PThU positief over vorming GTU
De Protestantse Theologische Universiteit (PThU) ziet de Gereformeerde Theologische Universiteit (GTU) als een welkome versterking van de theologie in Nederland. Rector prof. dr. Mechteld Jansen: „We zien de GTU graag naar Amsterdam of Groningen komen.”
Er ontstond vorige week nogal wat mist rond de komst van de Gereformeerde Theologische Universiteit, die wordt voorbereid door een regiegroep met vertegenwoordigers van de Theologische Universiteit Apeldoorn (TUA) van de Christelijke Gereformeerde Kerken (CGK), de Theologische Universiteit Kampen (TUK) van de Gereformeerde Kerken vrijgemaakt, de Nederlands Gereformeerde Predikantenopleiding en de Gereformeerde Bond (GB) in de Protestantse Kerk in Nederland. Het Nederlands Dagblad meldde op basis van anonieme bronnen en gelekte documenten dat er sprake is van een „machtsstrijd” rond de GTU. Volgens prof. Jansen liggen de zaken echter heel anders.
Je zou denken: dat moet de PThU niet leuk vinden, een andere theologische universiteit in de achtertuin.
„We zijn juist blij met de komst van de Gereformeerde Theologische Universiteit. De theologie in Nederland staat onder druk. We werken daarom al jaren samen met de TUA en de TUK om de theologie zo veel mogelijk een stem te geven. We hebben er belang bij dat de Theologische Universiteit Apeldoorn en de Theologische Universiteit Kampen samengaan: dan staan we sterker in het behartigen van de belangen van de theologie in de universitaire wereld en in de kerken. Dat hebben we hun al laten weten toen de eerste plannen voor de GTU ontstonden.
We zien de Gereformeerde Theologische Universiteit dan ook niet als een concurrent. We werken op diverse terreinen al samen, bijvoorbeeld op het gebied van onderzoek en onderwijs. Er zijn docenten die zowel op de PThU als bij de GTU-partners werkzaam zijn. Dat juichen we toe.”
In de gelekte documenten lijkt u minder enthousiast.
„Als we bij de vorming van de GTU even niet mogen meespreken omdat de regiegroep dat handiger vindt, dan begrijpen we dat. Maar het gevolg is wel dat we niet meer precies weten wat er gebeurt. Als de Gereformeerde Bond een hartelijke uitnodiging krijgt om mee te doen, dan wordt het voor ons moeilijker om mee te denken. We hadden geen zicht op wat er allemaal achter de schermen gebeurde. Toen hebben we gemeend een vurig en krachtig geluid te moeten laten horen.”
En dat ligt nu op straat.
„Dat vind ik op zich niet zo erg. Tijdens de vergadering met het moderamen van de Protestantse Kerk op 15 april, waarbij ook twee vertegenwoordigers van de Gereformeerde Bond en een van de regiegroep aanwezig waren, hebben we hetzelfde geluid laten horen.
Dat er behalve deze verklaring ook nog een ander document is gelekt –namelijk van de voorzitter van de regiegroep– vind ik veel ernstiger. Dat is ons namelijk nooit toegestuurd. De PThU herkent zich helemaal niet in de dreigende taal die daarin is verwoord.
Ik wil niet speculeren over de vraag wie er belang heeft bij het openbaar maken van vertrouwelijke documenten. Maar dat de PThU op ramkoers zou liggen, klopt helemaal niet.
Voor de Gereformeerde Bond voelt de PThU als een thuishaven en dat is tijdens die vergadering nog eens onderstreept. Beide partijen hebben steeds benadrukt dat ze bij elkaar horen. We willen helpen om de GTU tot stand te brengen, maar als anderen menen een wig tussen de PThU en de GB te moeten drijven, dan zijn ze aan het verkeerde adres.
De PThU is de ambtsopleiding van de Protestantse Kerk in Nederland. We zijn er voor de gehele kerk, dus inclusief de Gereformeerde Bond. Het is voor jonge mensen die gaan studeren van groot belang dat ze vanuit hun eigen traditie leren omgaan met de verschillen in de Protestantse Kerk.”
U ziet studenten uit de Gereformeerde Bond dus liever niet een bachelor aan de GTU volgen?
„Dat zou niet mijn voorkeur hebben. We zien graag dat studenten de bachelor in Amsterdam of Groningen volgen. Tegelijk moeten we beseffen dat je jongeren die gaan studeren niet kunt stroomlijnen of dirigeren: „Jij moet dat paadje lopen en jij dat.” Maar als mensen straks in de breedte van de Protestantse Kerk willen dienen, dan moeten ze zich zeker in de masterfase van de opleiding kunnen verhouden met mensen die een andere kijk hebben.”
Dus u houdt studenten die toch liever aan de GTU studeren niet tegen?
„Nee, maar we zullen ze wel met koorden van kwaliteit en een brede oriëntatie willen trekken. Hoe dieper geworteld in Christus, hoe ruimer je kunt zijn in de visies van anderen. Dat is het motto dat de PThU recht overeind wil houden en dat de universiteit misschien ook een eigen gezicht geeft. En daarbij hoort zeker ook de gereformeerde traditie. Die houden we graag binnenboord.
