Weerbarstige Urkers moeten aan nieuwigheden geloven
Laat, heel laat, pas in 1628, komt op Urk de Reformatie tot stand. De paar honderd weerbarstige rooms-katholieke eilanders moeten eraan geloven. Maar Urk zou toch ook Urk niet zijn als het protestantisme zich niet heel diep zou wortelen in die rots in de voormalige Zuiderzee.

Wat gaat er aan de vestiging van de gemeente op Urk vooraf?
Urk is rond 1600 het eigendom van de Utrechtse familie Zoudenbalch. Die is rooms; de eilandbewoners zijn het eveneens. Het blijkt uit meerdere gebruiken, onder andere uit een gewoonte die op kerstavond wordt waargenomen. Dan doen de mensen boete, „zelfs in de sneeuw en bittere koude van vorst”, door blootshoofds en barrevoets enige tijd in de door kaarsen verlichte kerk door te brengen. ”Paapse stoutigheden” zijn het, maar Urk hecht eraan. En dat verandert niet als het eiland in 1616 voor 10.000 gulden verkocht wordt aan een zekere Johan van de Werve, ook al een trouw zoon van de moederkerk.
Hoe krijgt de Reformatie op Urk gestalte?
Eindelijk, na de Dordtse synode van 1618-1619, stellen de classis Enkhuizen en de synode van Overijssel pogingen in het werk om Urk te reformeren. Eigenaar Van de Werve geeft zich echter niet zomaar gewonnen. Pas rond 1624 zwicht hij ten slotte, als de Staten-Generaal zich ermee gaan bemoeien. Zij het dat hij niet helemaal overstag gaat, want hij weigert pertinent om het traktement van een aan te stellen predikant voor zijn rekening te nemen. Dat zorgt dan weer voor vertraging, maar eindelijk, in 1628, is het toch zover. Op 15 oktober 1628 wordt de eerste predikant van Urk bevestigd en deze dag wordt tegelijk beschouwd als het begin van de Reformatie daar.
Hoe groot is de gemeente in die beginjaren?
De gereformeerde kerk op Urk is klein in die beginjaren. Het rooms-katholicisme heeft zich diep geworteld in de rots, die het eiland Urk dan nog is. Daarbij, het moet gezegd worden: het karakter van de Urker bevolking schikt zich niet gemakkelijk in wat ze als nieuwigheden beschouwt en het gereformeerd protestantisme is in haar ogen zo’n nieuwigheid.
Er ontstaat een taai en bitter verzet; diensten worden verzuimd, oogluikend wordt door de plaatselijke overheid toegelaten dat pastoors en monniken hun werk doen. Toch komt de gemeente, zij het heel moeizaam, enigszins van de grond. Zelfs komen er lidmaten; het zijn er 6 of 7, en dat is niet veel op een bevolking van zo’n 300 zielen. Deze getallen gelden tot de jaren 1636-1637. Dan breekt de pest uit op Urk: 147 personen sterven, de gemeente wordt nog kleiner. Maar blijft wel bestaan.
Wie is de eerste predikant?
Petrus Salebien, een schoolmeester uit Castricum, voelt zich geroepen tot het predikambt. Hij meldt zich, voert gesprekken, legt examens af en wordt op grond van artikel 8 van de Dordtse Kerkorde als dominee bevestigd. Hij wordt de eerste predikant op Urk in 1628 en hij heeft het er zwaar. Allerlei werkzaamheden worden hem toebedeeld: hij onderwijst de jeugd in de beginselen van het lezen en rekenen, treedt op als secretaris van het gedeeltelijk analfabete eilandbestuur en doet uiteraard het werk van een predikant. En dat alles voor een klein traktement en een heel geringe betaling voor zijn bijbaantjes. Tenminste, als hij al betaald wordt, want Urk is straatarm. Ook de bijverdiensten van zijn vrouw Josintgen Jacobsdr., die zich als vroedvrouw verdienstelijk maakt, helpen weinig.
Daarnaast ondervindt hij van de kant van zijn roomse medeburgers veel tegenstand. Zo moet hij, om maar een voorbeeld te geven, voor de diensten zelf de klok luiden van het kerkje omdat de koster dat gewoon vertikt.
Acht en een half jaar dient ds. Salebien de weinige kerkgangers. Dan, in het voorjaar van 1637, sterft ook hij aan de gruwelijke pest die het eiland teistert.
Hoe ontwikkelt de gemeente zich verder?
Enige tijd na 1637 blijken er volgens een opgave in een brief door een van Salebiens opvolgers, ds. Richardus van Landtwerven, opnieuw zo’n zeven belijdende leden te zijn. En hun aantal neemt met het verstrijken van de tijd toe. Ondanks de tegenslagen op maatschappelijk en kerkelijk terrein groeit de gemeente.
Het oude kerkje, dat gebouwd is rond 1600, is ongeveer dertig jaar later al door aanslagen van de zee op het eilandje in het water komen te liggen. Salebien en de zijnen moeten erheen waden of er met een bootje naartoe roeien. Uiteindelijk wordt in 1786 het huidige Kerkje aan de Zee gebouwd. Het staat er nog, maar wordt vooral voor trouwdiensten gebruikt en voor evangelisatiebijeenkomsten op de woensdagmiddagen in de zomer. Met fietsen, auto’s en zelfs met bussen wordt het dan bezocht; roeibootjes zijn daarvoor niet meer nodig.
En verder? Urk wordt een bolwerk van het gereformeerd protestantisme. Ook blijkt dat de overgang van de Rooms-Katholieke naar de Gereformeerde Kerk wel de eerste maar niet de laatste kerkelijke verandering is. Telt Urk kort na de Reformatie zo’n zeven lidmaten, tegenwoordig zullen er bij benadering wel zo’n zeven protestantse kerkverbanden gevonden worden. Daaruit kun je in ieder geval concluderen dat er in vier eeuwen sprake is van een meer dan gemiddelde groei van het protestantisme.
Dit is deel 8 in de serie Reformatie in de Nederlanden. Op 21 februari deel 9: Middelburg.