Dr. Janse: Kanselruil is niet iets van kerkenraad zelf
Het is onjuist om kerkenraden de vrije hand te geven als het gaat om het uitnodigen van predikanten van buiten het eigen kerkverband voor de eredienst. Dat is in strijd met het gereformeerde kerkrecht.
Dat schrijft commentator dr. C. S. L. Janse in het donderdag verschenen nummer van De Saambinder, officieel orgaan van de Gereformeerde Gemeenten (GG). Janse reageert in het artikel op de recente oproep van ds. A. A. Egas om de kansels van de GG open te stellen voor predikanten met een bevindelijk gereformeerde prediking uit andere kerken, en op een artikel van de twee (oud-)ambtsdragers I. A. Kole en A. A. van der Schans.
Kanselopenstelling leidt gemakkelijk tot „een desintegratie van het kerkverband”, waarschuwt Janse. „Dat zie je helaas ook in de Christelijke Gereformeerde Kerken.”
Hij vraagt zich ook af hoe ds. Egas het begrip „predikanten van bevindelijke signatuur” wil afbakenen. „Het betreft hier niet een samenwerking in het kader van het reformatorisch onderwijs of met het oog op de zondagsopenstelling van winkels. De prediking is onmiskenbaar een zaak van andere orde. Die raakt het hárt van het kerkelijk leven.”
Kritisch is Janse over de stelling van Kole en Van der Schans dat de classis Dordrecht van de GG in 1974 besloot dat het laten voorgaan van predikanten van buiten het kerkverband aan de vrijheid van de kerkenraden werd overgelaten. „Hier is echter sprake van een misverstand. In de classis Dordrecht ging het destijds volstrekt niet om de (zondagse) kerkdiensten.”
---
Lees ook in Digibron
Kanselruil als blijk van herkenning (Reformatorisch Dagblad, 27-02-2016)
Kort verslag van de vergadering der classis Dordrecht, gehouden 14 januari 1974 (De Saambinder, 27-06-1974)