Moet het wettelijk mogelijk worden dat artsen mensen die „klaar zijn met leven” helpen om daadwerkelijk een einde aan hun aardse bestaan te maken? Die vraag duikt in de samenleving en politiek met enige regelmaat op.
Al in 2003 werd hij door de commissie-Dijkhuis, een door artsenorganisatie KNMG ingestelde denktank, positief beantwoord. Ja hoor, stelde klinisch psycholoog prof. Dijkhuis toen: als artsen nu maar voldoende tijd nemen om met de patiënt te praten, voldoende deskundigen raadplegen en zorgvuldig te werk gaan, dan moet dit kunnen. Politiek, verruim daarom alstublieft de euthanasiewet, zodat mensen die hun leven voltooid achten, daar ook onder gaan vallen.
Een tweede pleidooi voor een ruimere euthanasiewet klonk in 2010, toen het burgerinitiatief Uit Vrije Wil 116.871 handtekeningen ophaalde, waarmee het een nieuwe wet wilde afdwingen voor hulp bij zelfdoding. Iedere leek moest die hulp ongestraft kunnen verlenen aan elke 70-plusser die daarom vroeg.
Gelukkig is de landelijke politiek deze weg tot nu toe niet ingeslagen. En gelukkig wijst de commissie-Schnabel, door minister Schippers (VWS) anderhalf jaar geleden ingesteld, donderdag evenmin in deze richting. Want het legaliseren van hulp bij zelfdoding aan levensmoede mensen is een heilloze weg.
Dat zeggen niet alleen christenen die op Bijbelse gronden geloven dat wij mensen het door God geschonken leven niet zomaar mogen beëindigen. Nee, opmerkelijk is dat de weerstand van artsen om een ”klaar-met-leven”-patiënt” te helpen, de laatste jaren alleen maar is toegenomen. In 2012 noemde maar liefst 77 procent van hen het ondenkbaar dat zij op zo’n verzoek zouden ingaan. Alleen daarom al zou het hoogst onverstandig zijn om wetgeving te creëren die artsen min of meer dwingt tegen hun overtuiging in te handelen. Dat is vragen om moeilijkheden.
Ook veel seculiere politici, wetenschappers en denkers zijn uiterst sceptisch om de euthanasiewet in deze zin te verruimen. Zij zien het streven naar wettelijke ruimte voor een zelfgekozen dood als een onwenselijk sluitstuk van een leven dat ten onrechte steeds meer als een project wordt opgevat.
Terecht wijzen deze denkers erop dat het idee dat mensen gewoonlijk rationeel en autonoom tot het besluit komen dat hun leven voltooid is, een illusie is. De doodswens van ouderen die niet aan een specifieke ziekte lijden, houdt niet zelden verband met gevoelens van eenzaamheid, van uitgerangeerd zijn en van angst voor de dingen die komen gaan, stelde Els van Wijngaarden onlangs op basis van 25 diepte-interviews met levensmoede ouderen. Het is een gedachte die jaren geleden al door oud-SP-leider Marijnissen werd verwoord: pas op met het verruimen van mogelijkheden voor euthanasie, want voor je het weet wordt dit voor brede groepen ouderen dé oplossing voor eenzaamheid en uitsluiting.
Dat gevaar is niet denkbeeldig. Daarom komen Schnabel en zijn „commissie van wijzen” terecht niet met suggesties in deze richting. Pleidooien zoals die van Uit Vrije Wil zijn, dat is na vandaag eens te meer duidelijk, een onwijze en onbegaanbare weg.