Weblog Dijkgraaf (SGP): Dienstplicht helpt enorm
SGP-Kamerlid Dijkgraaf is deze week, samen met vertegenwoordigers van Christenen voor Israël en ondernemers uit zijn achterban, in Israël. In een dagboek doet hij verslag van zijn belevenissen. Vandaag deel 2.
Dinsdag werd ik wakker met een strakblauwe hemel, een volop schijnende zon en zicht op strand en zee. Maar vakantie is het niet, dus we gaan snel op pad. Vandaag bezoeken we drie organisaties die startende ondernemingen door de moeilijke eerste fase helpen.
Israël is wereldberoemd geworden door het boek “Start-up nation”. Veel landen komen kijken hoe ze het hier doen. Het is een land van jonge, ambitieuze pioniers, want per hoofd van de bevolking heeft het land de hoogste dichtheid aan startende ondernemers, maar liefst één per 2000 inwoners. En die bedrijven groeien ook nog regelmatig door naar grote bedrijven. Na de Verenigde Staten en China heeft Israël de meeste genoteerde bedrijven op de Amerikaanse technologie beurs Nasdaq.
Maar liefst 300 multinationals uit andere landen zijn hier aanwezig om de kunst af te kijken. Ze komen niet vanwege de markt, want die is klein. Ze komen niet omdat het land een hub is naar andere landen, want Israël ligt geïsoleerd. Ze komen wel om mee te profiteren van het gigantische niveau van innovatie. De vraag is dus, waarom dat zo hoog is hier.
Gedurende de dag blijkt dat er vier hoofdredenen zijn. In de eerste plaats zit de overheid er bovenop om startende bedrijven te helpen. Ze zien het belang van bedrijven die zorgen voor werkgelegenheid en groei, hard nodig om de groeiende bevolking brood op de plank te geven. Ook is een goede economie letterlijk van levensbelang om een andere reden: de overheid heeft veel inkomsten nodig om defensie en veiligheidsdiensten te betalen, maar liefst zes keer zoveel als bij ons.
In de tweede plaats zijn er veel immigranten. Mensen die vanwege hun Joodse wortels terugkeren. Gemotiveerd, getalenteerd, gewend om risico’s te nemen en met de wil om hier een leven op te bouwen. Een sociaal vangnet is er nauwelijks in dit land. Dus wie de handen niet uit de mouwen steekt heeft het moeilijk. Een instroom dus van veel jonge mensen die wat willen maken van hun leven. Niet voor niets ligt de gemiddelde leeftijd tien jaar lager dan in Nederland.
In de derde plaats is het leger een bron van ondernemerschap en innovatie. Mannen moeten verplicht drie jaar in dienst, vrouwen twee jaar. En daar krijgen ze de beste opleiding ter wereld. Niet alleen in vechttechnieken, maar ook in bijvoorbeeld cyber security. Als resultaat loopt Israël voorop in het aantal startende ondernemingen in de ICT. Het leger leert jonge mensen ook een aantal vaardigheden die ze als ondernemer goed kunnen gebruiken: het nemen van risico, strategisch denken en het gaan voor een belangrijke missie. De bevolking profiteert levenslang van het netwerk dat men in het leger opbouwt. Men onderhoudt dat ook doordat tot het veertigste levensjaar ze een maand per jaar teruggaan naar het leger.
Tenslotte is opvallend dat hier heel anders tegen falen aangekeken wordt. Waar een Nederlander de stap nogal eens pas waagt als hij redelijk zeker van zijn zaak is, doen Israëliërs dat veel eerder. Met meer faillisementen tot gevolg, maar ook met meer kansen. Wie hier nooit gefaald heeft, wordt in de zakenwereld toch een beetje meewarig aangekeken.
Zaken genoeg om in Nederland nog eens over na te denken. Hoe kunnen we de ondernemende cultuur verder aanmoedigen? Een betere balans vinden tussen risico’s en kansen? Zouden we niet de positieve kanten van dienstplicht kunnen realiseren door bijvoorbeeld een sociale dienstplicht te introduceren?