Dat stelt Asscher woensdag in het Nederlands Dagblad. De groothandel, in handen van een reformatorische ondernemer, is door de rechter veroordeeld in verband met het weren van een stagiair met een homoseksuele relatie. Daarop besloot het college van Smallingerland (waar Drachten onder valt) een jaar lang niet in zee te gaan met het bedrijf. Diverse politieke partijen en predikanten zijn daar kritisch over.

Asscher: „Ik denk dat het heel goed is dat de gemeente laat zien dat discriminatie niet ongestraft kan blijven. Dat bedrijf heeft in een e-mail aangegeven dat die jongen daar niet mocht werken omdat hij homo is. Dat is niet toegestaan. Dan begrijp ik heel goed dat de gemeente zegt: Nu kun je even niet voor ons werken, totdat je je realiseert dat dit niet kan. Dat heeft niks te maken met de geloofsovertuiging van de eigenaar van het bedrijf. Wat je gelooft, moet je zelf weten. Maar dat is geen reden om iemand de toegang tot de arbeidsmarkt te ontzeggen.”

Asscher weerspreekt de redenering dat het bedrijf dubbel wordt gestraft. „Dan maken we van de dader een slachtoffer. Deze ondernemer had ook kunnen zeggen: „Ik heb me schromelijk vergist, het spijt me, ik ga mijn leven beteren.” Wanneer je mensen zo evident discrimineert en hun geen kans geeft, moet je niet gek opkijken als mensen dat niet accepteren.” Morgen houdt de gemeenteraad van Smallingerland een spoeddebat. De landelijke SGP vindt dat het „geen pas geeft als óók het gemeentebestuur nog eens rechtertje gaat spelen” en vraagt minister Kamp (Economische Zaken) of het klopt dat „ten minste één school in de regio haar leerlingen verbiedt stage te lopen bij het bedrijf.”