als de grondslag maar goed was en we ons eigen kerkelijke leven maar konden houden, dan was het wel goed. Dat er dan leervrijheid in de kerk was, ach, daar begonnen we aan te wennen. Daarom was voor veel mensen de stap naar de PKN ook niet zo groot. Maar nu is wat we altijd gedoogd hebben een recht geworden en wat vroeger de zuivere grondslag was, wordt in de PKN gedoogd. Dat kan ik in mijn geweten en voor Gods aangezicht niet aanvaarden.”
Hoe is het contact met uw collega’s ds. Heetderks en ds. Bijleveld?
„We hebben nog niet zolang geleden samen een radio-interview gehad, ds. Heetderks en ik. Ds. Heetderks zei toen dat hij de zaken liever rond de tafel zou willen uitpraten dan voor de rechter. Dat vinden wij ook. Voor alle duidelijkheid: wat voor ons onopgeefbaar was, blijft onopgeefbaar. Maar verder zou het goed zijn als we tot regelingen konden komen. Ik vind het eerlijk gezegd triest voor ds. Heetderks dat hij nu de keiharde lijn die uitgezet is door de hervormde synode, moet gaan uitvoeren. Ja, dat vind ik triest. Het moet voor hem, afkomstig uit de Doleantie, niet makkelijk zijn dat te doen wat ooit zijn voorouders is aangedaan door de Hervormde Kerk. Wat ds. Bijleveld betreft: we respecteren elkaar. Het heeft me getroffen dat in een overleg ook hij duidelijk stelde dat zijn hoofdbezwaar tegen de Protestantse Kerk de pluraliteit is.”
Ziet u mogelijkheden dat de breuk weer geheeld zou kunnen worden?
„Nee, die zie ik eigenlijk niet. In ieder geval is heel duidelijk dat wij nooit overgaan naar de PKN. Het is voor de synode van de PKN onaanvaardbaar dat wij zeggen dat voor ons de grondslag van de PKN onaanvaardbaar is. Als ik dan daarbij zie hoe de commissie van bijzondere zorg op dit moment bezig is, dan kan ik alleen maar zeggen dat ik het diep triest vind. Zelfs als gemeenten onderling tot overeenstemming kunnen komen en tot afspraken komen om de kerkgebouwen te delen tussen hen die in de PKN willen blijven en de bezwaarden, dan wordt dat door die commissie teruggedraaid. Dat is toch wat? Er is al zo veel kapotgemaakt op het plaatselijke vlak, zo veel irritatie en wrevel onderling, dat komt niet meer goed. Al blijven wij openstaan voor overleg en het treffen van regelingen.”
Uw grootste wens als preses van de synode van de Hersteld Nederlandse Hervormde Kerk?
„Dat de Heere Zijn genadewerk zal kunnen doen. Niet alleen verbreding, maar ook verdieping. Dat er niet kerkstrijd zal zijn, maar Kerkstrijd. Met een hoofdletter. Ik hoorde ooit van een bekeerde vrouw die zei: „Wie strijdt voor een kerk, heeft zijn hele leven werk. Maar wie treurt om zijn zonden, die heeft een goede zaak gevonden.”