We merken dat studenten op de wetenschappelijke kwaliteit van de PThU afkomen. Ze zijn gelukkig met de combinatie van wetenschap en persoonlijke en spirituele vorming.”
De Gereformeerde Bond moet wel zelf zijn bijzondere leerstoel aan de PThU bekostigen. Waarom betaalt de universiteit dan niet mee als ze deze gereformeerde traditie zo belangrijk vindt?
„De PThU financiert een groot aantal arbeidsplaatsen, waarbij het noodzakelijk is om geldstromen van buitenaf te krijgen. De GB hoeft het overigens niet alleen te hebben van bijzonder hoogleraren. In het docentcorps, dat volledig door ons wordt gefinancierd, zitten meerdere mensen die hun wortels in de Gereformeerde Bond hebben en die dat ook in hun onderzoek en onderwijs uitstralen.”
In een van de gelekte documenten staat dat u de Gereformeerde Bond zou dwingen zich uit de regiegroep van de GTU terug te trekken.
„Er is nooit sprake geweest van dwang. Maar als je op een gegeven moment buiten het overleg wordt gehouden, dan heb je het nakijken. Het zou heel kil en afstandelijk zijn geweest als de PThU had gezegd: „Gereformeerde Bond, ga maar fijn naar de GTU.” Nee, we zeggen juist: „We hebben de Bond graag bij ons.” Als ik aan de PThU denk, in mijn hoofd en in mijn hart, dan is dat automatisch inclusief de Gereformeerde Bond.”
Is het niet aan de Gereformeerde Bond zelf om de partners in de GTU van dienst te zijn?
„Nee, want bestuurlijk horen ze bij ons. De Gereformeerde Bond kan niet zoals de TUA en de TUK iets nieuws beginnen. Dan zou de Protestantse Kerk twee ambtsopleidingen krijgen, en dat wil ze niet. Daarom hebben we gezegd: laat de Bond meedenken tot de vorming van de GTU en kijk dan hoe er onder de paraplu van de PThU verder kan worden samengewerkt.
Bijvoorbeeld in onderzoek of onderwijsprogramma’s, waarbij prima een GB-docent betrokken kan worden. Een actueel onderwerp is de Reformatie en het vrijheidsbegrip van Europa. Theologen kunnen een eigen, zeer belangrijke stem laten horen in het verhitte debat in Europa.
Ik zie dus graag samenwerking met de GTU, maar zonder bestuurlijke inbreng van de Gereformeerde Bond. Die dat overigens ook niet wil.”
De PThU zou de aanstelling van docenten met een GB-achtergrond aan de GTU als een „daad van deloyaliteit” zien.
„Als een aanstelling helemaal buiten ons omgaat, klopt dat. Als we erbij betrokken worden, valt overal over te praten.”
De GB heeft ook een bijzonder hoogleraar aan de Rijksuniversiteit Groningen. Dan kan er misschien ook wel een aan de GTU worden aangesteld?
„Ja, in principe kan dat. En dan zou het handig zijn om zo’n stap ook met ons te bespreken.”
De Gereformeerde Bond stapt uit de regiegroep als de GTU bestuurlijk een feit is?
„Dat is inderdaad de mening van het moderamen van de Protestantse Kerk. De Gereformeerde Bond heeft een positieve rol vervuld in de vorming van de GTU, maar kan bestuurlijk niet nog meer stappen zetten. De Protestantse Kerk, de PThU en ook de Gereformeerde Bond zijn het daarover eens.”
Dus de Gereformeerde Bond trekt zich terug uit regiegroep. De PThU gaat vervolgens, samen met de GB, kijken hoe er verder met de GTU kan worden samengewerkt?
„Inderdaad, al zullen we eerst in alle rust moeten kijken hoe de partners van de GTU elkaar vinden. Ik wil me daar niet bovenop gaan storten. De GTU moet eerst groeien.”
De generale synode van de CGK stelt als voorwaarde voor de komst van de GTU dat het Hersteld Hervormd Seminarie en/of de Gereformeerde Bond een „substantiële bijdrage” levert. Komt die bijdrage in gevaar als de GB zich uit de regiegroep terugtrekt?
„Dat is aan de generale synode van de CGK om dit te beoordelen. Ik vind het overigens geen wijze ”move” van de CGK. Als je een partner uit een andere universiteit trekt, hoe substantieel kan zo’n bijdrage dan zijn? Als er aan de Gereformeerde Bond wordt getrokken, trekken wij in alle liefde ook wat terug.”
De PThU zou druk uitoefenen om de GTU niet in Utrecht te vestigen.
„Dat staat niet in de verklaring die ik heb afgelegd, maar in het document van regiegroepvoorzitter prof. dr. ir. G. van Dijk, dat wij nooit hebben gekregen of ingezien. We herkennen ons daar absoluut niet in. We hebben nooit een bepaalde vestigingsplaats geblokkeerd. De GTU is vrij om er zelf een uit te kiezen.
We hebben wel steeds gezegd dat het mooi zou zijn als de GTU naar Amsterdam of Groningen zou komen, omdat dit de samenwerking vergemakkelijkt. Het belangrijkste is dat de GTU er komt en dat ze ”con amore”, met liefde, een goede vestigingsplaats kiest.”