Dat heeft de bewindsman vrijdag in een brief aan Gedeputeerde 
Staten gemeld.

De Gelderse Staten bespraken in november de ”Windvisie”, een nota waarin de provincie aangeeft hoe zij de afspraak met de rijksoverheid wil nakomen dat er in 2020 in Gelderland 230 megawatt aan windenergie wordt opgewekt. Een Statenmeerderheid van VVD, CDA, SGP en PVV stemde voor een amendement waarin werd gesteld dat voor alle in de ”Windvisie” genoemde locaties „alleen provinciale inzet dan wel medewerking wordt verleend als er draagvlak bestaat voor het project bij de betrokken gemeente­raden.” Deze bepaling houdt ook in dat gemeenteraden plaatsing van windmolens in een buurgemeente kunnen verhinderen.

Volgens minister Kamp is het amendement in strijd met de Elektriciteitswet. Die schrijft voor dat de provincie het vaststellen van een provinciaal inpassingsplan niet mag weigeren enkel op de grond dat draagvlak ontbreekt bij de betrokken gemeenteraden, aldus Kamp. „Van een plicht om instemming te krijgen van de gemeenteraden van alle naburige gemeenten is geen sprake.”

Staatssecretaris Dijksma beoordeelde het amendement eerder anders. Eind november zei zij in een overleg met de Tweede Kamer als vervangster van minister Kamp dat de eis dat gemeenten instemmen op zichzelf niet direct in strijd is met de Elektriciteitswet, maar dat die wel op gespannen voet staat met de afspraken tussen Rijk en provincies over „de taakstelling die men moet halen.”

De kwestie is in Gelderland actueel. Er zijn plannen voor de plaatsing van windmolens langs de N50 bij het verkeersknooppunt Hattemerbroek. De gemeenteraden van Hattem en Kampen hebben zich tegen het windmolenpark uitgesproken. De gemeenteraad van Oldebroek zou in december een besluit nemen over planologische medewerking, maar wil nu eerst meer duidelijkheid over de draagvlakeis. De brief van Kamp wordt in februari in een Statencommissie besproken.